Wytske

Wytske Niet actief

Dit schip heeft een plaquette van de SSRP aan boord van een eerdere inschrijving, maar staat nu "geregistreerd" in Categorie X in het Stamboek en wordt dus gekenmerkt als 'Inactief'. Schip en eigenaar zijn op dit moment NIET "actief" aangesloten bij de SSRP als Behoudsorganisatie. De huidige eigenaar is (nog) niet in onze administratie opgenomen. Deelname aan Evenementen waarbij de eis wordt gesteld, dat het schip en de eigenaar zijn aangesloten bij dezelfde Behoudsorganisatie als onderdeel van de FVEN, is vanuit de SSRP daarom NIET mogelijk.

Dit betekent dat het schip nog onderdeel is van de Aanmeldingsprocedure (her-inschrijving) of, en dat geldt voor de meeste schepen, de eigenaar heeft het schip niet her-aangemeld en betaalt dus ook geen jaarlijkse bijdrage aan de SSRP voor Inschrijving in het Stamboek. Eventueel vermelde gegevens van schip en oud-eigenaren dateren meestal uit de periode van eerdere 'actieve' Inschrijvingen en zijn waarschijnlijk niet volledig en mogelijk niet correct. Voor dit schip kan, omdat het niet aantoonbaar voldoet aan de Criteria van de SSRP, geen Meetbrief door de KNWV worden afgegeven.
Vanwege de doelstelling van de SSRP om alle historie van de in het Stamboek opgenomen schepen vast te leggen, worden in de Schepenlijst wel de in het stamboekarchief beschikbare gegevens van dit ooit geregistreerde schip en summiere gegevens van de (oud-)eigenaren getoond.
Heeft u informatie over dit schip of bent u eigenaar en wilt u het graag weer 'activeren'? Laat het ons weten!

Dr. Ir. J. Vermeer schrijft in zijn boek "Het Friese jacht":
De Sneeker bakker Hendrik Vrolijk, in wiens opdracht J.J. Croles het jacht 'Maria" bouwde, was volgens de overlevering een meester in de zeilkunst. Bovendien bleek het jacht een zeer snelle zeiler te zijn. Vele prijzen werden dan ook in wedstrijden behaald, naar een mededeling van kleinzoon H. Vrolijk Pzn, in totaal meer dan 65, waaronder de kostbare ‘Sneeker Cup’‚ Deze wisselprijs was ingesteld om de aan het eind van de negentiger jaren van de vorige (19e) eeuw verflauwde belangstelling voor de Sneeker Hardzeildag van de zijde van de boeiers en jachten nieuw leven in te blazen. Hendrik Vrolijk won de ‘Cup’ in 1901 voor de derde maal en daarmee definitief. Zij werd later door zijn kleinzoon aan het Fries Scheepvaart Museum geschonken. 

De 'Maria' (links op de foto) voor 1915
De 'Maria' (links op de foto) voor 1915

Na het overlijden in 1909 van de eerste eigenaar, gaat de 'Maria' over op zijn zoon Pieter Vrolijk Hzn. Ook deze is een fervent wedstrijd zeiler. In de jaren dat hij eigenaar is, verschijnt hij bij haast alle wedstrijden in Sneek en Grouw aan de start en Wint menige prijs. Bij de KVNWV wordt de 'Maria' als wedstrijdjacht ingeschreven onder nummer OD7. In 1915 wordt het feit van de 100ste Hardzeildag gevierd. Naast de traditionele zeilwedstrijd, die de 'Maria' in haar klasse wint, is er op het Sneekermeer ook admiraalzeilen, waarbij Pieter Vrolijk als commandant met de 'Maria' het eskader open jachten aanvoert.

