Gebr. Roorda ‘De Piip’ - Drachten

Berend Tjeerds Roorda stichtte deze bekende werf in 1902 aan het Moleneind te Drachten. Het bedrijf lag iets ten noord oosten van de Piipbrug in de Hogeweg. Berend was een telg uit een oud scheepsbouwersgeslacht. De naam “Piipbrug” en later de “Werf De Piip”, is ontstaan doordat Jhr. Tjaerd van Aylva als zoon van de toenmalige eigenaar Sjoerd van Aylva, de brug in de Hogweg aldaar, eigenmachtig veranderde in een stenen pijp (vaste stenen brug met onderdoorgang voor water). Dat zou schelen in de kosten van onderhoud. Hij werd echter door het Hof van Friesland middels een proces teruggefloten en moest de stenen brug weer vervangen door een beweegbare. Sindsdien had de valbrug, en later de draaibrug, die van groot belang was voor voor de turfvaart, een naam: “de Piipbrug”of “de Piip”.
Bouke Roorda
Zijn zoon Bouke volgde hem op nadat hij elders, o.a. op de werf van Aukebaes te Joure, en bij Mulder in Vierverlaten, de nodige vakkennis had opgedaan. Toen Bouke dan ook terug kwam in 1905, werd de werf helemaal ingericht op de bouw van ijzeren skûtsjes en ander schepen. Juist in de jaren 1904-1905 werden fikse verbeteringen aangebracht in het materiaal waarmee gewerkt werd, het zgn. “mild steel” dat uit Engeland en Duitsland werd aangevoerd. Voor de verschillende toepassingen was er nu een diversiteit aan buigzamer, harder of juist weker staal te krijgen. Het een meer geschikt voor de hoekijzers van de spanten en de sporen, de andere meer voor de bolle gangen in de kop en kont van het schip.

Bouke begon precies op tijd om ten volle profijt te kunnen trekken uit de nieuwe mogelijkheden, en hij had het geluk dat zijn broers Wouter en Tjeerd elk hun deel van het vakmanschap voor hun rekening namen. Bouke benutte de buigzaamheid van het nieuwe ijzer door licht uitstulpende en billen in kop en kont aan te brengen. Die hinderden niet bij het snelle zeilen met ruime wind, maar tilden het schip onmiddellijk op in slagzij en verschaften het bovendien extra laadvermogen. De kop zowel als de kont van zijn schepen waren minder vol van vorm en eindigden achterin vaak licht gepiekt op de scheg.

