Waar de mast ophoudt

De Mastwortel

Mr. Dr. T. Huitema schrijft  in zijn boek “Ronde en Platbodemjachten”:  
"De mast kan aan zijn beide uiteinden zijn versierd: aan de top de mastwortel en beneden aan de voorkant, vlak boven het dek, de mastplank, ook wel mastschild of mastbord genoemd. Hoewel de mastwortel bovenop de mast staat, wordt de versiering 'wortel' genoemd vanwege de vorm, die aan een wortel doet denken. De mastwortel is een oude versiering, die vroeger vrijwel bij alle binnenschepen voorkwam."

Tuigje Oostergoo 1953 (foto: collectie Fries Scheepvaart Museum Sneek)
Tuigje Oostergoo 1953 (foto: collectie Fries Scheepvaart Museum Sneek)

Huitema schrijft verder:

"Het snijwerk bestaat meestal uit een aantal geledingen, versierd met engelenkoppen, lofwerk, guirlandes en schelpen. Een dergelijke mastwortel, tezamen met scheer- hout (of vleugelhekje) en vleugel wordt wel als 'tuigje' aangeduid en was oudtijds een bekende prijs bij het hardzeilen in Friesland. Boven op het scheerhoutje zelf vinden we ook wel een versiering, bijvoorbeeld in de vorm van een scheepje. Dit kwam met name bij de Groninger tjalken voor. Thans zien we het nog wel bij botters. Bij vissersschepen op de Zuiderzee zit dikwijls op de pen, waarom het scheerhoutje draait, de zogenaamde kloot, een of twee houten bolletjes, dienende om het afschuiven van het scheerhoutje te voorkomen. Als versiering zit daar soms weer de pluim of hemelboender bovenop: een pen met aan het einde een ronde knikker van in elkaar gedraaide rode of zwarte sajet of sokkenwol”.

De aanleiding voor nader onderzoek door Gerard ten Cate

Tijdens de beurs Boot Holland 2015 in Leeuwarden werd er een aantal keren naar het fenomeen mastwortel gevraagd. Niemand wist exact te vertellen waar dit stuk scheepssier vandaan komt en welke mogelijke betekenis de vorm en en diverse gebruikte symbolen hebben. Omdat de Stichting Stamboek Ronde en Platbodemjachten al jaren tijdens de voorjaarsbijeenkomst de van Waningprijs in de vorm van een tuigje met een rijk versierde mastwortel uitreikt, vinden wij het een aardig idee om uitgebreider aandacht te besteden aan De Mastwortel.

"Het Tuigje"

“Het Tuigje” is bij de Stichting al snel na de oprichting een herkenningsteken geworden. Op de eerste reünie voor ronde jachten in 1953 in Grou, dus voordat de SSRP in 1955 werd opgericht,  kregen alle deelnemers een tuigje mee als aandenken van de Koninklijke Zeilvereniging Oostergoo. Het was verfijnd maar eenvoudig uitgevoerd. Heeft “Oostergoo” hiermee de mastwortel weer op de traditionele jachten gezet? Is hierdoor de indruk ontstaan dat een mastwortel op ronde jachten hoort?

Het logo van de SSRP

Sinds 1956 wordt het tuigje als logo van de Stichting Stamboek Ronde en Platbodemjachten in al haar publicaties en presentaties gebruikt. Het is getekend door de bekende schilder W.J. Dijk. Sinds augustus 1957 hebben vrijwel alle bij het Stamboek in geschreven schepen de bekende bronzen plaquette aan boord gemonteerd. Hierop is het tuigje in het brons ingegoten. Het unieke scheepsnummer is gegraveerd. Daarnaast geeft de Stichting sinds 1966 jaarlijks de Van Waning-wisselprijs uit. Een vergulde mastwortel, een vleugel met scheerhout en daaronder een vergulde kloot: “het Tuigje”. De mastwortel is er het meest prominente onderdeel van. Versierd met snijwerk, verguld. Veel bij het Stamboek ingeschreven schepen hebben een mastwortel als versiering.

Van Waningprijs (foto Dirk Huizinga 2015)
Van Waningprijs (foto Dirk Huizinga 2015)

Van Waningprijs

 

 

De Van Waningprijs is een wisselprijs die in 1966 beschikbaar is gesteld door oud Stamboek voorzitter C.J.W. van Waning. Het is gemaakt door Heit Piersma. De prijs wordt als wisselprijs toegekend aan degene die een bijzondere prestatie heeft geleverd met betrekking tot de organisatie of geschiedschrijving voor de Stichting en Vereniging. Eén en ander in de ruimste zin van het woord. Nu alweer bijna 50 jaar hebben veel belangrijke mensen en organisaties deze prijs gekregen voor hun verdiensten in de wereld van de Ronde en Platbodemjachten.

