Honderd jaar De Wulp ex Georgette.

Het heeft weinig gescheeld of zij was door interne aftakeling al een kwart eeuw geleden ten onder gegaan.

Voorwoord

Navigare necesse est. Het was de tekst van de inscriptie op mijn skûtsje de 'Vrouwe Johanna', ingesneden in de sierlijst van de achterwand van de kajuit. Maar het was, en is nog steeds, voor mijzelf ook een belangrijke drijfveer in mijn leven. Als kind op de lagere en middelbare school met een BM op de Bergse Plassen in Rotterdam. Tijdens mijn studietijd in Leiden met een 16 m2 op de Kaag. En daarna in het eerste echte contact met de platbodemwereld als opstapper op gerestaureerde botters, tjalken en klippers.

Die kennismaking met dit type oude schepen en de daarbij door mij ervaren sfeer er omheen heeft bij mij een vonk doen overslaan. Het was de reden om vervolgens een aantal jaren regelmatig, met eigen groepen, aan te monsteren op schepen van de Bruine Vloot. En te merken dat een droom begon te ontstaan voor een eigen platbodemschip. Dit leidde in eerste instantie in 1979 tot een eigen skûtsje van ruim 17 meter, de 'Vrouwe Johanna' uit 1898, waarmee ik tot 1988 intensief heb gevaren. En vervolgens, eveneens in 1988, de kennismaking met 'De Wulp', een lemsteraak uit 1912 van 15 meter met veel historie, maar op dat moment ook in een desolate staat.

De Wulp heeft in juni van 2012 haar Eeuwfeest.

De Wulp heeft in juni van 2012 haar Eeuwfeest. Maar het had weinig gescheeld of zij was door interne aftakeling al een kwart eeuw geleden ten onder gegaan. Getroffen door de schoonheid en door de historie van De Wulp als één van de vier tussen 1912 en 1915 rechtstreeks als jacht gebouwde 15 meter Lemsteraken van de vermaarde werf Gebr. De Boer in Lemmer heb ik, na ampele overwegingen vanwege die desolate staat, eind 1988 toch besloten over te gaan tot aankoop, en daarmee tot een totale restauratie, van De Wulp.
Dit eeuwfeest is voor mij de aansporing geweest in de vorm van deze publicatie aandacht te geven aan de historie, de teloorgang en de wederopstanding van De Wulp ex Georgette. Dit is deels gedaan om de redenen te beschrijven waarom iemand aan een dergelijk omvangrijk restauratieproces begint, hoe zo'n proces in de praktijk is verlopen en aan te geven met welk genoegen je, zeker na afloop, tegen een restauratie kunt aankijken. Maar vooral ook om de geschiedenis van De Wulp te beschrijven. Platbodems in het algemeen, en Lemsteraken zijn daarop zeker geen uitzondering, zijn immers een belangrijk deel van het Maritiem Cultureel Erfgoed van Nederland. En dat Erfgoed verdient behoud van de geschiedenis door vastlegging en verspreiding.

Deze publicatie valt in vier hoofddelen uiteen. Allereerst wordt de aanleiding en motivering beschreven van de aankoop van De Wulp met de bijbehorende beslissing, met alle randvoorwaarden, tot de omvangrijke restauratie die daarmee immers onlosmakelijk verbonden zou zijn. Daarna volgt een beschrijving in meer detail van de oorspronkelijke bouw van De Wulp en van de historie in de afgelopen wo jaar tijdens de periodes onder de verschillende eigenaren en in de verschillende vaargebieden in Nederland en België en meer dan 15 jaar in de Verenigde Staten. De publicatie beschrijft vervolgens hoe de restauratie in de verschillende fasen is verlopen. En eindigt met een gedetailleerde beschrijving van de huidige scheepsuitrusting en interieurindeling van De Wulp.

