50 Jaar Jachtwerf P.P. Piersma 1966-2016 - Klaas Smit
In de leer bij berend de Jong en daarna een eigen werf

Waarom bouwden scheepsbouwers Holtrop van der Zee, Lantinga, Visser, Helder en De Jong schepen zoals ze die hebben gebouwd? Het antwoord daarop hebben we niet, want het is hen nooit gevraagd. Al jaren gissen we naar hun overwegingen en waarom ze bepaalde keuzes hebben gemaakt. Dat wilde ik voorkomen bij de botenbouwer die eind twintigste en begin eenentwintigste eeuw vele ronde jachten en platbodems nieuw heeft gebouwd en heeft gerestaureerd. Het zal ons, en geïnteresseerden na ons, toch niet gebeuren dat we ooit in het duister tasten over waarom Pier Pieter Piersma heeft gebouwd en gerestaureerd zoals hij dat heeft gedaan.
Klaas Smit schrijft in zijn voorwoord:
Ik wilde vastleggen wat zijn overwegingen zijn geweest, welke keuzes hij heeft gemaakt en waarom. Dat was de belangrijkste aanleiding voor het maken van dit boek. Wat ook meetelde was dat Pier mij op 13 april 2024, tijdens de Voorjaarsbijeenkomst van de Stichting Stamboek Ronde en Platbodemjachten (SSRP) in Hotel Restaurant Oostergoo in Grou, vroeg of ik zijn verhaal wilde opschrijven.
Dat bleek de start van een zoektocht. Allereerst stelden we vast dat het moest gaan over Jachtwerf P.P. Piersma. Alle scheepsbouwers die, kort of lang, op de werf werkzaam zijn geweest hebben een belangrijke bijdrage geleverd. Pier is de werfbaas geweest van 1970 tot 2016, maar begon zijn carrière als scheepsbouwer in 1966 bij zijn leermeester Berend de Jong. Met enige vrijheid hebben we beide zaken samengevoegd in de titel van dit boek: 50 jaar Jachtwerf P.P. Piersma, 1966-2016.
Negen maanden achtereen ben ik om de week naar Heeg gereden om met Pier over 50 jaar schepen bouwen en restaureren te spreken. Ook Theo Potma schoof aan voor zijn verhalen, want Theo heeft het langst bij Pier gewerkt. Alles wat ik eerder over de werf of medewerkers heb geschreven betrok ik eveneens bij dit boek. We zaten bij Pier in zijn woonkamer, in de schuur waar vroeger De Jong schepen bouwde, en waar Pier het vak heeft geleerd. In de hoek waar nu een model van de boeier Friso staat, het Statenjacht van de provincie Fryslán, brandden ze vroeger gangen met bosjes riet. Vanuit de kamer heeft Pier zicht op zijn voormalige werf, die sinds 2016 in bekwame handen is van Martijn Perdijk. Met Martijn én met de voorzitter van de SSRP Ineke Verkaaik-Hogervorst sprak ik over het verleden, maar vooral over de toekomst van het vak van houtenbotenbouwer en de vloot ronde en platbodemjachten.
De bron voor dit boek bestaat grotendeels uit Pier zijn geheugen, dat we regelmatig gecheckt hebben met alle informatie over rond- en platbodems die al is gepubliceerd op de rijkgevulde en onovertroffen website van de SSRP: ssrp.nl. Als eerste hebben we een schepenlijst gemaakt. In het boek Helling onder Heeg van Sicco van Albada staat daarvan al een begin, maar de lijst is na die uitgave nog veel langer geworden. Op de werf zijn veertig nieuwe schepen gebouwd en tachtig schepen gerestaureerd. Daarnaast zijn vele schepen, vaak jaarlijks, van nieuwe verf- en laklagen voorzien en overwinterden ze in de overdekte winterberging van de werf.
Gedurende die negen maanden werd het beeld steeds duidelijker en kwamen er antwoorden op waarom-vragen. Wat was nu de bouwfilosofie, hoe keken ze op de werf aan tegen restaureren, wat was de taakverdeling en hoe herken je een schip van Jachtwerf P.P. Piersma. Maar ook, wie was Berend de Jong, Pier zijn leermeester. Daarnaast hebben we zo'n veertig eigenaren, voormalig eigenaren of opvarenden gesproken over hun ervaringen met de werf en hun schepen.
