Nehalennia (ex-Flevo)

Nehalennia (ex-Flevo) Niet actief

Dit schip heeft een plaquette van de SSRP aan boord van een eerdere inschrijving, maar staat nu "geregistreerd" in Categorie X in het Stamboek en wordt dus gekenmerkt als 'Inactief'. Schip en eigenaar zijn op dit moment NIET "actief" aangesloten bij de SSRP als Behoudsorganisatie. De huidige eigenaar is (nog) niet in onze administratie opgenomen. Deelname aan Evenementen waarbij de eis wordt gesteld, dat het schip en de eigenaar zijn aangesloten bij dezelfde Behoudsorganisatie als onderdeel van de FVEN, is vanuit de SSRP daarom NIET mogelijk.

Dit betekent dat het schip nog onderdeel is van de Aanmeldingsprocedure (her-inschrijving) of, en dat geldt voor de meeste schepen, de eigenaar heeft het schip niet her-aangemeld en betaalt dus ook geen jaarlijkse bijdrage aan de SSRP voor Inschrijving in het Stamboek. Eventueel vermelde gegevens van schip en oud-eigenaren dateren meestal uit de periode van eerdere 'actieve' Inschrijvingen en zijn waarschijnlijk niet volledig en mogelijk niet correct. Voor dit schip kan, omdat het niet aantoonbaar voldoet aan de Criteria van de SSRP, geen Meetbrief door de KNWV worden afgegeven.
Vanwege de doelstelling van de SSRP om alle historie van de in het Stamboek opgenomen schepen vast te leggen, worden in de Schepenlijst wel de in het stamboekarchief beschikbare gegevens van dit ooit geregistreerde schip en summiere gegevens van de (oud-)eigenaren getoond.
Heeft u informatie over dit schip of bent u eigenaar en wilt u het graag weer 'activeren'? Laat het ons weten!

Op de kleine werf van P. Hartog in Buiksloot zijn tussen 1910 en 1953 vele voornamelijk kleine kajuitzeiljachten zoals Schouwen, Grundels en een Vollenhovense bol gebouwd. Maar daarnaast kwamen er ook motorbootjes, roeiboten en vletten van de werf van Hartog. De Vollenhovense bol ''Nehalennia' is in 1929 door Hartog gebouwd.

In 1972 heeft Huitema het schip bekeken en het volgende geconcludeerd:
De algemene indruk was van een in goede staat verkerend schip, dat er uitstekend verzorgd uitzag. De juiste typeaanduiding is echter moeilijk. Bepaalde kenmerken van een Vollenhovense bol zijn inderdaad te onderkennen, maar ik geloof toch niet dat deze aanduiding de juiste zou zijn. Allereerst zijn de afmetingen daarvoor aan de kleine kant, waar vooral het voorschip is niet het voorschip van een Vollenhovense bol. Opvallend is met name dat na de grootste breedte het schip snel smaller wordt naar de voorsteven toe. Je bent enigszins geneigd een schip te verwachten, dat een halve meter ongeveer langer had moeten zijn. Ik heb het vermoeden dat uw schip in 1928 bij Hartog in Bulksloot is gebouwd. Ik dit niet zeker zeggen omdat ik van het schip maar één foto heb gezien. De heer Hartog was een zeer bekende bouwer van kajuitschouwen. Dat zou kunnen verklaren dat uw schip - evenals een schouw - weinig zeeg vertoont en het voorschip niet veel hoger is dan het achterschip, in ieder geval minder dan bij typische Zuiderzeeschepen. het geval is. Indertijd heb ik daarom voor het aangemelde scheepje ook volstaan met de omschrijving "bolletje".
Het type Bolletje is een verzamelnaam:
De meeste Zuiderzeehavens hadden elk hun eigen type kleine vissersvaartuigen, goedkoper dan hun grote broers en geschikt voor een kleine bemanning. Zo kennen we nog Wieringer, Makkumer, Workumer, Vollenhover en Enkhuizer bollen. Misschien zijn er nog wel meer typen geweest waar we het bestaan niet van weten. Ze leken allemaal op elkaar, maar hadden toch hun onderlinge verschillen, voortkomend uit de plaatselijke omstandigheden, het gebruik en traditie. Men zegt dat het verschil in thuiswater voor de scheepjes van de Oostwal wat grotere en meer zeewaardige exemplaren opleverde, zoals bijvoorbeeld de Vollenhovense bol. Het was daar door de heersende westenwind meestal lager wal, wat resulteerde in meer waterverplaatsing en in meer lengte over stevens tot een meter of tien. Van de Enkhuizer bollen die konden profiteren van de hoge wal, lag de lengte over stevens meestal tussen de zeven en acht meter. Voor Durgerdam geldt dat zeker, gesitueerd in het uiterste Zuid Westen van de Zuiderzee.

