De Enkhuizer bol opnieuw ontdekt

Spiegel der Zeilvaart 1996 nummer 9

Er varen nog bijna vijftig Enkhuizer boljachten rond. Vijftien naar een Gipon-ontwerp met een lengte van zeven meter over stevens, dertig met een lengte van 7,35 meter en een geringer aantal van andere afmetingen en herkomst. Henk de Graaf stelde onder de titel 'Klein maar dapper' over deze schepen een boek samen, dat op 15 juni 1996 in Enkhuizen werd gepresenteerd. Zo'n zeventig eigenaren en vroegere eigenaren van een Enkhuizer bol waren daarbij aanwezig. De bol opnieuw ontdekt! Jan Kooijman, die als geen ander de Enkhuizer bol kent, beschrijft voor Spiegel der Zeilvaart dit gemakkelijk hanteerbare scheepje.

Jan Kooijman schrijft:

Over de betekenis van het woord bolletje is men het niet eens. Sommigen verklaren het woord uit de ronde vorm van de scheepjes. Een andere en waarschijnlijk juistere verklaring wijst erop dat het woord bollen in het oud-Nederlands slaat op verkleinen. Een bol zou aldus een klein vissersschip zijn, kleiner van afmeting dan botters en schokkers.

Zo hadden de meeste Zuiderzeehavens elk hun eigen type kleine vissersvaartuigen, goedkoper dan hun grote broers en geschikt voor een kleine bemanning. Zo kennen we nog Wieringer, Makkumer, Workumer, Vollenhover en Enkhuizer bollen. Misschien zijn er nog wel meer typen geweest waar we het bestaan niet van weten. Ze leken allernaal op elkaar, maar hadden toch hun onderlinge verschillen, voortkomend uit de plaatselijke omstandigheden, het gebruik en traditie.

Men zegt dat het verschil in thuiswater voor de scheepjes van de Oostwal wat grotere en meer zeewaardige exemplaren opleverde, zoals bijvoorbeeld de Vollenhovense bol. Het was daar door de heersende westenwind
meestal lager wal, war resulteerde in meer waterverplaatsing en in meer lengte over stevens tot een meter of tien. Van de Enkhuizer bollen die konden profiteren van de hoge wal, lag de lengte over stevens meestal tussen de zeven en acht meter, al meet men niet gering denken over de taken, die deze vaartuigen in het noordelijk deel van de toenmalige Zuiderzee te vervullen hadden.

Werf Kooijman en de Vries in Deil aan de Linge

Jan Kooijman heeft op zijn werf Kooijman en de Vries vele bollen gebouwd. Daaronder zijn de Vollenhovense, de Enkhuizer en de Workumer bol. Met zijn eerste Enkhuizer bol 'Cadans' heeft hij op de Hiswa gestaan en er ook zelf veel mee gevaren. In het artikel in de Spiegel der Zeilvaart gaat Jan uitgebreid in op de diverse (ook historische) groottes en de eigenschappen van de bollen. In het Stamboek staan er vele types van diverse lengtes geregistreerd.

Het volledige artikel in de Spiegel der Zeilvaart

pdf SdZ November 1996 nr09: De Enkhuizer bol opnieuw ontdekt

Klein maar Dapper: Kronieken der stalen Enkhuizer bollen tot 1993

Henk de Graaf, Heeft als eigenaar van een Enkhuizer bol in 1993 het boek 'Klein maar Dapper: Kronieken der stalen Enkhuizer bollen tot 1993' samengesteld in samenwerking met een grote groep Enkhuizer-bol-eigenaren. Klein maar dapper is een boek - is het wel een boek, of zou je niet veel beter kunnen spreken van een beschrijving van een heel klein stukje van ons varend erfgoed van morgen? - , dit boek wil vandaag juist het 'laatste uur' van het 'gisteren' vastleggen. Immers, het is vanaf 1965 de beschrijving van zo'n dertig jaren van belevenissen van hetgeen de stalen Enkhuizer bollen en hun schippers is overkomen.

Terug naar vorige pagina