Ee-Ros

Dit schip heeft een plaquette van de SSRP aan boord van een eerdere inschrijving, maar staat nu "geregistreerd" in Categorie X in het Stamboek en wordt dus gekenmerkt als 'Inactief'. Schip en eigenaar zijn op dit moment NIET "actief" aangesloten bij de SSRP als Behoudsorganisatie. De huidige eigenaar is (nog) niet in onze administratie opgenomen. Deelname aan Evenementen waarbij de eis wordt gesteld, dat het schip en de eigenaar zijn aangesloten bij dezelfde Behoudsorganisatie als onderdeel van de FVEN, is vanuit de SSRP daarom NIET mogelijk.
Dit betekent dat het schip nog onderdeel is van de Aanmeldingsprocedure (her-inschrijving) of, en dat geldt voor de meeste schepen, de eigenaar heeft het schip niet her-aangemeld en betaalt dus ook geen jaarlijkse bijdrage aan de SSRP voor Inschrijving in het Stamboek. Eventueel vermelde gegevens van schip en oud-eigenaren dateren meestal uit de periode van eerdere 'actieve' Inschrijvingen en zijn waarschijnlijk niet volledig en mogelijk niet correct. Voor dit schip kan, omdat het niet aantoonbaar voldoet aan de Criteria van de SSRP, geen Meetbrief door de KNWV worden afgegeven.
Vanwege de doelstelling van de SSRP om alle historie van de in het Stamboek opgenomen schepen vast te leggen, worden in de Schepenlijst wel de in het stamboekarchief beschikbare gegevens van dit ooit geregistreerde schip en summiere gegevens van de (oud-)eigenaren getoond.
Heeft u informatie over dit schip of bent u eigenaar en wilt u het graag weer 'activeren'? Laat het ons weten!
Ds. J. Matzer van Bloois schrijft ter gelegenheid van de tewaterlating in 1963:
Brandsma bouwt een schouw met een eigen karakter dat mij zo trof, dat ik er graag een enkele opmerking over maak. De in mijn ogen orthodoxe schouw vertoont twee duidelijke bases voor haar vorm. Ten eerste het boeisel dat nog een duidelijk „zetboord" is: waterkering bij golfslag en bij overhangen onder zeil. Ten tweede: de gestrekte vorm die nu eenmaal ontstaat wanneer de delen niet worden gebrand. Bij de schouw van Brandsma is het zetboord echt boeisel geworden met een logische zeeg, en hij brandt de delen van vlak en boegen en krijgt daardoor een niet zo gestrekte lijn meer maar gaat, om een beeld te gebruiken, de kant uit van bijvoorbeeld de Lemsterschouw of de zeeschouw.
Eigenschappen
Plaquette nummer: | 378 | Zeil nummer: | |
---|---|---|---|
Categorie: | X | Tekening nummer: | |
Type: | Open Schouw |
Bouw
Bouwjaar: | 1963 | Ontwerper: | B. Brandsma |
---|---|---|---|
Werf: | Jachtwerf Brandsma | Werf plaats: | Rohel |
Motor: | Motor type: | ||
Materiaal romp: | Eikenhout | Materiaal kajuit: | |
Materiaal zeil: | Dacron | ||
Onderwaterschip: | Kiel: |
Afmetingen
Lengte stevens: | 6,50 m | Breedte berghout: | 1,90 m |
---|---|---|---|
Diepgang: | 0,30 m | Masthoogte water: | 7,00 m |
Oppervlakte grootzeil: | 0,00 m2 | Oppervlakte fok: | 0,00 m2 |
Oppervlakte botterfok: | 0,00 m2 | Oppervlakte kluiver: | 0,00 m2 |
Oppervlakte totaal: | 0,00 m2 | Oppervlakte overig: | 0,00 m2 |
Tot nu toe bekende eigenaren en namen van het schip
1963 – 1965 | J.A. van Belkum, Groningen ( Ee-ros) |
---|---|
Rond 1973 – onbekend | W.F.A. Oud ( Ee-Ros) |
1980 – 1988 | J. Boon, Delden ( Ee-ros) |
1988 – 2009 | H. Steunenberg en L. Botman ( Ee-Ros) |
2009 – 2017 | Jappie Boonstra, Balk ( Ganibeka) |
2017 – (Eigenaar, nu geen relatie met het Stamboek) | Roelof Dijkstra, Balk ( Ee-Ros) |
Geschiedenis
1963
18 juli 1963
18 juli 1963: Waterkampioen 1963 - Tewaterlating schouw Ee-ros

