Landschapshistorie Zuidoost Friesland

Leefbaar dankzij vervening - Dirk Huizinga

Dirk Huizinga schrijft in zijn voorwoord:
De verveningen in Zuidoost Friesland worden vaak voorgesteld als vorm van uitbuiting van een toch al arme bevolking. De beelden en verhalen daarover gaan vooral over het recente verleden, over het begin van de vorige eeuw, net na de landbouwcrisis en in de periode dat de turf als brandstof vervangen werd door de steenkool. Dat was voor de mensen die het moesten hebben van werk in de landbouw en bij de veenderijen een moeilijke tijd, vooral omdat de veenbazen en de verveners hun winsten zagen verdampen. Over een langere periode beschouwd, heeft de vervening het arme Zuidoost Friesland echter welvaart gebracht, wat ook duidelijk wordt uit de bevolkingscijfers. Als er geen droog brood te verdienen is, trekken mensen weg. Gaat het ergens economisch voor de wind, dan trekken de mensen daar naar toe. Die groei was per regio heel verschillend. Terwijl de trots van Friesland altijd de Greidhoek was met het zwartbonte vee en de zwarte Friese paarden en vervolgens de Bouwhoek met de grote akkerbouwbedrijven, waren het de Wouden en de venen van Zuidoost Friesland, streken die altijd als ‘minder’ werden gezien, die de grootste bevolkingsgroei kenden. De bevolkingsgroei in de Bouwhoek en de Greidhoek bleef tussen 1850 en 1920 onder de gemiddelde bevolkingsgroei van de provincie, vooral vanwege de landbouwcrisis in het vierde kwartaal van de 19e eeuw, terwijl de bevolking in het zuidoosten van de provincie juist bovengemiddeld groeide.

De grote demografische verschuivingen in Friesland vonden vooral plaats vanaf 1880 (Schroor, 1998, p. 43). De opbrengst van de landbouw op de klei was altijd aanzienlijk hoger dan van de landbouw in De Wouden, maar de werkgelegenheid verschoof. Mede door het proces van mechanisatie en rationalisering in de landbouw om de kwaliteit te verbeteren en een tweede landbouwcrisis te voorkomen. De crisis in de veenderijen volgde in de 20e eeuw doordat turf als brandstof versneld vervangen werd door steenkool. De vraag naar turf herstelde zich enigszins tijdens de grote oorlog in Europa, maar dat was gelukkig niet structureel. 

In dit boek wordt echter vooral de voorgeschiedenis van die recente ontwikkeling beschreven, de laatste periode van de turfwinning, met af en toe een blik naar het begin van de vervening in de 16e en 17e eeuw en een blik naar het heden. Vooral, omdat het landschap in Zuidoost Friesland eigenlijk alleen maar te duiden is vanuit die geschiedenis. Een geschiedenis van vervening die ‘tegen de stroom’ van laag naar hoog een weg vond door het onontgonnen landschap. Van west naar oost, als een ontdekkingstocht door de woeste gronden van hei, zandverstuivingen en moerassen om het verborgen bruine goud te kunnen exploiteren. Daarbij werd het oorspronkelijk landschap grondig op de schop genomen, zeg maar vernield. Dat oorspronkelijk landschap was echter nauwelijks bewoonbaar en had in economische zin geen vanzelfsprekende toekomst, behalve dat het ontgonnen kon worden. In de lage gebieden langs de Zuiderzee van Kuinre tot De Lemmer begon de vervening later, vanaf het midden van de 18e eeuw, door veenarbeiders uit Giethoorn e.o.

Wartena, 1906. Aan bakboord en stuurboord wordt geboomd. (Foto uit: Tomalin, 1907) De turven zijn door de vrouwen bij het laden nauwkeurig gestapeld en vormen een geheel, zodat er al varende geen lading overboord kan verdwijnen.
Wartena, 1906. Aan bakboord en stuurboord wordt geboomd. (Foto uit: Tomalin, 1907) De turven zijn door de vrouwen bij het laden nauwkeurig gestapeld en vormen een geheel, zodat er al varende geen lading overboord kan verdwijnen.

Inhoudsopgave

Vooraf
Inleiding 7

  1. Leefbaar dankzij vervening
  2. Water als noodzaak, als last en als bron van welvaart
  3. Turfwinning in de praktijk
    1. Turf uit hoogveen
    2. Turf uit laagveen
    3. Turf moet gedroogd en vervoerd worden
    4. Turfvervoer over het water
    5. Leven aan boord
  4. Wonen in het veen
  5. De landbouwcrisis van 1878 tot 1895
  6. Nieuwe bewoning langs de vaarten
  7. Werken in het veen
  8. Verkaveling van landbouwgrond
  9. Landschapsstructuren en uniformering als resultante
  10. Versnelling van het leven

Geraadpleegde literatuur 225

Turfvervoer over het water

Het vervoer van turf per schip is iets bijzonders. De schipper kocht turven van de vervener en schakelde veenarbeiders met hun families inclusief de kinderen in om zijn schip te beladen. Kinderen stapelden de turf op kruiwagens, de mannen kruiden de turf naar het schip en de vrouwen stapelden de turfjes in het ruim en hoger. Als het ruim volgestort is, ligt het schip nog bovenop het water. Er kan nog veelmeer turf bij, want turf is niet zwaar. Turf was een prima brandstof, beter dan hout, maar had een lage energiedichtheid. Vergeleken met de steenkool die rond 1900 de turf zou verdringen, had turf ongeveer de helft van de verbrandingswaarde van steenkool, iets meer dan hout, maar het nam zes keer zoveel ruimte in beslag. Dat grote volume maakte het vervoer over de weg vrijwel onmogelijk, maar dat was ook nooit de bedoeling. De compagnonsvaarten waren ideaal om niet alleen het veenwater af te voeren, maar ook de turven met schepen op te halen. De infrastructuur voor vervoer per schip was er reeds. Van concurrentie over de weg of per spoor was geen sprake. Turf verloor uiteindelijk de concurrentie van de steenkool als brandstof door die geringe energiedichtheid. Om een stoomlocomotief met turf te kunnen stoken, moest er een enorm volume aan turven meegenomen worden. Voor de stoomtrein was het stoken met steenkool veel aantrekkelijker. Dat lag in Nederland nog jarenlang anders waar het ging om het stoken van de stoomketels bij stoommachines. Tot in de dertiger jaren van de vorige eeuw werden bijvoorbeeld de stoommachines van de textielindustrie in Almelo gestookt met turven uit Zuidoost Drenthe.


Boek "Landschapshistorie Zuidoost Friesland" uitgegeven in eigen beheer

226 pag., geïllustreerd.

Ga voor alle informatie over Dirk Huizinga en zijn publicaties naar naar zijn website: www.dirkhuizinga.com.
Dirk Huizinga vergaart steeds nieuwe informatie. Dat houdt in dat zijn boeken regelmatig worden aangepast en aangevuld. Ze worden daarom ook steeds actueler!

Terug naar vorige pagina