Eigenschappen

Plaquette nummer:58 Zeil nummer: RC51 / OC51
Categorie:X Tekening nummer:
Type:Fries jacht

Bouw

Bouwjaar:1887 Ontwerper:J.J. Croles
Werf:J.J. Croles Werf plaats:IJlst
Motor: Motor type:
Materiaal romp:Eikenhout Materiaal kajuit:
Materiaal zeil:Dacron
Onderwaterschip: Kiel:

Afmetingen

Lengte stevens:7,07 m Breedte berghout:3,02 m
Diepgang:0,00 m Masthoogte water:0,00 m
Oppervlakte grootzeil:33,42 m2 Oppervlakte fok:16,64 m2
Oppervlakte botterfok:0,00 m2 Oppervlakte kluiver:0,00 m2
Oppervlakte totaal:50,06 m2 Oppervlakte overig:0,00 m2

Tot nu toe bekende eigenaren en namen van het schip

1887 – 1909 H. Vrolijk, Sneek ( Maria)
1909 – 1918 P. Vrolijk, Sneek ( Maria)
1918 – 1919 L. Ypma en D. Oppenhuizen, Sneek ( Maria)
1919 – 1925 D. Oppenhuizen, Sneek ( Maaike)
1925 – 1928 L. v.d. Weij en Joh. Olij, Sneek ( Maaike)
1928 – 1941 J.A.D. van Hulsen, Leeuwarden ( Maaike)
1941 – 1943 A.C. Metselaar, 's Gravenhage ( Trijntje Maria)
1943 – 1955 Mr. N.E. Rost Onnes, Amsterdam ( Nero III)
1955 – 1976 J.H. Coops, Amsterdam ( Geertruida)
1976 – 1998 Mr. J.A. Vermeulen, Breukelen ( Wytske)
1998 – onbekend J.W. van den Berg, Leeuwarden ( Wytske)

Geschiedenis

1925

1956

1956

1956: Geschiedenis Fries jacht 'Nero' - archivaris SSRP jaren-50

1992

1992

1992: Het Fries jacht 'Wytske' (ex 'Maria') in het boek "Het Friese jacht" van Dr. Ir. J. Vermeer

 In 1918 verkoopt P. Vrolijk het jacht aan een syndicaat gevormd door-de heren L. Ypma en D. Oppenhuizen, respectievelijk kruidenier en bakker te Sneek. Volgens Halbertsma hebben eertijds de Sneeker bakkers verscheidene bekende zeilers opgeleverd. Hun beroep bood gelegenheid, na de vroeg aangevangen arbeid, ’s middags enige uren vrijaf te nemen en die aan hun hobby te besteden. Dirk Oppenhuizen is daarvan één der vermaardsten. Hij was een der eersten die een schip van de nieuw ingestelde eenheidsklasse der Regenbogen bezat en hij nam het initiatief tot de jaarlijkse ontmoetingen van Hollandse en Friese Regenboogzeilers, die sindsdien de hoogtepunten van de Kaagweek en de Sneekweek zijn gebleven. Ook met het jacht 'Maria', waarvan hij in 1919 de enige eigenaar was en dat omgedoopt werd in 'Maaike', zeilde Oppenhuizen vele wedstrijden. In 1922 trekt hij zelfs naar de Zaan om deel te nemen aan de vierdaagse feestelijkheden ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van de Zaanlandsche Zeilvereeniging, waarbij driemaal een eerste prijs werd behaald. Van deze wedstrijden zijn enige foto‘s bewaard gebleven in het archief van de Z.Z.V., waaronder één van de 'Maaike', herkenbaar aan het zeilnummer.

Joh. Olij en  L. v.d. Weij te Sneek eigenaren in 1925

Als Dirk Oppenhuizen zich geheel op het Regenboogzeilen werpt, ruilt hij de 'Maaike' in voor de nieuwe Regenboog 'Windekind', gebouwd door de jachtwerf van Joh. Olij en  L. v.d. Weij te Sneek. Deze heren worden dus eigenaren van de 'Maaike'. Zij veranderen de naam weer in 'Maria' en als zodanig staat zij vermeld in het Nederlandsch Jachtregister van 1924/25. Vermeld moet worden, dat blijkens een brief uit 1951 van H. Vrolijk Pzn aan de toenmalige secretaris van de Commissie Stamboek Friese Ronde Jachtenl‘' bij een brand in de Sneeker jachthaven, het schip door persoonlijk ingrijpen van de heer Van der Weij van de ondergang is gered, zij het dat het wel enige schade opliep.  

J.A.D. van Hulsen eigenaar in 1928

Na hersteld te zijn komt de 'Maria" in 1928 in handen van de heer J.A.D. van Hulsen, eigenaar van een lijstenfabriek annex schilderijenhandel te Leeuwarden'? In hetzelfde jaar nog wordt zij vermeld in verslagen van Wedstrijden bij 'Oostergoo', 'Frisia' en op Hardzeildag in Sneek. In de jaren dertig had het jacht als thuishaven Terhorne en werd er voornamelijk mee gezeild op het Sneekermeer.  