Kon ik voor de benodigde gegevens over de recente geschiedenis putten uit mijn eigen waarnemingen en ervaringen, voor de periode vóór 1988 was ik natuurlijk in belangrijke mate afhankelijk van andere bronnen. Voor een deel waren dat boeken en andere publicaties over lemsteraken en zeker ook de archieven van een aantal musea en van de verschillende zeilverenigingen waar De Wulp in haar leven mee verbonden is geweest. Maar vooral heb ik heel veel steun gehad aan de persoonlijke archieven van vorige eigenaren en, gezien de periode van wo jaar, hun afstammelingen. In chronologische volgorde, vanuit het gezichtspunt van de historie van De Wulp bezien, waren dit met name de Royal Yacht Club van België en haar oud-voorzitter en archivaris Ch. Mermans; de Koninklijke Nederlandsche Zeil- en Roeivereeniging; de Koninklijke Roei- en Zeilvereeniging "De Maas"; Louis Hoffman, die als kleinzoon van de eerste Nederlandse eigenaar van De Wulp mij van heel veel historische informatie kon voorzien; mevrouw Van de Walle-Biermans uit Mechelen, de weduwe van de kleinzoon van notaris Van de Walle als langste Belgische eigenaar; de heer en mevrouw Bron en hun dochters - de laatste eigenaren voordat De Wulp aan haar avontuur in de Verenigde Staten begon - die mij bijzonder hebben geholpen met het inventariseren van het oorspronkelijke interieur dat slechts in losse onderdelen uit de VS terugkwam; Meint Dekker, die De Wulp in San Diego aantrof en haar weer naar Nederland terugbracht; en Jan Brilleman, indertijd de beheerder van het Stamboek Ronde en Platbodemjachten, die mij uiteindelijk op De Wulp heeft geattendeerd. Veel medewerking heb ik ook ondervonden van het Fries Scheepvaartmuseum in Sneek, waar ik onder meer de oorspronkelijke werfboeken van de scheepswerf Gebr. De Boer uitvoerig kon bestuderen. En van Derck Steenstra, die veel historische informatie heeft aangeleverd. Al deze personen en instellingen hebben in belangrijke mate bijgedragen aan de samenstelling van deze publicatie. Ik ben hen daarvoor zeer erkentelijk.

Met het verschijnen van deze uitgave hoop ik een bijdrage te hebben kunnen leveren aan de historie van en de belangstelling voor de lemsteraak in het algemeen en voor De Wulp als één van de vermaarde 15 m lemsteraakjachten van Gebr. De Boer in het bijzonder.

Inhoud

Voorwoord   6
1. De aanleiding 9
1.1 Vrouwe Johanna 9
1.2 Platbodemrenie in Hellevoetsluis 10
1.3 De Wulp werpt haar schaduw vooruit 11
2. Eerste kennismaking 13
3. De vier 15 meter Lemsteraken van Gebr. De Boer 15
4. Tweede kennismaking, het denkproces kan beginnen 18
5. Bouw en historie van De Wulp 21
5.1 De bouw bij Gebr. De Boer 21
5.2 W. Fastenakel / Ant. Franck, Antwerpen 28
5.3 L.M.A. Hoffman, Rotterdam 32
5.4 W. Van de Walle, Mechelen 39
5.5 E.J.S. Bron, Sneek 44
5.5.1 Inleiding Bron 44
5.5.2 Verhaal van de ouders 46
5.5.3 Verhaal van de dochters 50
5.6 R. Fryer, San Diego 54
5.7 M. Dekker, Sappemeer 61
6. Besluitvorming en aankoop 63
7. Restauratiefase 66
7.1 Transport naar Enkhuizen 66
7.1.1 Aanvragen vergunning 66
7.1.2 Waterdicht maken en takelen 67
7.1.3 Vervoer over de weg naar Enkhuizen 72
7.2 Voorbereidingsfase 74
7.3 De IJzerfase 76
7.4 Eerste tewaterlating 82
7.5 Stralen en Conserveren 83
7.6 De Houtfase 84
7.7 Tewaterlating en naamgeving 93
8. Proefvaart en Platbodemreiinie 96
9. Sail Amsterdam 98
10. Vlootschouw KNWV l00 jaar 102
11. Afronding van de restauratie 105
12. Belangrijkste latere vervangingen en uitbreidingen 106
13. Vaartochten met De Wulp 107
13.1 Nederland en de Belgische Kust 107
13.2 Denemarken, (Oost)Duitsland en Zuid-Engeland 107
14. Afsluiting 113
Bijlagen   114
1 De Wulp in detail 114
2 Plattegronden en lijnentekening 116
2.1 De Wulp Exterieur tot 1970 116
2.2 De Wulp Interieur tot 1970 117
2.3 De Wulp Interieur vanaf 1990 118
2.4 Bovenaanzicht 119
2.5 Lijnentekening 119
3 Werfboeken Gebr. De Boer, Lemmer 120
3.1 Bestek Primrose 120
3.2 Afrekening Primrose 121
3.3 Geleverde Vaartuigen 122
4 Logboek Hoffman 123
5 Expertiserapport Georgette San Diego 124
6 Artikelen Friese pers 126
6.1 Leeuwarder Courant, 17 oktober 1970 126
6.2 Sneeker Nieuwsblad, 19 oktober 1970 128
7 Reddingsoperatie in Het Kanaal 129
Fotoverantwoording   130
Litteratuurverwijzingen   131
Colofon   132