Mastwortel - Onderdeel Tuigje Van Waningprijs (links - onder, rechts - boven)
Mastwortel - Onderdeel Tuigje Van Waningprijs (links - onder, rechts - boven)

Zoals hiervoor al aangehaald is: “De mastwortel is een oude versiering, die vroeger vrijwel bij alle binnenschepen voorkwam”. Inderdaad kun je op veel oude 17e en 18e eeuwse modellen en schilderijen de mastwortels terugvinden. Klein, groot, recht en krom. In de bekende Nederlandse scheepvaartmusea worden ze als scheepssier getoond. Van zilver werden ze wel als prijs bij wedstrijden verzeild. In het boek “Afbeeldingen van Schepen en Vaartuigen in verschillende bewegingen” van P. le Comte uit 1831 staat op vrijwel iedere afbeelding een mastwortel afgebeeld.

Nederlandse traditie?

In het Fries scheepvaartmuseum bevindt zich een zilveren mastwortel die als prijs beschikbaar is gesteld voor de beroemde zeilwedstrijd bij Oude schouw in 1777. Een uitgebreide beschrijving kunt u vinden op hun website: Opgebouwd uit 26 ringen die zijn versierd met vier palmetten. Naar boven toe worden de ringen kleiner. De ringen zijn ineen geschoven, zodanig dat de palmetten verspringen. Langs de onderkant een geschulpte rand met gordijnkwasten. Op de top van de mastwortel een knop. Daarop drie ovale wapenschilden. ............ 

Ogenschijnlijk lijkt het alsof de mastwortel bij het traditionele Nederlandse vaartuig hoort. Het moet dan ook niet moeilijk moeten zijn om op oude foto’s boten met mastwortels terug te vinden. De waarheid is hier weerbarstiger.
Vanaf mijn jeugd verzamel ik oude watersportfoto’s waarbij de nadruk ligt op ronde jachten. Veel van de foto’s zijn genomen in Friesland, de bakermat van de nu nog bekende tjotters, boeiers en Friese jachten. Op geen van de foto’s is een mastwortel te zien! Bij een snelle inspectie van oude watersport tijdschriften vind je de mastwortel niet! Niet bij tjotters, niet bij boeiers, niet bij Friese jachten, niet bij Lemmeraken, niet bij andere traditionele Nederlandse schepen. Het lijkt alsof de mastwortel in de tweede helft van de 19e en de eerste helft van de 20e eeuw  vergeten is. Het valt niet uit te sluiten dat systematisch onderzoek foto’s oplevert, maar veel zullen het niet zijn. 
Wanneer  en waarom in de 19e eeuw de mastwortel in onbruik is geraakt is vooralsnog onduidelijk. Scheepsbouwers als Van der Zee en Lantinga noemen in hun werfboeken de nodige versieringen die als extra berekend worden. Een vermelding van een mastwortel is me niet opgevallen.

1954

De eerste foto van een boeier met een mastwortel  staat in de Waterkampioen van 1954. Het is een foto van de boeier 'Friso' die in dat jaar als Statenjacht aan de provincie Friesland werd aangeboden. Liet de Koninklijke Zeilvereniging Oostergoo hier haar stem horen?Vond men dat bij een Statenjacht een mastwortel hoorde? Vanaf dit moment verschijnen er langzamerhand foto’s van rond en platbodems met een mastwortel. Een tweede schip waarop prominent een mastwortel  te zien is, is de 'Groene Draeck' van Prinses Beatrix in 1957. In het boek “Het Prinsessejacht De Groene Draeck”  (1957) staat vervolgens een afbeelding van “antieke mastwortel” (blz.33) de lengte ervan is zoals te lezen valt zesenzestig centimeter. Het aantal tussenstukken is zeventien. 

Ondereind van een oude mastwortel . De kegel met het gat erin heeft een diameter en hoogte van 35mm het gat heeft een diameter van 15mm. Deze stomp heeft veel overeenkomsten met de mastwortel die hiervoor genoemd is als “antieke mastwortel”.
Ondereind van een oude mastwortel . De kegel met het gat erin heeft een diameter en hoogte van 35mm het gat heeft een diameter van 15mm. Deze stomp heeft veel overeenkomsten met de mastwortel die hiervoor genoemd is als “antieke mastwortel”.

Op bladzijde 71 van hetzelfde boek  staat een foto van de mastwortel die voor de 'Groene Draeck' is gemaakt. Samen met het snijwerk aan de achterzijde van de kajuit is deze mastwortel aangeboden door de Koninklijke Nederlandsche Zeil- en Roeivereniging en de Koninklijke Watersportvereniging Loosdrecht. Deze mastwortel heeft dertien tussenstukken. Alle elementen van beide mastwortels zijn versierd. De geschiedenis van de mastwortel  lijkt terug te voeren te zijn naar de statenjachten uit de Gouden Eeuw. Mogelijk was het een middel om je status te tonen. De bewaard gebleven exemplaren, van toen, hebben hun plek gevonden in de verschillende musea. De mastwortels die nu gevoerd worden hebben allemaal een geschiedenis die niet verder terug lijkt te gaan dan 1953. 