Tijdens het schrijven van het boek ontstond zo als vanzelf organisch het verhaal. Het eerste deel vertelt over Pier zijn jeugd en waar hij opgroeide, over het starten van een eigen werf en alle onzekerheden die daarbij kwamen kijken. Dit chronologische verhaal gaat over in een thematische beschrijving van buitenlandse avonturen, bouwfilosofie en het karakter van de schepen.
Deel één gaat over de bouwers en deel twee gaat over de boten, bemanningsleden en hun belevenissen, maar ook over de herinneringen die Pier nog heeft aan de bouw, de restauratie, de boot of de mensen. Het resultaat van al die verhalen, voorzien van vele foto's, is een tijdsbeeld van vijftig jaar rond- en platbodems bouwen. Misschien wat fragmentarisch en dat klopt dan weer helemaal met de werkelijkheid, want van wie heb je wel een volledig afgerond beeld?
Dit boek is voor ons eigentijdse geschiedenis. Leuk, maar we kunnen zonder, omdat we het meeste zelf hebben meegemaakt. Het belang van de verhalen neemt met de jaren alleen maar toe. Wanneer de vertellers en vastleggers er niet meer zijn, dan spreken ze via de pagina's toch nog rechtstreeks tegen de lezers. Lezers die zo het verhaal ook over tientallen jaren nog uit eerste hand tot zich kunnen nemen. En dat is belangrijk, omdat het verleden je eigen leven altijd beïnvloedt.
Geschiedenis laat je zien waar je vandaan komt, het biedt inzicht. Én door geschiedenis voel je je verbonden met vroeger, voel je je een onderdeel van een groter geheel. Elke vorm van geschiedenis is een (re-)constructie, een verhaal achteraf. Wanneer er weinig gegevens zijn, dan is de historie vaak rijkelijk doorspekt met invullingen die beïnvloed zijn door het heden. In onze verhalen over botenbouwers van meer dan honderd jaar geleden, klinken zaken door die zij zelf nooit hebben meegemaakt. Een klein voorbeeld daarvan is dat wij gesmede spijkers vergelijken met rvs-schroeven, maar Eeltje Holtrop van der Zee wist niet wat rvs-schroeven waren, omdat ze nog niet bestonden. Verhalen direct verteld door de bron, geven het beste beeld van hoe het is geweest. Dát maakt de verhalen in dit boek zo waardevol. Ze zijn verteld door mensen die het allemaal zelf hebben meegemaakt, zonder ruis van gissingen vanwege het ontbreken van informatie, zonder ruis van zaken die in de beschreven periode nog niet bestonden.
Is met dit boek alles gezegd over Jachtwerf P.P. Piersma, de scheepsbouwers die daar hebben gewerkt, de schepen die zijn gebouwd of gerestaureerd, en over alle varensverhalen? Nee, zeker niet, want ik ben allerminst volledig geweest. Laat deze uitgave daarom ook een opstap zijn voor verdiepingsverhalen.
Ik hoop van harte dat dit boek de lezer een aantal uren aangenaam lees- en kijkplezier bezorgt.
Klaas Smit
Augustus 2025
50 jaar in een notendop
Pier vertelt:
Economisch tij of niet, er is altijd werk geweest. Stukje bij beetje heb ik met hulp en dankzij eigen inspanningen een vaste klantengroep opgebouwd. Ik ging in de zomer nooit op vakantie en in de bouwvak was ik dagelijks op de werf. Daar loste ik dan `vakantieklachten' op. Een nieuw roerblad maken, een midzwaard, een zwaard, mast, roer of mastkoker van een 16m2. Ik had een soort ANWB voor boten' en ook dat zorgde voor nieuwe klanten. Deze zomerservice leverde in ieder geval een goede naam op en positieve mond-tot-mondreclame."
