Ernst Crone eredoctor, een mensenleven lang voorop in watersport

Ernst Crone vervulde een mensenleven lang een rol in de watersport, een sport. die hij zelf hartstochtelijk beoefende. Elike zomer, 33 jaren achtereen, ging hij met zijn zeewaardig jacht de Noordzee op, Hij kent de kusten van Engeland en Noorwegen als zijn broekzak. Hij kent de Noorse fjorden en zeilde over de Oostzee.
Van 1934 tot 1957 was Ernst Crone voorzitter van het Koninklijk Nederlands Verbond van Watersportverenigingen, Hij legde die functie neer, toen hij in 1957 zijn jacht aan kant deed en zich dus niet meer actief met de watersport bezig hield.

Geen nietsdoen

Ernst Crone is Amsterdammer van geboorte. Daar liep hij de vijfjarige HBS door, waarna hij op kantoor kwam bij de Koninklijke Hollandse Lloyd. Toen de eerste wereldoorlog de scheepvaart lam legde. was ook Ernst Crone tot nietsdoen gedoemd. Maar niets-doen lag met in zijn aard. Hij zette zich aan de studie voor de akte middelbaar wis- en zeevaartkunde. Crone moest daar privé-les voor nemen, want een instituut voor opleiding tot deze akte bestond er toen nog niet,
Nu wel, mede dankzij Ernst Crone. Want hij was medeoprichter van de vereniging „Cornelis Douwes", die de Kweekschool voor de zeevaart te Amsterdam stichtte, die voor de akte middelbaar zeevaartkunde opleidt. Vele jaren was hij de secretaris van deze vereniging en van 1937 af is hij voorzitter. Naast deze functie vervult Ernst Crone al van 1932 af de functie van bibliothecaris van het Koninklijk. Nederlands Aardrijkskundig Genootschap, welk werk hem in nauwe relatie bracht met de cartografie. die ook zijn bijzondere belangstelling had. 

Voorzitter van nationale comité's

Zijn vooraanstaande positie in de watersportwereld bezorgde hem ook het voorzitterschap van de nationale comité's. die in 1933 het Koninklijk Paar als huwelijksgeschenk de „Piet Hein" en in 1957 Kroonprinses Beatrix het jacht „De Groene Draeck" aanboden. Het was de heer Crone, die als voorzitter van deze comité's deze geschenken namens het Nederlandse volk aan het Koninklijk Paar en Prinses Beatrix mocht. aanbieden.

Publicaties

De vrucht van zijn wetenschappelijke arbeid legde Ernst Crone vast in verschillende publicaties. In het zeevaartkundig tijdschrift „De Zee'', een vakblad voor de koopvaardij, verscheen menig artikel van zijn hand. Ten behoeve van de watersport schreef hij een klein werkje „Plaatsbepaling op zee" en in 1925 schreef hij een gedenkboek ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van de zeilvereniging ,,Het J' „Bladzijden uit de geschiedenis der jachthavens en van de zeilsport, te Amsterdam",

Van meer wetenschappelijke aard was zijn in 1941 verschenen geschrift „Leven en werk van Cornelis Douwes", de 18de eeuwse wis- en sterrenkundige, die aan het hoofd stond van de in 1747 gestichte zeevaartschool te Amsterdam en die een beroemd geworden werk schreef over „Zeemanstaferelen", dat in verschillende talen werd overgezet.
Tenslotte werkte Ernst Crone mee aan de vertaling In modern Engels van het omvangrijke werk van Simon Stevin, een standaardwerk in vijf delen, uitgegeven op initiatief van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen. Stevin was een beroemd wiskunstenaar. die in het, midden van de 16e eeuw In Brugge werd geboren en in 1820 overleed. Hij was da leermeester van Prins Maurits, die hem benoemde tot ingenieur van de waterstaat. In dit standaardwerk, waarvan de eerste twee delen gaan over mechanica en wiskunde, de laatste twee delen over krijgskunde en algemene technische onderwerpen namen prof. A. Pannekoek (astronomie!) en Ernst Crone het derde deel voor hun rekening, laatstgenoemde het gedeelte over de navigatie. Naast de oorspronkelijke 16de eeuwse tekst van Stevin is in dit werk - bladzijde naast bladzijde - de vertaling in modern Engels afgedrukt.

Men kan veilig aannemen, dat het aandeel, dat Ernst Crone in de totstandkoming van dit omvangrijke wetenschappelijk werk had voor het curatorium van de Universiteit van Amsterdam aanleiding werd hem het eredoctoraat in de wiskunde en de natuurwetenschappen te verlenen. De eredoctor kan er de bekroning In zien van zijn wetenschappelijke studie, die zijn oorsprong vond In zijn jeugdliefde voor de watersport.

---

Spiegel der Zeilvaart mei 2023 nummer 4 - De vloot van de familie Crone

De familie Crone heeft een belangrijke rol gespeeld in de Nederlandse watersport. Eduard, Ernst en Carl Crone waren niet alleen liefhebber van de zeilsport, maar ook bestuurder en verwoed verzamelaar; hun collecties zijn te vinden in het Scheepvaartmuseum. Maar met welke schepen voeren zijzelf?
De succesvolle zakenman Eduard Henrich Crone (1852-1918) was in 1898 erelid van Zeilvereniging 'Het Y' geworden terwijl hij toch geen schip bezat. Hij was wel regelmatig te gast aan boord bij vrienden, zoals bij de Y-President Pieter Altink Jr. met zijn boeier en Lemsteraak Elisabeth (SdZ 2020-8) en bij Andries en Barend Bakker van de boeier Bato.
Na het overlijden van Altink in 1904 wordt Eduard Crone President van 'Het Y'. Omdat hij als voorzitter ook actief aan de zeilsport wil deelnemen laat hij de yawl Jozef Israéls door de nog jonge Gerard de Vries Lentsch ontwerpen en bouwen. De tweemaster (13,95 x 3,24 m, bouwsom f 5.300,- compleet met tuigage en inventaris) wordt in mei 1905 opgeleverd. Het schip is vernoemd naar de kunstschilder die bewonderd wordt door kunstverzamelaar Eduard Crone. Thuis hangen een aantal originele werken van Israëls aan de muur, aan boord zijn op vier kastdeurtjes beroemde werken van de kunstschilder nageschilderd. Al snel gaat het gerucht dat het originele werken zijn en dat het schip alleen daarom al een kapitaal waard is.
Ernst Crone (1891-1975), zoon van Eduard, kon zijn leven, dankzij het van zijn vader geërfde vermogen, grotendeels in dienst stellen van de watersport met zeer veel bestuurlijke functies. Zo was hij van 1935 tot 1957 voorzitter van de KNZ&RV te Muiden. Zijn op jonge leeftijd ontstane belangstelling voor navigatie heeft geleid tot een onschatbare verzameling boeken over de geschiedenis van de zeevaartkunde. Crone schreef ook vele artikelen en een aantal boeken, zoals over Cornelis Douwes (1712-1773) en Simon Stevin (1548-1620). In totaal staan er 109 titels op zijn publicatielijst. Zijn verzameling boeken, waaronder 277 boeken van voor het jaar 1700, en instrumenten, heeft hij aan Het Scheepvaartmuseum nagelaten. In 1989 verscheen de Crone Library, waarin in ruim achthonderd pagina's de unieke collectie staat beschreven. Het 'Dr. Ernst Crone Fellowship' maakt het mogelijk om met een stipendium een maritiem-historisch onderzoek uit te voeren.