Bart Vermeer, scheepsrestaurateur: "Ik ben 150 jaar te laat geboren"

In de Spiegel der Zeilvaart van augustus-september 2006 nummer 7 stond een interview van Theo Kampa met Bart Vermeer, scheepsrestaurateur:
"Ik kan me verschrikkelijk ergeren aan de ontwikkelingen van deze tijd. Dat het allemaal zo hard en zo snel moet. We hollen bijna harder dan de lucht bij ons naar binnen kan. We lopen onszelf aan alle kanten voorbij. En ik merk dat ik mezelf daar soms door laat meeslepen. Bewust heb ik de computer buiten de deur gehouden. En overdag moet ik gewoon mijn handen vuil maken en niet steeds gestoord worden door een mobieltje. Wij doen niet zo maar onbezonnen stappen omdat het vernieuwende veel beter zou zijn." Bart Vermeer, de integere, volstrekt toegewijde vraagbaak en denktank voor wie iets goeds met een oud schip wil doen, vertelt over zijn werk: de restauraties van oude schepen.
"In 1980 ben ik voor mezelf gaan werken en mijn eerste klus was het restaureren van de 23 meter lange tjalk 'Zeldenrust'. Het schip was gebouwd in 1914, dus nog een jong schip, en had tot 1976 met zand en grind hier in de buurt gevaren. Het schip was aangekocht door de Van Waning stichting om het niet verloren te laten gaan. Drie winters had ik nodig om het casco in orde te maken. "'s Zomers werkte ik er niet aan omdat we in die periode charterden. Gelijktijdig heb ik zwaarden en rondhouten gemaakt en het achteronder opgeknapt. Toen ik het schip op 1 mei 1985 opleverde, was het geheel teruggebracht in de oorspronkelijke staat. Allen was er nu ook een kuip onder de luiken voor het varen met gasten."

Je absolute meesterwerk is natuurlijk de restauratie van de stevenaak 'Helena', die als kansloos wrak nu weer in de vaart is

Hij lacht weemoedig: "Een wrak is nooit kansloos. Wanneer je vanuit niets iets nieuws kunt bouwen, kun je van een wrak ook altijd wat maken. Wat je van een wrak nog hebt is de vorm. Wanneer je de reparaties van vroege aanvaringen van de Helena buiten beschouwing laat, hebben we een-derde van het casco helemaal gestript en nieuw gemaakt. Wij hadden een voordeel van het feit dat door de vele aanvaringen aan stuurboord het grootste stuk al met staal was geklonken, overigens lelijk gedaan. Dat hebben we recht kunnen breien. Aan bakboord zaten nog de originele ijzeren platen, het zogeheten puddelijzer, dat was zo slecht dat we daar geen stuk in kon zetten, dat viel er gewoon uit".

Hoe is het eigenlijk begonnen met de Helena?

"In 1979 fietste ik regelmatig naar mijn ouders in Den Haag. De Helena lag in de Laak-haven, zag er hopeloos uit, maar als ik naar de vorm van het casco keek, genoot ik. Zo bijzonder was ze. De eigenaar, een sloper, vroeg er 2000 gulden voor. Ik had bijna mijn 'Nieuwe Zorg' onder zeil en bezat op dat moment geen cent. In 1984 vond ik het schip echter weer terug. Ik vond het een stuk Zuid-Hollands erfgoed dat verloren dreigde te gaan. Het Maritiem Museum, waar ik toen werkte, probeerde ik te interesseren voor het schip. Dat mislukte. Niemand zag er iets in en voor de charter vond iedereen het schip te rot.
In 1989 heb ik het schip zelf gekocht voor de prijs, schrik niet, van f 28.500,-. Er was wel wat aan gedaan en er stond een motor in. Ik dacht, ach het geld vergeet ik wel weer. Mijn idee was puur het casco te redden en dan maar kijken hoe ver ik ermee zou komen. Acht jaar ben ik bezig geweest."

Hoe noem je jezelf? Scheepsbouwer of restaurateur?

