In 1940, na het overlijden van vader Michiel de Jong, namen Hendrik en Berend de werf over. Hendrik deed het "ijzer" en Berend het "hout". Hendrik trok met zijn gezin in het voorhuis op de werf. Berend bleef in het dorp wonen. Eén klant van de werf valt op: de Jeugdherbergcentrale. In maart moesten de boten te water worden gelaten, in de zomer kwamen er reparaties. In 1955 werd de SSRP opgericht. Het verlangen van een kleine groep mensen om het "varende erfdeel" niet te laten verdwijnen, bleek door onverwacht velen herkend en gedeeld te worden. En Berend en Hendrik waren een van de weinige werven bij wie men terecht kon om aan dit verlangen vorm te geven. Berend bouwde nog steeds alles "op het oog". Nog steeds bedreef hij de kunst van het schuitmaken zoals die in vroeger jaren werd beoefend. Zijn laatste tjotter bouwde hij in 1972, maar hij presteerde het nog om drie wildschieters te bouwen in 1980. Zesenzeventig was hij toen. Dat waren ook zijn laatste schepen.
Deze tjotter 'Wink' bouwde Berend de Jong in opdracht voor de Nederlandse Jeugd Herberg Centrale in 1958.