De Waterkampioen juni 1964 nummer 1128 - Piipsterskûtsjes
Het was Berend Tjeerd Roorda (1848-1928), scheepstimmerknecht bij Pieter Haykes van der Werff, die tegen het einde der 19e eeuw voor zich zelf een klein hellinkje bouwde aan de Boven Dracht te Drachten. Dit gebeurde in de tijd van de houten scheepsbouw.
In 1902 werd de werf verplaatst naar het Molenend, bij de Piipsterbrug. Er zijn nog restanten aanwezig op de plaats waar de werf vroeger was gelegen en waar de snelle skûtsjes werden gebouwd. Berend Roorda bouwde de helling zelf; de opstallen en de timmerschuur werden gekocht van een helling op afbraak onder Scharsterbrug.
Berend Roorda had vier flinke zoons: Bauke, Tjeerd, Wouter en Sietze. De laatste is boer geworden, leeft nog en weet ondanks zijn hoge leeftijd heel wat van de scheepsbouw af. Vader Berend kon Sietse niet gebruiken: „Us heit sei: Ik seach to folie troch de gatten nei de fugelstjes" hetgeen vrij vertaald betekent, dat hij meer naar de natuur zat te zien dan te werken.
Uiteraard bouwden de Roorda's niet alleen tjalkschepen; het door Bauke bijgehouden hellingboek of scheepsregister vermeldt, dat er in de jaren 1906 tot 1925, 42 ijzeren schepen werden gebouwd.
Dit waren: 6 bolschepen, 26 tjalkschepen (skûtsjes), 1 koftjalk, 5 aakschepen, 3 klipperaken en 1 hevelaak.
Een snelle zeiler was ook de klipper-aak, die als volgt in het hellingboek staat vermeld: Klipperaak J. M. Stuur te Groningen groot, 90 last (180 ton) begonnen 23 November 1908, afgeleverd 16 juli 1909, Prijs f 10.700,-
Dit schip voer veel op Stockholm; klippers waren veel in gebruik op de vaart naar de Oostzee. Daar het buitenlandse reders was opgevallen dat deze klipper-aak altijd eerder over was dan de andere, kwam er Duitse belangstelling voor de tekeningen van deze klipper. Bauke Roorda heeft de tekeningen niet afgestaan. Achterin het hellingboek vonden we nog aantekeningen over dit schip omtrent maten en andere afmetingen.
De Roorda's bouwden een drietal klipperaken. Een van deze schepen is op zijn eerste reis met man en muis vergaan bij een vaart „om de noord", dit is benoorden Jutland. Deze vaart was voor zeilschepen niet zonder risico, vandaar dat de verzekering alleen geldig was bij de vaart door het Kielerkanaal. Indien hiervan werd afgeweken verviel de verzekering.
Waterkampioen 1964 Nr1128 juni - Piipsterskutsjes
Het einde van de werf van vader Berend Roorda
In 1909 verging er een van de schepen waar Berend Roorda nog steeds veel geld in had zitten op weg naar de Oostzee via de Sont en het Kattegat bij Jutland. De schade bleek niet gedekt door de verzekering en Berend kwam in grote financiële moeilijkheden. In 1911 bleek een faillissement onontkoombaar. In dat zelfde jaar starten de broers Bouke, Tjeerd, Wouter en Sietze de failliete werf van hun vader direct weer op onder de naam Gebr. B.,T.,W. en S. Roorda.

Gebr. B.,T.,W. en S. Roorda
Bouke ging als baas functioneren, Tjeerd nam het smidswerk en staal werk voor zijn rekening, Wouter het houtwerk. Sietse was wel deelgenoot, maar werkte niet op de werf; hij werd boer. Vader Berend Tjeerds Roorda trok zich in 1921 op 72-jarige leeftijd helemaal uit het bedrijf terug. De broers gingen in 1922 verder als “Gebr. Roorda Scheepsbouw en Constructiewerkplaats”. Van skûtsjebouw was toen al bijna geen sprake meer. Wel kwamen hun vaste en andere klanten uiteraard met reparatievragen en onderhoudswerk aan de werf. De Roorda’s namen na de bloeiperiode van de scheepsbouw, ook heel ander werk aan zoals baggermachines met emmerkettingen, sluizen en bruggen, en een tribune voor het sportpark Heerenveen. Het laatste schip werd door de Roorda’s in 1933 afgeleverd. In 1936 werd de bedrijfsvorm gewijzigd in een vennootschap onder firma, en vanaf 1950 kwam het werfterrein in handen van N.V. Philips Gloeilampenfabrieken.
Schepen in het Stamboek gebouwd door Roorda 'De Piip' in Drachten
Bronnen
De inhoud van dit stuk tekst is grotendeels ontleend aan het verhaal over de Piipsterwerf in het boek “Troch de Wyn”; een skûtsjeproject van de Stichtng Foar de Neiteam, onder eindredactie van Frits Jansen en Klaas Jansma. Uitgeverij PENN .nl Leeuwarden 2011.
Veel informatie over de Skûtsjewerven kunt u ook vinden op www.skutsjehistorie.nl.
Fries Scheepvaart Museum Sneek: Chronologisch register van de schepen van Roorda
Het Fries Scheepvaart Museum in Sneek (FSM) heeft een "Chronologisch register, geabstraheerd uit de tekeningen en het archief van werf De Piip/Roorda in Drachten" in haar bezit. Voor vragen daarover moet u bij het FSM zijn.