In het Overzicht van in het Stamboek ingeschreven jachten, die nooit een plaquette hebben gekregen staat het volgende:
17. Boeier 'Flevo', 6,-m, bouwer en bouwjaar onbekend, Eikenhout, eigenaar K.G. Pander, Den Haag, in schepenlijsten 1959 t/m/ 1961.

De Hartog schepenkring verzamelt van de schepen zoveel mogelijk gegevens over de historie, de traditie, de bouwwijze, de scheepswerf, de werfbaas Pieter Hartog en het gebruik van de schepen. Deze gegevens worden op overzichtelijke en toegankelijke wijze geregistreerd.

Eigenschappen

Plaquette nummer:351 Zeil nummer:
Categorie:X Tekening nummer:
Type:Durgerdammer bol

Bouw

Bouwjaar:1928 Ontwerper:P. Hartog
Werf:P. Hartog Werf plaats:Buiksloot
Motor:Inbouw Motor type:
Materiaal romp:Eikenhout Materiaal kajuit:Eikenhout
Materiaal zeil:Dacron
Onderwaterschip: Kiel:

Afmetingen

Lengte stevens:6,50 m Breedte berghout:2,60 m
Diepgang:0,00 m Masthoogte water:0,00 m
Oppervlakte grootzeil:0,00 m2 Oppervlakte fok:0,00 m2
Oppervlakte botterfok:0,00 m2 Oppervlakte kluiver:0,00 m2
Oppervlakte totaal:0,00 m2 Oppervlakte overig:0,00 m2

Tot nu toe bekende eigenaren en namen van het schip

1955 – 1956 Mw E. Verhage-Van Eck, Voorburg ( Flevo)
1957 – 1957 H. Pander, 's Gravenhage ( Flevo)
1957 – 1961 K.G. Pander, 's Gravenhage ( Flevo)
1966 – 1970 S. de Boer, Smilde ( Flevo)
1970 – 1972 O.K.J. Koster, Oss ( Flevo)
1972 – onbekend J. van Poelgeest, Edam ( Flevo)
1997 – 2008 G.N.F. de Winter, Nootdorp ( Nehalennia)

Geschiedenis

1928

1928

1928: Scheepstimmerman in de vissersfamilie Swartsenburg in Durgerdam

De vissersfamilie Swartsenburg uit Durgerdam had een eigen scheepstimmerman in de familie in de vorm van Pieter Hartog en zo gebeurde het dat in 1928 er in de haven van Durgerdam tussen alle gewone visjollen en vletten een heuse Vollenhovense bol lag. Geen al te groot schip, het mat 6.50m over de stevens, maar wel een schip wat werd aangeduid als "jacht". Of Hartog meer bollen heeft gebouwd is niet bekend. 

1959

1959

1959: De 'Flevo' op de Langweerder Wielen in augustus 1959

1972

10 januari 1972

10 januari 1972: Brief Secretaris/Penningmeester Dr. Ir. T. Huitema m.b.t. typering van de 'Flevo'

2004

2004

2004: Boek 'De Boeier' van Dr. Ir. J. Vermeer

Dr. Ir. J. Vermeer schrijft zijn standaardwerk 'de Boeier':
Het schip met de naam 'Flevo' duikt op in de eerste schepenlijst van de pas opgerichte Stichting Stamboek Ronde en Platbodemjachten gepubliceerd in de Waterkampioen van 1956. Eigenares is dan mevrouw E. Verhage-van Eck te Voorburg. Omtrent bouwer en historie weten wij verder niets. Mogelijk had dit schip voor de Tweede Wereldoorlog een andere naam.
Een platbodemjacht met dezelfde naam 'Flevo', dat aan het eind van de negentiende eeuw eigendom was van de destijds beroemde zeiler Carl Jurrjens had een wedstrijdmaat WM van 9,6 en kan het dus gezien de afmetingen niet geweest zijn. Een vermelding in een brief van de kunstschilder J. Lunenburg te Aalsmeer aan de conservator van het Fries Scheepvaart Museum is de enige concrete bijzonderheid die wij hebben. Hij ontmoette het schip in de jachthaven De Blauwe Beugel nabij Aalsmeer en schatte het toen op circa zeventig jaar oud; zo'n schatting zegt echter niet veel. Nog tot en met 1961 komt het schip, wat toen werd getypeerd als boeier, met de naam "Flevo" op naam van K.G. Pander te 's-Gravenhage voor in de schepenlijst van het Stamboek, zonder plaquettenummer. Wat er daarna van deze boeier geworden is hebben wij niet kunnen achterhalen.

2014

2014

2014: Foto's in het Stamboekarchief

We zijn zeer geïnteresseerd in uw opmerkingen en/of vragen over dit schip. Stuur ze ons!

Terug naar het overzicht