Klanknabootsingen
9 december 2017

De vissersschepen die honderd jaar geleden op de Zuiderzee werden gebruikt, zijn door hun markante vormen geliefd geworden als plezierjacht. Deze schepen hebben typenamen die echter helemaal niet doen denken aan gladde, snel voortglijdende luxejachten. Een aantal van die werkschepen kregen namen die meer leken op de geluiden die ze bij het varen produceerden: een bons, een schokker, een botter.
Of benamingen voor de wijze waarop ze door de golven voeren, met een bons, een schok of botsend. Dat lag aan hun brede, platte model. Het waren platbodems, gebouwd voor ondiep water, en voorzien van zijzwaarden om te kunnen zeilen. Nu is een schip met een zwaard op zee niets waard, maar de zeewaardige kielschepen staken gewoon te diep om over de Zuiderzee te kunnen kruisen. Dus dan maar bonzend, schokkend en botsend. Als illustratie een schilderijtje dat ik maakte van een schokker.
