WR4 'Zelden Pas'

WR4 'Zelden Pas'

Tjalke Wijbrands, afkomstig uit Hindeloopen, vestigde zich op 11 mei 1889 te Van Ewijcksluis, Wijk K, no.2 en begon daar een scheepswerf. Na zijn overlijden in 1891 verkocht zijn weduwe, Cornelia Kroeze de werf aan Cornelis Nijdam. Cornelis (Kees) Nijdam was de zoon van Wytze Nijdam, hellingbaas in Bolsward. Hij bouwde tussen 1892 en 1912 zo'n zeven aken. De Wieringer aak WR4 heeft Cornelis Nijdam in 1900 gebouwd voor visser Jaap ten Bokkel uit Wieringen. De werfbaas overleed op 8 september 1912, waarna de werf werd opgeheven.

In 1999 kwam de WR4, de 'Zelden Pas', die in Van Ewijcksluis gebouwd is, vlakbij Westerland, in beeld bij Kees Hos. Het schip wijkt qua model duidelijk af van de andere Wieringer aken, die op Friese werven zijn gebouwd. In 1999 verhuisde de aak, toen nog onder het visserijnummer WR3 naar Westerland/Wieringen. In vier jaar tijd werd het schip door Kees volledig gerestaureerd. In 2004 kwam de volledig gerestaureerde aak weer in de vaart onder haar oorspronkelijke naam WR4 'Zelden Pas'.
De aak heeft nog geen plaquette van de SSRP aan boord. Ze is nog onderdeel van de grote groep oude schepen in de 9000 serie, die ooit geregistreerd zijn in de Schepenlijst en waarvan de SSRP vindt, dat ze als Varend Erfgoed behouden moeten blijven (mochten ze nog bestaan!). De geschiedenissen in de vorm van een tijdlijn worden zo goed mogelijk gedocumenteerd.

Eigenschappen

Plaquette nummer:2354 Zeil nummer:
Categorie:A Tekening nummer:
Type:Wieringeraak

Bouw

Bouwjaar:1900 Ontwerper:Cornelis Nijdam
Werf:Cornelis Nijdam Werf plaats:Van Ewijcksluis
Motor:Inbouw Motor type:Volkwagen Marine diesel, 2004
Materiaal romp:Eikenhout Materiaal kajuit:
Materiaal zeil:Vlasdoek
Onderwaterschip: Kiel:

Afmetingen

Lengte stevens:10,90 m Breedte berghout:4,10 m
Diepgang:0,70 m Masthoogte water:13,20 m
Oppervlakte grootzeil:0,00 m2 Oppervlakte fok:0,00 m2
Oppervlakte botterfok:0,00 m2 Oppervlakte kluiver:0,00 m2
Oppervlakte totaal:0,00 m2 Oppervlakte overig:0,00 m2

Register Varend Erfgoed Nederland

Registratie nummer:1545 Registratie datum:09-04-2022
Geregistreerd als:Varend Monument®

Tot nu toe bekende eigenaren en namen van het schip

1900 – 1922 Jaap ten Bokkel, Wieringen ( WR4 'Zelden Pas')
1922 – 1943 Kees ten Bokkel, Wieringen ( WR4 'Zelden Pas')
1943 – 1950 Maarten ten Bokkel, Wieringen ( WR4 'Zelden Pas')
1950 – 1954 Sieuw Klein, Wieringen ( WR3)
1954 – 1989 Gepke Brandsma, Steenwijk ( WR3)
1989 – 1999 K.E. Westra, Twijzel ( WR3)
1999 – 2021 C.P. Hos, Westerland ( WR4 'Zelden Pas')
2021 – 2022 Stichting Onderdak Nautisch Erfgoed (ONEW), Wieringen ( WR4 'Zelden Pas')
2022 – Nu (laatst bekend) Stichting WR60 en WR4, Den Oever ( WR4 'Zelden Pas')

Geschiedenis

1911

november 1911

november 1911: Visserijregister WR4 'Zelden Pas'

Het Visserijregister, dat 40.000 kaarten telt, is  te bekijken op zuiderzeecollectie.nl. Alle kaarten gescand en inmiddels is meer dan de helft overgetypt. Al deze scans en data zijn op zuiderzeecollectie.nl te bekijken en te doorzoeken.
Het resultaat voor visserijnummer WR4.
 

