De Scheepsbouw meesters Nijdam - IJlst, Bolsward, Sneek, Wartena, Woudsend, enz (9 werven)

Hessel Bosma schrijft in zijn boek 'De Scheepsbouwmeesters Nijdam en hun familie' het volgende:Het begin van de scheepshellingen van de Nijdams ligt in IJlst. Het moet rond de jaren 1800-1810 zijn geweest. Precies weten wij het niet. Cornelis Luitzens (Luitjens) is geboren op 10 september 1774 en werkt eerst als varensgezel. Daarna is hij waarschijnlijk gaan werken op één van de vele werven/hellingen die IJlst toen rijk was. Ook zijn broer Evert, die twee jaar ouder was, staat in 1811 bij de naamgeving als scheepstimmerknecht te boek. 

Hij neemt dan niet al­leen voor zichzelf en zijn dochter Jeltje de naam Nijdam aan, maar ook voor zijn broer Corne­lis Luitzens en diens kinderen Wytze Cornelis, oud 7 jaar, Tytje Cornelis, oud 4 jaar en Luitzen Cornelis, oud 2 jaar. Evert Luitzens (* 9-11-1772) en Cornelis Luit­zens hadden één zuster, Bregtje Luitzens, gebo­ren in 1777. Zij was getrouwd met Jacob Siegers, die in 1811 de naam Scholte aannam. Bregtje Luitzens en Jacob Siegers hebben twee kinderen, een zoon en een dochter, Luitzen en Jeltje. Bregtje en Jacob zijn schipper op de tjalk "De Vrouwe Bregtje". De beide broers Evert en Cornelis Luitzens zijn dus op één van de vele IJlster hellingen werk­zaam geweest.

Historische plattegrond van IJlst
Historische plattegrond van IJlst

Volgens oude stadsplattegronden was IJlst rond 1700 bezaaid met werven. Dr.G.A.Wumkes schreef dat er "alle dagen" een vaartuig van sta­pel liep in IJlst. Omstreeks 1750 was waarschijnlijk het hoogte­punt van de scheepsbouw in IJlst. Daarna, en in het bijzonder in de Franse tijd, begon de achter­uitgang. Er waren nog veel hellingen in ijlst en was het nog druk in de scheepsbouw, maar de "room" was er af. Toch blijkt mij nergens uit, dat er in die tijd nog maar een paar grotere werven waren en dat de anderen beschouwd moeten worden als bouwers van kleinere bootjes. Er werd nog veel gebouwd en beslist niet alleen pramen en dergelijke. Maar het was vrij zeker voor allemaal hetzelfde, geen vetpot.

Rond 1800 waren er in elk geval nog zes werven in IJlst. We komen in oude geschriften, zoals akten, naast Cornelis Luitzens Nijdam als scheepstim­merbaas ook zijn broer Evert Luitzens tegen, die als getuige wel mee ondertekent en als scheepstimmerknecht aangegeven wordt. Ook als getuige komen wij scheepstimmerbaas Pieter Foppes Hinlopen tegen, die mee on­dertekent in een verhuurcontract. 

In weer een andere verldaringsakte tekent, naast Cornelis Luitzens Nijdam als meester-schuitenmaker, ook E.H. Holtrop als meester-schuitemaker, die daarin verklaart, destijds gewerkt te hebben op de werf van Tjeerd Sijmens van der Meulen, scheepstimmerbaas te IJlst. Bij deze van der Meulen had hij nog gewerkt aan de tjalk "De Vrouwe Bregtje", het schip van Jacob Siegers en Bregtje Nijdam, zoals wij hiervoor al noemden. Andere werven in die tijd waren die van Croles en van Wytze en Sible Hoekstra. 

Door de Nijdams gebouwde schepen, voor zover bekend

Alle resultaten

In het Stamboek zijn een paar schepen ingeschreven, die (zeker) op één van de werven Nijdam zijn gebouwd

Het boek 'De Scheepsbouwmeesters Nijdam en hun familie'

Hessel Bosma heeft in 2009 dit boek gepubliceerd. Naast de beschrijving van de stamboom van de familie Nijdam en haar ontstaan, worden ook de 9 werven van de Nijdams tussen 1811 en 1943 uitgebreid beschreven. Als laatste komen ook het wedstrijdvaren en een aantal (mogelijk) door de Nijdams geboude schepen aan bod.

Terug naar vorige pagina