1965: Nieuw klassereglement voor ronde- en platbodemjachten

Men zal wellicht het verdwijnen van de vertrouwde zeiltekens OA, OB en OC betreuren. De oude indeling was echter gebaseerd op de wedstrijdmaat WM, die geheel is vervallen. Waar de gehele indeling is gebaseerd op scheepstype, was een daarmee overeenstemmende klasse-aanduiding in het zeil geheel logisch. Ook al blijft het juist, dat bijvoorbeeld in de klasse der visserschepen sterk uiteenlopende typen zijn ondergebracht, die echter toch alle gemeen hebben, dat met de betreffende naam (Lemsteraak, botter, hoogaars) oorspronkelijk steeds vissersvaartuigen werden aangeduid.
Maar in 1965 is dan eindelijk de vernieuwing van het klassereglement voor ronde en platbodemjachten een feit geworden.

SSRP om advies gevraagd

In 1959 ontving de Stichting Stamboek Ronde- en Platbodemjachten het verzoek van het Verbond een advies over een onderdeel van het bestaande reglement uit te brengen. Na veel studie werd besloten het gehele reglement te herzien en in februari 1963 werd daaromtrent een advies uitgebracht. De daarna ingestelde Technische Commissie voor Ronde- en Platbodemjachten van het Verbond heeft dit advies grondig bestudeerd en zich er ten slotte in grote lijnen mee verenigd. In de vergadering van 24 juni ten slotte heeft het bestuur van het Verbond het nieuwe reglement aanvaard.

Dit nieuwe reglement is gebaseerd op de volgende principes

  1. indeling van de schepen primair naar type, secundair naar grootte;
  2. één zelfde soort regeling en meting voor jachten mèt en jachten zonder kajuit, met toepassing van een ka-j uitcorrectie;
  3. verbetering van de meting en van de tijdvergoedingsfactor, door daarbij met name te betrekken zowel de breedte van de schepen als het totale zeiloppervlak, berekend op een vereenvoudigde wijze.

Klasse-indeling

De schepen worden naar type ingedeeld in zes klassen, onderverdeeld naar grootte, ieder met een eigen zeilteken, waarbij de eerste letter de klasse en de tweede letter de grootte aanduidt.
Uitdrukkelijk is bepaald, dat in de verschillende klassen uitsluitend schepen worden toegelaten, die in vorm niet belangrijk afwijken van de door deze benamingen oorspronkelijk aangeduide typen van Nederlandse vaartuigen, terwijl de tuigage dezelfde moet zijn als die welke van oudsher bij het betreffende type gebruikelijk was.
Vanzelfsprekend zijn zijzwaarden, behalve bij de Staverse jollen, voorgeschreven, terwijl de som van de tilling van het vlak plus de hoogte van een eventueel aanwezige kielbalk, niet meer mag bedragen dan 2 procent van de lengte op de waterlijn. De afmetingen en de kleur van de zeiltekens en zeilnummers zijn nader aangegeven.

Overgangsbepalingen

Gedurende het seizoen 1965 zullen de wedstrijden nog onder het bestaande reglement worden gevaren. Met ingang van het seizoen 1966 wordt het nieuwe reglement van kracht. Alle reeds gemeten schepen dienen te worden hermeten. Hiervoor wordt een verlaagd tarief berekend, terwijl gepoogd wordt deze hermeting zoveel mogelijk te doen plaatsvinden bij evenementen waar veel ronde en platbodemjachten bijeen zijn. De mogelijkheid bestaat dat vóór het reglement in 1966 van kracht wordt, aan de hand van bij de hermeting verkregen gegevens nog kleine wijzigingen in het reglement zullen worden aangebracht, speciaal ten aanzien van de verschillende coëfficiënten en de correctiewaarden, die betrekking hebben op de berekening van het zeiloppervlak. 

pdf Waterkampioen juli 1965 nr1153 - Nieuw Klassereglement voor Ronde en Platbodemjachten.pdf

Terug naar vorige pagina