1982

27 november 1982

27 november 1982: Regio-Special Actief Extra: Botenbouwer Klaas Westra restaureert Wieringeraak

Botenbouwer Klaas Westra (43) is een wat vreemde eend in de Twijzeler bijt. Bang voor werk is hij bepaald niet, maar vrijheid staat bij hem hoog in het vaandel. Hij wil op zijn eigen manier zijn gang kunnen gaan. Hij specialiseerde zich in het bouwen en herstellen van klassieke houten schepen. Zo bouwde hij onder meer twee boeiers. Zijn jongste project trekt wel heel sterk de aandacht: het restaureren van een Wieringeraak uit 1900, de WR4. Westra, lachend: "Hjir seach net ien in gat yn. De minsken tinke miskien wol dat ik in bytsje gek bin."
De restauratie van de Wieringeraak noemt Westra "de grutste Otdaging. Ik bin seis ek o sa nijsgjirrich hoe't er der skielk by I izze sil." Het elf meter lange schip deed tot circa 1950 dienst in de beroepsvisserij. Daarna volgde een recreatief en op den duur rottend bestaan in de kop van Overijssel. Het mag een wonder heten dat Westra het via een advertentie gekochte restant op eigen kracht van Giethoorn naar Twijzel heeft gevaren. Van de boeg was een groot deel weggerot, zodat de reis letterlijk een kwestie van pompen of verzuipen werd. Nu ligt de schuit veilig op het droge bij de Twijzeler haven. De spanten, die hij bij een collega-scheepsbouwer op de kop wist te tikken, en een deel van de romp heeft hij inmiddels vernieuwd. Maar het einde is in de verste verte niet in zicht. Stukje bij beetje denkt Westra zijn meerjarenplan tot een goed einde te brengen.
Maarten ten Bokkel uit Wieringen ging direct na de lagere school met zijn oom in de WR4 de zee op om mee te werken bij de visvangst. De ondertussen hoogbejaarde Wieringer ex-visserman bracht een poosje geleden een bezoek aan Westra om zijn oude schuit nog eens terug te kunnen zien. Westra: "It wie prachtich. Dy man herkende noch in hiel soad dingen."

1989

1989

1989: Klaas Westra, eigenaar van Scheepstimmerwerf De Eijck in Twijzel eigenaar

Jarenlang heeft de Wieringeraak WR4 'Zelden Pas' van Maarten ten Bokkel bij ons bij en op de werf gelegen. Hij heeft haar gevonden in Giethoorn.

1992

10 juni 1992

10 juni 1992: Brief Margreet ten Bokkel, dochter van Maarten ten Bokkel

1999

1999

1999: De Scheepsbouw meesters Nijdam en hun familie

Hessel Bosma schrijft:
Van de burgerlijke stand zijn er registers vanaf 1811 en vanaf omstreeks 1850 zijn er bevolkingsregisters en woningregisters. Van enkele gemeenten zijn nog volkstellingregisters van vóór 1811 en belastingkohieren van veel gezinnen, ook van vóór 1811. Daarnaast brachten de doop-, trouw- en begrafenisboeken van kerken en de lidmatenregistratie van de Doopsgezinde kerken soms uitkomst. Ook notariële archieven en oude notulenboeken en niet te vergeten de nazaten van de betrokken families leverden soms een interessante bijdrage aan mijn verhaal. Soms doe ik een stapje zijwaarts in de families, hun familierelaties en hun omgeving om meer zicht te krijgen op hun leefwereld.
Op mijn zoektocht kwam ik, tot mijn vreugde, vaak mensen tegen met liefde voor oude schepen en de bouw ervan. Ik hoop met dit boek een stukje verleden vastgelegd te hebben van de Nijdam werven en de betrokken families, hetgeen voor geïnteresseerden nu en in de toekomst van betekenis kan zijn.