"Er zijn van die periodes dat ik mezelf afvraag wat ik ben. Het heeft met name te maken met waar ik mee bezig ben. Het resultaat van mijn werk telt; de weg er naartoe en de naam die je daar aan wilt geven, vind ik niet zo belangrijk. Je kunt me geen ondernemer noemen, want dan deed ik het anders. Mijn vader was kunstenaar, daar voel ik me nog het meest mee verwant. Toch, wanneer het over constructies gaat, kan ik best goed meekomen. De scheepsbouwers van weleer waren allemaal kunstenaars Overal was aandacht voor vormgeving. Van het meest simpele werd nog iets moois gemaakt. Langzaam is dat verwaterd. Tegenwoordig kunnen we prachtige dingen met machines maken. Neem maar eens een kijkje in de dure schepen, prachtig, fantastisch. Maar wanneer je kijkt naar het puur ambachtelijke, dan is dat traject verlaten."

Overzicht van de restauraties en werkzaamheden van Bart Vermeer in de afgelopen 30 jaar (tot 2006)

Lid Werkgroep Tuigerij en Documentatie van de Landelijke Vereniging tot Behoud van Historische Bedrijfsvaartuigen
1976/80 Biesbosch aak 'Nieuwe Zorg', 1906 onder zeil gebracht en opgeknapt
1981/85 Paviljoenschuit 'Zeldenrust', 1914
1985/87 Vloot Maritiem Museum Rotterdam, w.o. Hasselteraak 'Annigje', 1908, 100% restauratie
1989/96 Heckschiff 'Kathe', 1914
1990/98 Friese Maatkast 'Ideaal', 1926
1990/98 Schoener 'Zaca a te Moana', 1991
1990/93 Stevenaak 'Helena', 1875
1994/heden Klipperaak 'Vagabond', 2909
1994/96 Hagenaar 'Walravina', 0607
1999/heden Stevenklipper 'Hugo Grotius', 1883
2003/04 Statenjacht 'Utrecht', replica 1746/2004
2003/06 Zuid-Hollands tjalkje 'de Vrouwe Cornelia', 1895
2006 Zuid-Hollandse Paviljoentjalk 'Schiedam', 1887, met zoon Martijn
Circa 40 tuigplannen en verbouwingstekeningen, diverse schepen
Medewerking aan uitgaven, zoals Scheepsrestauratie 'Annigje', "Scheepstypologieën", "Schepen die blijven", Schets boek "Nooit Volmaeckt"

Had je liever in een andere tijd geleefd?

"Ik denk dat als ik 150 jaar geleden was geboren, ik misschien wel scheepsbouwer was geworden. Het werk wat ik nu doe, had ik toen ook gedaan. Iemand bestelde een schip om zijn brood mee te verdienen. Daar maakte je het voor en je bouwde iets waarbij je snel en degelijk werkte, maar je lette er ook op dat het iets fraais werd. Het was puur ambachtelijk. Je stond met je handen te werken en dat heel direct bewerken van de materie heeft mijn grote interesse. Ik romantiseer het niet, want ik doe het zo iedere dag. Zelfs nu in 2006. Ik heb deze weg gekozen en ben te allen tijde bereid financieel in te leveren als ik hier wel aan vast kan houden. Wanneer ik morgen in zo'n hele mooie werkplaats, bijna laboratorium, moet werken, raak ik het gevoel met de materie kwijt. Natuurlijk kan ik niet werken op de manier als in 1850, dan verdien ik geen droog brood. Mijn dagelijkse zorg is: hoe houd ik het evenwicht tussen het plezier in het werk en alles wat mij van buiten wordt opgedrongen."

Heb je nog iets wat je de lezer graag wilt meegeven?

"Ik hecht veel waarde aan het overdragen van kennis en vaardigheden. De laatste paar jaar bieden vooral grotere projecten de mogelijkheid om ook jongeren inzicht bij te brengen in de restauratie van schepen, zodanig dat ze bruikbaar blijven en zonder de historie te veel geweld aan te doen."

pdf SdZ 2006 nr07 augustus-september - Bart Vermeer - Ik ben 150 jaar te laat geboren

Terug naar vorige pagina