In een tabel per decennium ziet het er als volgt uit. De aantallen kloppen niet exact, omdat sommige schepen in meerdere jaren op de werf zijn geweest voor restauraties. We hebben elk schip echter maar één keer meegeteld. Het aantal restauraties zal in werkelijk meer zijn geweest, maar het beeld blijft daarmee intact: nieuwbouw en restauraties waren in het eerste decennium het meest talrijk. Daarna nam de nieuwbouw af en steeg het aantal restauraties.
Periode | Nieuwbouw | Restauraties |
1970-1980 | 19 | 37 |
1980-1990 | 9 | 9 |
1990-2000 | 8 | 16 |
2000-2016 | 5 | 19 |
Totaal | 41 | 81 |
De Inhoud
Introductie
DEEL 1 DE BOUWERS
- It Beaken
- In de leer bij Berend de Jong
- Eigen werf
- Bouwfilosofie
- Typisch een jacht van Piersma
- 50 jaar in een notendop
- Jachtwerf Wind en Water
DEEL II BOTEN, hun BEMANNINGSLEDEN en BELEVENISSEN
- Nieuwbouw
- Restauraties en groot onderhoud
- Ze hebben het maar wel gedaan!
- Schepenlijst Jachtwerf P.P. Piersma
Dank, heel veel dank
Sponsoren
Colofon
Auteur Klaas Smit Redactie Ontwerp en lay-out | Druk Printsupport4U, Steenwijk Uitgever © 2025 Smit Publicaties |

De uitnodiging aan de SSRP voor het bijwonen van de boekpresentatie
Wij nodigen jullie graag uit voor de presentatie van het boek 50 jaar Jachtwerf P.P. Piersma 1966-2016, geschreven door Klaas Smit, aangezien jullie Stichting zo’n belangrijke functie vervult in de informatie over en het behoud van Ronde & Platbodemjachten en natuurlijk ook omdat jullie de totstandkoming van dit boek mede mogelijk hebben gemaakt.
Goed te weten dat de uitnodiging verder uitgaat naar de eigenaren van rond & plat, die op jachtwerf Piersma zijn gebouwd of gerestaureerd, naar andere deelnemers aan de Lustrumreünie, die op vrijdag 8, zaterdag 9 en zondag 10 augustus onder auspiciën van jullie, samen met de RFR, de VSRP en de SFT in Heeg plaatsvindt, alsmede naar andere belangstellenden voor dit bijzondere evenement.
Zoveel mogelijk ronde en platbodemjachten, die op Jachtwerf Piersma zijn gebouwd of grondig gerestaureerd, zullen tijdens de boekpresentatie bij de jachtwerf liggen, gepavoiseerd en wel.

Ineke Verkaaik-Hogervorst sprak ter gelegenheid van de boekpresentatie op de werf van Wind&Water op 8 augustus 2025
Geachte aanwezigen,
Beste liefhebbers van het Friese water, van de rond en platbodemjachten en van het Varend Erfgoed. Vandaag zijn we niet zomaar uitgenodigd voor een boekpresentatie.
We vieren in Friesland in het jaar 2025 op het moment de 88-ste Sneekweek, die begon met de Hardzeildag, het 80-jarig skûtsjesilen, het 70-jarig bestaan van de SSRP en vandaag de tewaterlating van het boek ’50 jaar jachtwerf P.P. Piersma’. Vier jubilea die op het eerste gezicht los van elkaar lijken te staan, maar in wezen nauw met elkaar verbonden zijn. Friese families, generaties, het koesteren van Friese tradities, het doorgeven van Friese verhalen, het vastleggen van historische Friese bronnen en beeldmateriaal, werken met hout en de grote gemene deler....de liefde voor het ‘rond en platbodemschip’.
De jachtwerf P.P. Piersma heeft in de afgelopen 50 jaar een sleutelrol gespeeld in het behoud van het Nederlandse, en vooral het Friese varend erfgoed. Niet alleen door het bouwen van nieuwe schepen op traditionele wijze, maar vooral door het zorgvuldig, met respect voor de historie en het hout, het restaureren van SSRP-schepen; o.a. boatjes, tjotters, jollen, Friese jachten, boeiers. Hier zijn geen boten gerepareerd, hier zijn verhalen bewaard!