Het boek "De Scheepsbouw meesters Nijdam en hun familie"

2005

2005

2005: Blad Schipper uitgave nummer 1: De WR4 weer in de vaart

"Er komt niets bij, er gaat alleen maar af...."

Deze niet mis te verstane uitspraak is van een man die weet waar hij het over heeft: Kees Hos. Een man met twee rechterhanden. Hij geniet van zijn vervroegd pensioen en draagt al jaren zijn steentje bij aan het behoud van oud-Nederlandse vaartuigen. Dat bijdragen is een understatement, want Kees zit al meer dan twintig jaar in de restauratiecommissie van de 'Federatie oud-Nederlandse vaartuigen voor Vereniging Botterbehoud'.
Jarenlang heeft hij zijn timmermanschap en zijn vakkundigheid op het gebied van rond- en platbodem schepen aangewend voor de restauratie van de Wieringeraak WR173, indertijd aangekocht door de vereniging Aak, en het Friesche Jacht 'de Vriendschap'.
Al eerder was de in slechte staat verkerende Wieringeraak, de WR4, gesignaleerd in de buurt van Steenwijk. Wieringeraken zijn vermoedelijk ontwikkeld uit de Friese binnen-aakjes die bestemd waren voor de binnenvisserij en uit scheepjes zoals de Friesche Jachten. Door deze scheepsvormen te vergroten ontwikkelde men de Wieringer- en Lemsteraken. Lemsteraken hebben een enigszins lichte V-vormige bodem en een scherpe kim. Dat hebben ze gemeen met een Botter. Wieringeraken hebben echter een plat vlak met voor de visserij noodzakelijke, zware, dikke kimmen. De aken kunnen hierdoor als zij vissen op ondieptes zonder schade schuin 'over de grond' schuren. Schipper Martien ter Bokkel, die van jongs af aan tot 1950 met de WR4 professioneel heeft gevist, eerst bij zijn vader aan boord en later als zelfstandig schipper, was jarenlang mentor van Kees Hos. Niet vanwege het zeilen, maar meer om zo'n aak onder alle omstandigheden te kunnen mannen. Er werd dan gevaren met de eerder gerestaureerde WR173. De grote betrokkenheid bij de WR4 komt dus niet uit de hemel vallen. Die WR4 werd in 1950 verkocht en kwam terecht in de pleziervaart. Jammer genoeg ging het toen bergafwaarts (of is het stroomafwaarts?) met het schip.
De aak lag een tijd te koop voor vijfenveertigduizend gulden. Te duur om aan te kopen. Uiteindelijk vond de oude WR4 rust op de wal in Twijzel, een plaatsje in Friesland, bij Klaas Westra van Scheepstimmerwerf De Eijck. Het rottingsproces zette in hoog tempo door. Genoeg reden om de gegevens van dit schip vast te leggen om de authentieke Wieringeraak, althans op papier, voor het nageslacht te behouden. Al snel bleek echter, dat de eigenaar het wrak liever kwijt dan rijk was en...
Alleen al voor het transport van de aak over de weg naar Westerland/Wieringen, waren een dieplader en een kraanwagen nodig. En dan nog de vele vergunningen van de vele instanties: rijksdienst voor het wegverkeer, de rijkspolitie Friesland, de gemeente Twijzel (Acht-karspelen), Provinciale Waterstaat, de gemeente Leeuwarden, Rijkswaterstaat Friesland, Rijkswaterstaat Afsluitdijk, Provinciale Waterstaat Noord-Holland, gemeente Wieringen en tot slot de rijkspolitie Noord-Holland voor de motorbegeleiding.