De vorm

Veel van de huidige mastwortels zijn gedraaid uit één stuk hout. Vaak met een bolvormige  aftekening. Oorspronkelijk werd een mastwortel gemaakt uit losse gedraaide “kegels” die in elkaar gepast en gelijmd werden. De afzonderlijke segmenten werden versierd. Van beneden naar boven werden de kegels steeds kleiner. Als bekroning kunnen allerlei figuren voorkomen. Op de mastwortel hierboven is de voet versierd met een dubbele guirlande. Engelenhoofdjes, engeltjes of cherubijntjes komen  als versiering voor. Bindende voorschriften bestaan niet. In de collectie van het Fries Scheepvaart Museum bevindt zich een fraai uitgesneden mastwortel  waarvan de hoofdvorm plat is in plaats van rond. Dierfiguren zijn daarop als versiering gebruikt. Ter versteviging is er centraal een buis gemonteerd. Als afwerking wordt vaak voor een laag bladgoud gekozen. De glans en de schittering die de goud laag geeft is onovertroffen. Wanneer het vergulden met vakmanschap is gedaan, dan blijft de laag vaak jaren lang goed en is daarmee onderhoudsarm. 

Het verhaal van Pier Piersma

Tijdens Boot Holland plaatste Pier Piersma een paar kanttekeningen bij figuren die als versiering gebruikt kunnen worden. Zijn vader Heit Piersma heeft zo’n twintig mastwortels gemaakt. De onderwereld, trollen, vissen, bloemen, insecten, dieren, vogels, wolken, sterren, zon en vaak een zeemeermin (de mens) zijn thema’s die hij op de verschillende ringen afbeeldde. Dit in een vaste volgorde, van onder naar boven.

Dat een mastwortel een kostbare en kwetsbare versiering kan zijn, lijkt duidelijk. Kostbaar wanneer het traditioneel met losse elementen met de hand gemaakt, gedecoreerd en verguld, is. Kwetsbaar wanneer je op het binnenwater vaart, en je het risico loopt ermee achter boomtakken te blijven haken. Met het zetten en strijken van de mast moet je altijd rekening houden dat de mastwortel extra uitsteekt. Wanneer je met de mast gestreken moet varen moet je extra opletten wanneer de mast uitzwaait.
Versierde mastwortels worden lang niet altijd met een boot mee verkocht. Oud eigenaren bewaren op deze manier dan nog een tastbaar stukje van “hun” schip. Van een Fries jacht weet ik dat ze normaliter rond vaart met een gedraaide stoelpoot als mastwortel. Wanneer je het weet kun je het zien. Het is niet verguld. Het botenhuis waarin ze haar ligplaats heeft is van af het water makkelijk toegankelijk en het risico van diefstal is aanwezig. Voor hoogtijdagen is er een mooie versierde en vergulde mastwortel die thuis wordt bewaard.

Zelf heb ik op de middelbare school in 1978 een examen kunstgeschiedenis gedaan. Als onderwerp had ik scheepssier gekozen. Een opdracht was om er een werkstuk bij in te leveren. In mijn geval werd dat een mastwortel met een lengte van 50 cm. Een gedraaid exemplaar waarbij ik in het onderstuk een zeemanskop met zuidwester had uitgesneden en als bekroning een springend hert. Twee verwijzingen naar mijn familiegeschiedenis.Het heeft twee schepen gesierd ('Murkjen' en 'Bestevaer') en het is de bedoeling dat het in de toekomst weer op een rond jacht komt. 

Foto’s GtC 2015
Foto’s GtC 2015

Waar de mast ophoudt

Een masttop versiering hoeft geen mastwortel te zijn. Het is meer een persoonlijk cachet dat de eigenaar aan zijn of haar schip geeft. Op traditioneel Zeeuwse schepen zie je soms een mannetje, bij vissersschepen op de Zuiderzee zie je soms een hemelboender. Soms zie je, zoals de heer T. Huitema schrijft, een versiering op het scheerhout. Deze versiering zie je overigens minder vaak dan de mastwortel. 
Anno 2015 zie je veel eigentijdse interpretaties van de mastwortel waarbij naar een combinatie van functies is gestreefd. Zo zijn er bijvoorbeeld toplichten of marifoonantennes in opgenomen. Vaak is de goudlaag achterwege gelaten. Afwerking in de vorm van verf is een goedkoper alternatief.

De werkelijke oorsprong van de mastwortel?

Wat de werkelijke oorsprong van de mastwortel is wil ik in het midden laten. Is het een typisch Nederlands verschijnsel, of ligt de oorsprong bijvoorbeeld in het Middellandse Zee gebied?

Met dank aan Pier Piersma, Peter Tolsma,  Jeanette Tigchelaar, Dirk Huizinga, Rienk Wegener Sleeswyk en Jan Eissens. Zij hebben waar nodig kanttekeningen, toevoegingen of correcties geplaatst.

Gerard ten Cate

Meer over mastwortels

Er zijn in diverse musea veel foto's aanwezig van mastwortels. Daarnaast zijn er een aantal publicaties aan gewijd in boeken en tijdschriften. Kijk ook maar eens naar:

Terug naar vorige pagina