Wyldsjitter

De uitgebreide informatie over de Tjotter en haar subtypes, is opgenomen bij de beschrijving van het type op de Boekenplank.

De ontwikkeling van de Tjotter bekijken we vanuit een breed perspectief, waarbij de ontwikkeling van het scheepstype en de geschiedenissen van de schepen als uitgangspunt worden gehanteerd.

De Wyldsjitter in het kort

Een Wyldsjitter is een Friese boot die speciaal was ingericht voor de jacht. Het is een platboomde boot met licht gebogen, sterk vallende voorsteven en een rechte steilstaande achtersteven. De kop en het achterschip zijn rond, maar sterk weggeveegd. Het boord valt breed open tot aan het berghout. Het boeisel valt binnenwaarts. De romp is gestrekt en heeft bijna geen zeeg. Op een kleine plecht na is de boot geheel open. Vroeger was de boot uitgerust met één smal zwaard. Later gebruikte men twee ronde, brede zwaarden.

De Wyldsjitter is het kleinste ronde Friese schip uit de familie van de tjotters. Doorgaans waren ze 15 voet lang (4.30 meter) en hadden ze een diepgang van slechts 12 cm., zodat er zelfs op ondergelopen land mee gevaren kon worden. De boot kon onhoorbaar, zonder golven, door het water glijden.

De jacht op ganzen vond plaats in de vroege ochtend en in de namiddag. De jager lang languit in zijn boot. Hij schoot wanneer de vogels opvlogen en net boven het water waren. Het ganzenroer was geladen met hagel. Een goed schot leverde de jager 20 tot 30 vogels op.

Terug naar vorige pagina