pdf Blad Schipper 2005 nummer 1 - De WR4 weer in de vaart

2007

2007

2007: Wieringen, de Afsluitdijk en de Wieringeraak

In 1905 telde de Wieringer vloot 202 schepen, bijna net zoveel als Urk (228 schepen) en Volendam (213 schepen) en zelfs meer dan Marken (162 schepen). De Wieringers maakten over het algemeen gebruik van kleinere schepen. Dit had te maken met het gebied waar gevist werd. Van de Wieringer schepen voeren er vijf alleen op de Noordzee, vijftien zowel op de Noordzee als op de Zuiderzee en 182 alleen op de Zuiderzee. Het geringe aantal Noordzeevissers op Wieringen vloeit voort uit de vele visserijmogelijkheden rond het eiland, de noodzaak en de animo om op de Noordzee te gaan vissen was daardoor minder groot.
Wat het scheepstype betreft zien we dat in 1866 de vloot van in totaal 69 schepen grotendeels bestaat uit haringschuiten. Rond 1880 ging men over op het gebruik van blazers. Toch waren beide scheepstypen niet echt geschikt voor de ondiepe platen en het snel manoeuvreren in de geulen. Daarom verruilde men reeds rond de eeuwwisseling dit scheepstype weer voor aken. De Wieringeraak had een plat vlak en zwaarden en kon dus droogvallen. Doordat de fok op een overloop voor de mast stond, was het schip snel wendbaar en makkelijk te zeilen met een kleine bemanning. Het was echter geen snelle zeiler en moest wat dat betreft de botter voor laten gaan.
Het kenmerkende voor een Wieringer aak zijn de lage boorden waardoor het goed geschikt is voor de visserij met staand want en het wiermaaien. Als de bun werd dichtgemaakt en leeggepompt staken de aken minder dan twee voet diep. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, is de Wieringeraak nooit op Wieringen zelf gebouwd. De meeste zijn afkomstig van werven te Makkum, Hindeloopen en vooral Workum. De meest bekende en karakteristieke aken kwamen van de werf van Zwolsman in Workum. Het hellingen en reparaties werden uitgevoerd op de kleine helling vlakbij den Oever, in Van Ewijcksluis of op Texel. In 1917 werden voor het eerst twee schepen van de Wieringer vloot van een motor voorzien. Wieringen liep wat de motorisering betreft voorop vergeleken bij andere vissersplaatsen langs de Zuiderzee.

In 2007 heeft de Spiegel der Zeilvaart een reeks van drie artikelen geplaatst in het kader van het 75-jarig jubileum van de Afsluitdijk.

2021

26 juni 2021

26 juni 2021: Stichting Onderdak Nautisch Erfgoed Wieringen (ONEW)

In juni heeft de ONEW een actie gestart om de Wieringer aak WR4 voor Den Oever te behouden. Deze actie heeft erin geresulteerd dat de ONEW de aak in december 2021 kon overnemen van Cees Hos.

Nautisch Erfgoed Wieringen in Den Oever
Nautisch Erfgoed Wieringen in Den Oever

pdf Informatie SpantHouder WR4

De overheid besloot in 1883, dat alle schepen een visserijnummer moesten krijgen op het schip en in het zeil. Op de ochtend, dat het gemeentehuis open ging voor de registratie, ging Jaap ten Bokkel uit Hippolytushoef er al vroeg heen, hij wilde no 1 hebben. Maar een ander was hem voor. No 2 en 3 wilde hij niet. Dus dat werd 4. En waarom? Het nummer moest ook nog in de kurken op de netten gesneden worden, en een 1 of een 4 is makkelijker te snijden dan een 2 of een 3. Zodoende staat op dit schip WR4.
Hij liet in 1900, opnieuw bij scheepstimmerman Nijdam uit Van Ewijcksluis, een grotere Aak bouwen, deze WR4. In het voorjaar viste Ten Bokkel er mee op haring en ansjovis, in de zomer op harder en bot. In herfst en winter op alikruken en kokkels voor de Belgische en Engelse markt. Ook mosselen voor Duitsland. Zeegras is met dit schip nooit gevist.

De Aak is in 2000-2004 gerestaureerd door Cees Hos, met natte bun en handgenaaide zeilen van vlasdoek (linnen).

December 2021 heeft de ONEW de WR4 overgenomen van Cees Hos

De ONEW heeft de aak vervolgens in januari 2022 overgedragen aan de "Stichting Behoud WR60 en WR4", met een bruidsschat erbij voor onderhoud. Dus het haringschuitje WR60 en de aak WR4 hebben nu één eigenaar.

We zijn zeer geïnteresseerd in uw opmerkingen en/of vragen over dit schip. Stuur ze ons!

Terug naar het overzicht