In de overgang

24 november 2021

Ongeveer een eeuw geleden maakte Chris Snijders (1881-1943) deze krijttekening van de haven van Rotterdam. Het was een tijd van overgang. De zeilende vrachtvaart zou zo'n tien jaren later vrijwel geheel verdwijnen van de oceanen. De toekomst was aan de stoomschepen die hun bulklading graan met stoomelevatoren overslaan op binnenschepen. Voor die stoommachines waren enorme voorraden steenkool nodig om het water voldoende te verwarmen. Al die drukte in de oude Maashaven, in het centrum van de stad, is ook alweer verleden tijd. Het is er nu doodstil. De zeeschepen leggen aan in de nieuwe havens op de Maasvlakte. Na de zeilschepen verdwenen ook de stoomschepen. Vanaf de Tweede Wereldoorlog werd het bij de zeevaart de tijd van de enorme scheepsdiesels die op ruwe olie lopen. Als de tekenen ons niet bedriegen, komen we op korte termijn weer in een overgangsfase.

De fossiele brandstoffen worden in de ban gedaan vanwege de klimaatverandering die door het verbranden van steenkool en aardolie wordt veroorzaakt. Jonge klimaatactivisten verlangen zelfs op korte termijn een verbod op de winning en verwerking van aardolie. De consequenties van die stap zijn bijna onvoorstelbaar. Daarmee zou er niet alleen een einde komen aan de zeescheepvaart met mammoettankers en containerschepen, waardoor de mondiale economie tot stilstand zou komen. Ook de petrochemische industrie houdt daarmee op te bestaan, waardoor er geen brandstof meer is voor de luchtvaart, de scheepvaart met dieselmotoren of het vrachtverkeer over de weg. Ook wordt de productie van plastics en andere kunststoffen onmogelijk, waardoor er bijvoorbeeld geen smartphones, tablets en laptops meer gemaakt kunnen worden. De digitale netwerken vallen stil, waarna ook de energieslurpende datacenters gesloten kunnen worden. Dit wordt een overgang die zal voortrollen in een steeds wildere vaart die pas tot rust komt als de wereld in een situatie is beland die gelijkt op onze duistere middeleeuwen, duizend jaar geleden. Een weldadige rust zal zich dan verspreiden over de aarde. Dat wordt een ongelofelijk boeiend proces, die komende revolutie, die ik natuurlijk nog graag wil meemaken. Ik begin maar vast met de aanschaf van dierenhuiden om perkament van te maken. Ook ga ik grote ganzenveren sparen om pennen van te snijden en galnoten (uit eikenbomen) om inkt van te maken. Als chroniqueur van de komende overgang ben ik dan voorbereid om verslag te doen van een Mefistofelisch proces van de ondergang, "denn alles was entsteht, ist wert dass es zugrunde geht." (Goethe, 1829)

 


 

Terug naar vorige pagina