Afsluiting

De allereerste kennismaking met De Wulp was in juli 1988 in Hellevoetsluis, via een grote poster met een prachtige lemsteraak onder zeil tijdens een wedstrijd op de Lek in 1926. De eerste fysieke aanblik van De Wulp in september 1988 in Sappemeer leverde echter een troosteloos beeld op van een half gesloopt schip waar, als ogenschijnlijk onhaalbaar project, weinig eer aan te behalen leek. Vervolgens zijn vier maanden verlopen alvorens -desondanks en vooral pas bij uitvoerig nader inzien - de beslissing viel tot aankoop en algehele restauratie.
Die restauratie vergde in eerste instantie anderhalf jaar doorlooptijd, met talloze eigen manuren, en was juist op tijd afgerond om met het schip deel te kunnen nemen aan Sail Amsterdam in augustus 1990. Daarna was nog een winterperiode nodig om de belangrijkste activiteiten te kunnen afronden alvorens De Wulp echt vaarklaar was.
De restauratie op zich was een belevenis. Een eigenaar van een andere lemsteraak bekende dat hij jaloers was, want hij had enige jaren daarvoor een eigen schip laten bouwen en zou zoiets graag nogmaals doen. Het was inderdaad een periode waarin het, na de eerste afbraakperiode, bijzonder veel bevrediging gaf een bijdrage te leveren aan het weer levensvatbaar maken van een vermaarde lemsteraak.
Sedert die restauratieperiode zijn met De Wulp vele kleinere tochten in en rondom Nederland en de Belgische kust gemaakt, alsmede een tiental langere buitenlandse vaartochten naar de Duitse Wadden, de Oostzee en Zuid-Engeland. Inmiddels is de Jules Verne grens van 20.000 mijlen overschreden. Het zijn 20.000 mijlen geweest onder vaak ontspannen, soms uitdagende en zeker af en toe ook enerverende omstandigheden. Maar steeds met het opwindende en stimulerende gevoel te varen met een schip dat heel veel zeilgenoegen geeft en tegelijkertijd de uitstraling van wo jaar prachtige platbodemsfeer met zich draagt.
Van Waning schrijft in hoofdstuk 5.1 over de 15 m aken als betrekkelijk zware schepen die sterke en ervaren mannen nodig hebben om roer en zeilen behoorlijk te bedienen. Natuurlijk komt eens de tijd dat fysieke omstandigheden het varen met De Wulp niet goed meer mogelijk maken. Laten we hopen dat die periode nog ver verwijderd is.

Auteur en eindredactie

J.B.J. Geise
ISBN 978-90-9026849-1
Aanvullende informatie met betrekking tot De Wulp wordt zeer op prijs gesteld.
Contact via geise@unet.nl.

Terug naar vorige pagina