Rolpaal
21 augustus 2019

Een trekschuit als op dit schilderij doet denken aan lang vervlogen tijden, maar dat is een misverstand. Met de aanleg van spoorwegen in de tweede helft van de 19e eeuw verdween inderdaad de trekschuit naar de achtergrond. De kunsthistoricus Havard reisde in 1873 langs de 'dode steden' van de Zuiderzee en maakte vanuit Harlingen een uitstapje naar Leeuwarden over de 'chemin de fer', maar stiekem betreurde hij dat hij niet meer per trekschuit naar de Friese hoofdstad kon. Het vervoer in zo'n vriendelijk schuitje dat rustig voortgetrokken werd door een paard, beviel hem wel. In de trekschuit hebben de reizigers tijd voor een goed gesprek, tijd om wat te eten of lekker in een hoekje weg te dromen. Overigens werd er door dames wel geklaagd over de bedompte sfeer in de roef door de voortdurend pijprokende heren. De gemoedelijkheid die Havard zo waardeerde is ook de sfeer op het schilderij. Het is windstil, niemand heeft haast, alles komt op z'n tijd. De lijn waarmee de schuit getrokken wordt, is bevestigd aan een kort mastje om te voorkomen dat de jaaglijn achter iedere struik blijft hangen. De jager met z'n paard is de bocht in de vaart al voorbij en juist om die reden is er in de bocht een rolpaal geplaatst waar de jaaglijn omheen loopt. Die paal zorgt ervoor dat het schip niet tegen de wal wordt getrokken zodra de jager de bocht heeft genomen, maar rechtuit blijft varen om daarna de bocht te nemen.
Havard zag in 1873 nog wel enige trekschuiten in gebruik, maar hij had natuurlijk nooit kunnen bedenken, dat tot aan de Tweede Wereldoorlog tussen Edam en Volendam een trekschuit in de vaart zou blijven. Die deed een uur over een afstand die de stoomtram in de dertiger jaren in vijf minuten aflegde. De trekschuit kon zo lang blijven bestaan dankzij het opkomende toerisme. Toeristen hadden in die tijd geen haast en vonden het grappig met een historische trekschuit Volendam te bezoeken. Op het schilderij is ook een vrachtschip te zien met een spriettuig. Zo'n tuig met een lange spriet die diagonaal het grootzeil spreidt, had vele nadelen, maar werd vooral op beschut binnenwater gebruikt. Die tuigvorm geeft een groot zeiloppervlak hoog aan de mast, wat op beschut water effectief is. Op zee is een hoog zeilpunt een nadeel, maar op beschut binnenwater juist niet.