Schepen die soms al honderd jaar oud zijn, kwamen hier binnen met littekens van wind, water en tijd. En ze verlaten de werf als ambassadeurs van ons erfgoedverleden- nog steeds in de vaart, nog steeds geliefd, nog steeds écht. En dat is precies waar de SSRP voor staat: authenticiteit, herkomst en behoud. Zonder een werf als P.P. Piersma, die de normen als geen ander begreep, zou het Stamboek slechts een archief gebleven zijn. Mede dankzij deze werf is het een levend Stamboek gebleven.
Het eskader Friese jachten bij de komende 70-jarige SSRP-lustrumreünie is groot. Waarvan veel afkomstig van of gerestaureerd bij Jachtwerf P.P.Piersma. Ook binnen de Friese tjottervloot, die een cruciale rol speelt in het zeilonderwijs van de jeugd en het behoud van ambachtelijke zeiltechniek, heeft Jachtwerf Piersma jarenlang bijgedragen aan de restauratie van de tjotters. Zonder die vakkennis zouden de nodige tjotters al niet meer in de vaart zijn. En dan de boeiers, waar Maarten zojuist over sprak, de bijna iconische, brede rondbodemschepen die misschien wel het hoogtepunt vormen van de Friese jachtbouw.
Dankzij het langdurige vertrouwen van eigenaren die hun schepen toevertrouwden aan Jachtwerf Piersma, staan er vandaag de dag nog altijd een groot aantal topstukken in het SSRP-stamboek met een ‘Piersma-handtekening’ erin meegegeven. Deze opsomming van schepen zijn niet alleen erfgoed, ze zijn ook het hart van bijeenkomsten zoals de 5-jaarlijkse SSRP-reünies. Daar, op het water van Lemmer, Langweer of Heeg, zien we allen hoe het werk van Jachtwerf P.P. Piersma samenkomt in een levendige vloot: glimmend eikenhout, gepoetst koper, klapperende zeilen, SSRP-wimpels in top, verhalen die worden doorgegeven bij elke groet van boeg tot boeg.
Zoals Hester Postma zojuist aangaf is het Fries Scheepvaartmuseum van groot belang voor het behoud van onze Ronde en Platbodemjachten. Want daar, midden in de stad Sneek die al eeuwen verbonden is met de Friese wateren, wordt het hart van de SSRP bewaard; het Stamboekarchief zelf- de documenten, tekeningen, foto’s en lijnenplannen die samen het geheugen vormen van de SSRP-vloot. Daar ligt de historie van het schip dat ooit werd opgenomen in het Stamboek. Er is ook ruimte voor beleving; het Fries Scheepvaartmuseum herbergt namelijk ook een Friese tjotter, tastbaar bewijs van de schoonheid en het vakmanschap, en vaak is dat precies dát wat de bezoeker doet begrijpen waarom we dit erfgoed behouden.
Het Fries Scheepvaartmuseum, de SSRP en de werven als P.P. Piersma vormen met elkaar een keten:
- Documentatie en geschiedenis bij het museum
- Authenticiteit en registratie bij de SSRP
- Restauratie en behoud in de praktijk bij de werf.
Zonder een van deze schakels valt de keten uiteen. Juist met die samenwerking - van archief tot waterlijn - blijft onze SSRP-vloot varend én zichtbaar: Niet alleen van vroeger, maar van een levende traditie en het behouden van het ambacht. Een traditie die dankzij ‘Jachtwerf P.P. Piersma’ nog altijd toekomst heeft. Kijk waar we nu staan...op de schouders van Berend de Jong, Jachtwerf P.P. Piersma nu te gast bij jachtwerf ‘Wind en Water’; van Martijn Perdijk.
Pier Piersma en Theo Potma en hun medewerkers hebben met hun vakmanschap, letterlijk sporen getrokken in de geschiedenis van het Friese water. Geen monument in steen, maar een vloot van varende kunstwerken met bijna een tastbaar boek in handen dat de verhalen en historie vasthoudt voor de generaties en belangstellenden ná 2025!
Namens allen van de SSRP die varen, bewonderen, koesteren en behouden:
Dank aan Jachtwerf P.P. Piersma.
Dank voor vijftig jaar toewijding aan het Friese Varend Erfgoed.
Dank u wel.
Ineke Verkaaik-Hogervorst
Voorzitter SSRP