Verbouwd tot Boeier in 1942 door de van oorsprong Friese scheepsbouwer H. Wester te Woubrugge

In 1941 werd de 'Maria' verkocht naar Holland. Uit een artikel in 'De Waterkampioen' van 1943 blijkt, dat zij is gekocht door de heer A.C. Metselaar te ’s-Gravenhage, die ermee op De Kaag en omgeving vaart. Deze laat bij de van oorsprong Friese scheepsbouwer H. Wester te Woubrugge het jacht verbouwen tot boeier. Enige foto‘s bij genoemd artikel illustreren de ‘promotie’, zoals deze verbouwing wordt genoemd. De naam wordt nu 'Trijntje Maria'.

N.E. Rost Onnes in Amsterdam eigenaar in 1943

De heer Metselaar verkoopt de boeier zeer spoedig weer en wel aan Mr N.E. Rost Onnes, directeur van de Hollandsch Bank Unie te Amsterdam. Het schip krijgt nu de naam 'Nero III'. Er wordt weinig mee gevaren. Als in 1954 de heer EG. Spits gelegenheid heeft de boeier bij jachtwerf Wolfrat te bezichtigen, vindt hij de kenmerken die karakteristiek zijn voor het jacht 'Maria' bevestigd, inclusief het jaartal 1887 op de afsluiting van het huisje.

J.H. Coops te Amsterdam koopt de boeier in 1955

In 1955 verwisselt de boeier weer van eigenaar en ook weer van naam. Als 'Geertruida' is zij tot 1976 eigendom van de heer J.H. Coops te Amsterdam. Deze laat de boeier restaureren op de werf Kok te Huizen. De thuishaven wordt nu Loosdrecht. In 1976 wordt de boeier eigendom van Mr J.A. Vermeulen te Breukelen. Blijkbaar geïnspireerd door het goede voorbeeld van mevrouw Van Son (zie 'Holland'), besluit de heer Vermeulen het schip weer terug te brengen in de oorspronkelijke staat van open Fries jacht. In 1982/83 wordt dit karwei uitgevoerd op de jachtwerf van Brandsma te Rohel, die ook de 'Holland' heeft gerestaureerd. Sindsdien is dit unieke jacht een pronkstuk in de vloot van Friese ronde jachten. De in deze publicatie gegeven afmetingen zijn ontleend aan opmetingstekeningen vervaardigd door de heer R. van Son te Makkum. 

Technische gegevens

Hoofdafmetíngen

  • Lengte over de stevens 7,07 m
  • Grootste breedte over de berghouten 3,02 m
  • Holte op het grootspanr 1,40 m
  • Zeiloppervlak: Grootzeil + fok 46,0 m2

Bijzonderheden

  • Kielbalk, hoog cm, dik cm
  • zwak gepiekt in voor- en achterschip
  • V-vormig grootspant, vlaktilling 14°
  • kielgang + 11 huidgangen
  • laag vast voordek met bedelbalk
  • snijwerk op kluisborden, beretanden, bedelen hennebalk en afsluiting huisje
  • roer bekroond met klik

Opmerkingen

Het jacht 'Wytske' onderscheidt zich van de grote jachten van Van der Zee door een hoge kop en een grote holte. Dit laatste hangt samen met de diepe V-vorm van het grootspant. Het snijwerk op kluisborden, bedel- en hennebalk is ook opvallend anders dan bij Van der Zee. Op de afsluiting van het achterhuisje is, behalve het jaartal 1887, een vliegende zwaluw uitgesneden. De mast staat, zoals uit een der bijgaande foto’s blijkt, verder naar voren dan gebruikelijk. Waarschijnlijk is de mastkoker bij de verbouwing tot boeier in 1943, terwille van meer ruimte in de roef, iets naar voren geplaatst (vergelijk ook 'Hou Moed'). Bij de restauratie in 1982/83 heeft men dit niet gecorrigeerd.

2000

2000

2000: Fotoalbum eigenaar J.W. van den Berg

We zijn zeer geïnteresseerd in uw opmerkingen en/of vragen over dit schip. Stuur ze ons!

Terug naar het overzicht