Idealisme
18 oktober 2021

Gelukkig is het onvoorspelbaar hoe het in de toekomst zal zijn. Tegenwoordig worden voorspellingen gedaan op basis van geanalyseerde tendenties die geëxtrapoleerd worden. Maar wie kan voorspellen dat een geconstateerde tendentie blijft aanhouden? De geschiedenis geeft tal van voorbeelden van dialectische bewegingen, waarbij (vaak jonge) mensen onverwacht een andere afslag nemen, als protest tegen de mainstream, waarbij zij na enige tijd gevolgd worden door veel meer mensen. Kijken we alleen naar het hier en nu, dan zien we de alternatieven niet. We vinden ons zelf dan realisten, maar de toekomst is aan idealisten die wat nieuws proberen. Idealisten zoals op de foto, gemaakt in 1974 in de haven van Stavoren, in een tijd dat de watersport in de greep kwam van de polyesterjachtbouw. Populair werden glad uitziende jachtjes, uniform gemaakt uit één mal, die door het nieuwe bouwmateriaal van (met glasvezel versterkt) polyester sterk en waterdicht waren en 'nooit' geschilderd hoefden te worden. Kortom, mooie jachtjes met weinig onderhoud en veel plezier. Juist in die jaren waren er ook jonge mensen die een andere keuze maakten. Die niet kozen voor gemakkelijk, comfortabel en uniform, maar voor romantisch, avontuurlijk en moeilijk. De lemsteraak op de foto is de voormalige visaak LE 50 die in 1974 gekocht werd door Fred Kroon, een jonge violist uit het Noord-Hollands Philharmonisch Orkest.
Fred Kroon kende dit schip al wat langer en toen die te koop kwam, was hij er met zijn vriendin Annette Brekelmans als eerste bij om het schip over te nemen. Een professioneel violist die besluit om een oud vissersschip op te knappen, dat blijft toch wat bijzonders. Violisten zijn immers voorzichtig met hun handen? Zij wagen zich meestal niet aan zwaar werk dat hun motorische vaardigheid belast. Desondanks pakte hij de klus aan om dit schip te restaureren. De violist zat soms met teer aan zijn handen te spelen op het podium. Dat idealisme ging zeker niet alleen om het resultaat. Ook het opknappen van de aak was inspirerend en leverde een inzicht op in de constructie en de staat van onderhoud van het schip, dat alleen zo, al doende, verkregen kon worden. Het verschil met de kant-en-klare polyesterjachtjes kon dus niet groter zijn. Op dit moment is de generatie van jonge mensen die oude schepen ging opknappen zelf oud geworden. Weer is er sprake van een tijdsgewricht waarin het lijkt dat niemand zich meer voor dit soort schepen interesseert. 'Je raakt ze aan de straatstenen niet kwijt', laat staan dat er een nieuwe generatie jonge idealisten is die veel tijd en geld investeert in het weer laten varen van oude werkschepen. De toekomst ziet er voor deze schepen dus somber uit. Gelukkig maar, dat niemand die toekomst kan voorspellen en het zomaar anders kan lopen.
