2016-7: De horizon verleggen

Spiegel der Zeilvaart augustus 2016 nummer 7

Eeuwenlang verlegden schippers hun grenzen. Groninger schippers voeren al in de 13e eeuw naar Engeland en onderhielden ook nauwe banden met steden in Noord-Duitsland en het Oostzeegebied. Dat is vandaag de dag niet anders, al worden de honneurs tegenwoordig voor een groot deel ook waargenomen door de pleziervaart. De Groningers voeren rond 1860 met koffen, galjoten, schoeners en brikken. De turf uit de veenkoloniën werd niet alleen binnenlands vervoerd, maar ook over zee. In 1860 had bijna de helft van alle Nederlandse zeeschepen de thuishaven in de provincie Groningen. Overigens voeren de schepen zelfs tot aan Zuid-Amerika. Die binding met de zee leidde er in 1980 toe, dat de Vereniging Oranje (Verzekeringen) ter gelegenheid van haar 75-jarig jubileum in samenwerking met de Landelijke Vereniging tot Behoud van het Zeilend Bedrijfsvaartuig (nu: Het Historisch Bedrijfsvaartuig) een groot aantal historische, zeilende schepen naar Groningen haalde. Het leverde in de stad prachtige plaatjes op, die nauwelijks verschilden van foto's uit het begin van de vorige eeuw.

Groningen 2016

Rond 1980 startte Nederland ook met grote Sail¬evenementen, waarvan ons Varend Erfgoed ook een onderdeel uitmaakte. Eerst in Amsterdam, maar tegenwoordig in alle belangrijke havenplaatsen. Iedereen wil z'n graantje meepikken. Dit jaar was het de beurt aan Delfzijl. De Federatie Varend Erfgoed Nederland (FVEN) had het initiatief genomen om een "Zwaan Kleef Aan" tocht te organiseren vanaf Zeeland. Voor veel schippers, die op allerlei plekken in Nederland aanhaakten, al een wereldreis op zich. De tocht voerde langs diverse routes en een groot aantal schepen verzamelde zich een week voor DelfSail in Groningen voor een lang weekend Zomerwelvaart. Een regelmatig terugkerend evenement sinds 1980.

Vloot SSRP-schepen tussen het overig Varend Erfgoed in de Damsterhaven
Vloot SSRP-schepen tussen het overig Varend Erfgoed in de Damsterhaven

Zoet vs. zout

In Delfzijl kwamen uiteindelijk zo'n 140 schepen van de diverse Behoudsorganisaties samen, waaronder ar van de SSRP/VSRP. De helft vond z'n plaats "op zout" in de Damsterhaven. De andere helft "op zoet" in het Oude Eemskanaal achter de sluis. Er zijn schepen die bewust kiezen voor het zoete water, omdat ze niet anders zijn gewend. Anderen kregen er een plaats omdat er buiten niet genoeg ruimte was. De organisatie liep zich het vuur uit de sloffen om het een ieder zo goed mogelijk naar de zin te maken. Frans Stam van de Vollenhovense bol 'Vrouwe Ayn' was gevraagd om de in tweeën gesplitste Vlootschouw op zaterdag en zondag in goede banen te leiden. Een hele klus, zo bleek, omdat het uitvaren van grote groepen schepen van hun ligplaats (soms zes rijen dik) al een evenement op zich was en schip¬pers op het laatste moment besloten vanwege de hindernissen (brug, sluis en weer) toch maar te blijven liggen. Maar uiteindelijk leverde het toch prachtige plaatjes op, op de kade begeleid door deskundig commentaar van Peter Tolsma, voorzitter van onze Criterium Commissie.

Aftersail

Eind zondagmiddag verlieten de eerste grote Windjammers de haven op weg naar Antwerpen voor het Sail-evenement aldaar, en vervolgden ook diverse Varend Erfgoedschepen hun eigen weg. Een aantal kiest daarbij bewust voor een koers richting oostwaarts over wad en of zee. Vaarwater waar veel ronde en platbodemjachten heel geschikt voor zijn. In alle Duitse Waddenhavens kom je wel Duitse of Nederlandse platbodemjachten tegen. Dat levert regelmatig boeiende gesprekken en ervaringen op. Het gaat daarbij vaak over het weer en getij. Twee zaken, die verschrikkelijk belangrijk zijn tijdens zo'n reis naar het oosten. Als je eenmaal in de Oostzee bent gearriveerd speelt het getij geen rol meer. Op onze website staan de diverse verhalen over de reizen in de Oostzee, tot aan Rusland toe! Maar onderweg spraken we ook een schipper die al zo'n 30 jaar met zijn zelf gebouwde Zeeschouw via Denemarken richting Zweden vaart.

Onderweg

Onderweg naar Denemarken, zagen we op Langeoog met heel laag water opeens de Hoogaars 'Johanna' binnenvaren, die meters voor de steiger in het slik tot stilstand kwam. Toen we later met de schipper spraken, bleek dat deze z'n thuishaven had op Amrum, een Duits Waddeneiland in de Duitse Bocht. Zolang de wind redelijk gunstig was en niet boven kracht 6 uitkwam, voer hij net zo makkelijk met z'n schip naar Grouw om even naar de zeilmaker te gaan, of naar Helgoland of de diverse Waddeneilanden - alleen! Hij vond er niets bijzonders aan: vanaf Amrum voeren vroeger veel schepen naar allerlei havens voorbij de horizon. Het zat hem gewoon in het bloed en de Hoogaars leende zich er perfect voor!

pdf SdZ 2016 nr07 augustus - De horizon verleggen

Jan Eissens, Stamboekbeheerder
stamboek@ssrp.nl

Terug naar vorige pagina