Tijdsbeeld

7 augustus 2021

Wat onveranderlijk lijkt, is meestal slechts een fase in een ontwikkeling. Zeker als het gaat om het cultuurlandschap van Nederland, dat immers gevormd is door menselijk ingrijpen en in de tijd door nieuw menselijk ingrijpen zal veranderen. De foto laat de IJsselmeerkust zien vanaf het noordelijk havenhoofd van Stavoren. Een foto uit de zestiger jaren, gemaakt in de nazomer als dia. Dat was de gebruikelijke manier in die jaren om kleurenfoto's te maken. We zien de Friese kust met rechts de toren van Hindeloopen. Daarna een tijdje niets, waarna in de verte de bomen bij Gaast en Makkum als richtpunten aan de horizon verschijnen. Het witte gebouw meer naar het westen is de grote loods van scheepswerf Amels en nog verder naar links doemt Kornwerderzand op. De afstanden tussen die richtpunten vertekenen voor het gevoel altijd sterk. Als je er naartoe vaart, blijken bijvoorbeeld de vaargeul naar Makkum en de route naar Kornwerderzand veel dichter bij elkaar te liggen dan het zo van afstand lijkt. Die Friese kust is niet altijd zo geweest. Toen het IJsselmeer nog Zuiderzee was, kende Friesland 'gekraagde dijken'. Het basaltdijkje langs het water was de basis voor een dubbele rij stevige eiken balken van ruim twee meter hoog die bij storm als een robuuste houten muur de kracht van de golven opving. Die beschoeiing is pas na de oorlog verwijderd. Het IJsselmeer was minder bedreigend voor het achterland dan de Zuiderzee. De oeverrecreatie die in de zestiger jaren ontstond langs de IJsselmeerkust, was ook alleen maar mogelijk, doordat die hoge houten kraag was weggehaald. Ook opvallend op de foto is het ontbreken van de vele zeiltjes op het water die er tegenwoordig het gehele zomerseizoen te zien zijn. De kust ziet er op de foto nog uit als tijdens de armoedige jaren vijftig.

De watersport moest nog tot ontwikkeling komen, de grote jachthavens in Stavoren, Hindeloopen, Workum en Makkum bestonden nog niet. Die werden pas later aangelegd. De zeilers waren in die tijd met weinigen en zij meerden af in de historische vissershavens, waar ze nieuwsgierig werden beoordeeld door de voormalige Zuiderzeevissers die op de leugenbank aan de kant zaten. Dat alles gaat echter over een wereld die voorbij is. Eerst kwamen de grote jachten, al spoedig gevolgd door de aanleg van grote jachthavens langs de kust. Dat bracht leven in de toen wel erg rustige kustplaatsen en welvaart bij jachtwerven, horeca en andere recreatieondernemers er plaatse. Maar de tijden staan niet stil. Wie nu naar Stavoren gaat en vanaf het noordelijk havenhoofd richting Kornwerderzand kijkt, denkt dat daar een permanente kermis is georganiseerd. Hij ziet namelijk 'het grootste windpark ter wereld op het binnenwater', het Windpark Fryslân, dat bestaat uit 89 turbines van 180 meter hoog. Gewoon in een Natura 2000-gebied! Langs de Noordzeekust zijn veel windparken nog redelijk ver op zee gebouwd, maar hier draaien de turbines vlak voor je neus. Het park neemt een flinke hap uit het te bevaren water, van Breezanddijk zo'n 15 km. naar het zuiden en 10 km. naar het oosten. Vanuit Kornwerderzand is het omvaren geworden, want schepen mogen niet in de buurt van de molens komen. Er zijn mensen die heel trots zijn op dit windpark. Persoonlijk heb ik echter meer met het uitzicht zoals op de foto van bijna 60 jaar geleden.

 


 

Terug naar vorige pagina