Schouw met karakter
Ten zuiden van Buitenpost ligt aan het grote vaarwater de werf van Brandsma in Rohel. Per auto uit Groningen betekent dat: beton en asfalt, dan klinkers en bochten en dan, gelukkig! nog een stukje onverharde hobbelweg met kuilen en gaten; een klein groepje boerderijen en de werf ; een echte „nederzetting". In Overijssel zouden we zeggen: een buurtschap. Brandsma bouwt of componeert nog houten schouwen en op de achttiende juli ging er één van zes meter te water, gebouwd voor rekening van een Groninger arts. (Zie ook De Waterkampioen No. 1106, blz. 1728) Deze dokter is belangrijk op het gebied van de psychiatrie. Zijn kwaliteiten dienaangaande kan ik niet beoordelen, maar zijn „psychologie van de schouw" getuigt, vind ik, van grote wijsheid en feeling.
Brandsma bouwt een schouw met een eigen karakter dat mij zo trof, dat ik er graag een enkele opmerking over maak.
De in mijn ogen orthodoxe schouw vertoont twee duidelijke bases voor haar vorm. Ten eerste het boeisel dat nog een duidelijk „zetboord" is: waterkering bij golfslag en bij overhangen onder zeil. Ten tweede: de gestrekte vorm die nu eenmaal ontstaat wanneer de delen niet worden gebrand.
Bij de schouw van Brandsma is het zetboord echt boeisel geworden met een logische zeeg, en hij brandt de delen van vlak en boegen en krijgt daardoor een niet zo gestrekte lijn meer maar gaat, om een beeld te gebruiken, de kant uit van bijvoorbeeld de Lemsterschouw of de zeeschouw. Ik vond het mooi en fors en zeer de moeite waard. Mede om weer eens een stuk degelijk ouderwets werk te zien dat ook in zeilen, blokken, touw en ijzer van botteloef en kikkers de soberheid en degelijkheid liet zien, die meer schoonheid bergt in de eenvoud dan tufnol, nylon en „stroomlijn". Tenslotte zou dit wel eens een snel schip kunnen zijn ook.
Groningen, 2 augustus 1963
Ds. J. Matzer van Bloois

De Waterkampioen No. 1106, blz. 1728
Tewaterlatingen van grote, kostbare jachten plegen nieuws te zijn, die van gewone zeil- en roeiboten niet. Eigenlijk is dat niet geheel juist, want men behoeft niet beslist een groot en duur jacht te hebben om toch volop van de watersport te genieten. En voor de liefhebber van een doodgewoon scheepje is het toch ook interessant te weten dat er in deze categorie heel veel wordt gebouwd en dat zich daarbij soms echte pronkstukken bevinden. Nu is het natuurlijk ondoenlijk om in De Waterkampioen melding van alle tewaterlatingen van deze jachten te maken, maar af en toe is er toch enige reden om een uitzondering te maken. Zo'n uitzondering maken we nu voor de schouw, die dokter J. A. van Belkum uit Groningen op de jachtwerf van M. Brandsma te Rohel in Friesland heeft laten bouwen. Dit scheepje is namelijk een prachtig stukje werk, waar de werf met recht een beetje trots op mag zijn en waarmee de opdrachtgever erg ingenomen is.
Mevrouw van Belkum gaf het scheepje bij de doop de naam Ee-Ros. Na enige moeilijkheden met de champagnefles, die maar niet stuk wilde springen, gleed het jacht snel het water in. Vooral toen de schouw in het water lag bleek dat hier een mooi stuk vakwerk was geleverd. Deze schouw - eenvoudig van lijn en opzet - bleek iets van de luxe en schoonheid van boeier of Fries jacht in zich te bergen.
Reactie van J.S. van Belkum, zoon van de opdrachtgever
Bij de doop en de "maiden trip" van de 'Ee-Ros' was ik als 5-jarige aanwezig. Op de tweede foto zit ik bij de mast. In 1964 of 1965 heeft mijn vader deze schouw van de hand gedaan. Eind jaren 60 waren mijn zus en ik bij zeilschool De Bird in Heeg. Daar was een zeilinstructeur die toen eigenaar was van deze schouw. Door de "sierlijke" letters van de naam dacht hij dat de boot 'Le Ros' heette. Wij hebben hem kunnen vertellen dat het 'Ee-Ros' moest zijn.
2015
3 januari 2015
3 januari 2015: Mail van Henk Steunenberg en Lia Botman
Volgens het Stamboekarchief zou de schouw in 1995 gesloopt zijn. De conditie was dusdanig dat herstel niet meer lonend was. Het tuig zou zijn overgezet op een stalen Friese schouw die verkocht is naar Akkrum. Zwaarden en roer waren in 1995 al niet meer aanwezig.
Begin 2015 kregen we bericht van Henk Steunenberg dat die verhaal niet helemaal klopte. Hij schrijft: We hebben de Ee-Ros in 1988 gekocht van Johan Boonstra, opgeknapt en er mee gevaren tot okt. 2009. Daarna in heel slechte staat verkocht voor 1 euro aan een zekere Jappie Boonstra, Balk. Deze heeft de boot gerestaureerd, verbouwd en een andere naam gegeven.

2018
22 mei 2018
22 mei 2018: De Ee-Ros ligt te koop

De huidige eigenaar heeft de schouw behoorlijk onder handen gehad.