Amsterdamse aak
De ontwikkeling van scheepstypes bekijken we vanuit een breed perspectief, waarbij de ontwikkeling van het scheepstype en de geschiedenis van een schip als uitgangspunt worden gehanteerd.
De Amsterdamse aak in het kort
Wim Kuyper schrijft het volgende in zijn boek: 'Zwervend langs het IJsselmeer pag 133':
'De 'Almare' was niet het enige schip dat de haven van Huizen met bestemming Schokland verliet. We zeilden vaak in konvooi. Er was ook een rond schip bij; een half gedekt aakje met een kajuitopbouwtje op het voordek. Het was een scheepje dat op zee zijn mannetje stond en de naam 'Zeevogel' met ere droeg. Een wat vreemde vogel was het wel. Het onderschip met doorlopende scheg leek op dat van een Staverse jol. Het was dan ook een ontwerp van Thiebout. Aan de afwijkende vorm van het boeisel, de klauw van de gaffel, de grote open visserskuip en de wat primitieve behuizing in het voorschip was dat voor kenners duidelijk te zien.