Grietsje

In 1958 kocht de heer J.W. Zwartsenberg, deze kleine tjotter van een make!aar van Paviljoen "De Bloemert" in Zuidlaren. De boot was toen eigendom van een visser, die haar bij de palingvangst op het Zuidlaardermeer en omgeving gebruikte. Zij heette toen ook al "Grietsje" en was voorzien van zetboorden, koperbeslag en houtsnijwerk. Dit laatste doet vermoeden, dat deze tjotter als pleziervaartuig is gebouwd, of althans als zodanig in gebruik geweest is. In 1958 had de tjotter een zwaar katoenen tuig.

Pier Piersma heeft vanwege de overeenkomst met de kleine tjotter 'Friso' de 'Grietsje' toegeschreven aan De Jong, Heeg en schat het bouwjaar circa 1920. Volgens Vermeer is dit louter speculatie.

Eigenschappen

Plaquette nummer:	207	Zeil nummer:	RE51
Categorie:	A	Tekening nummer:
		Type:	Tjotter

Bouw

Bouwjaar:	1918	Ontwerper:	Gebr. de Jong
Werf:	Gebr. de Jong	Werf plaats:	Heeg
Motor:		Motor type:
Materiaal romp:	Eikenhout	Materiaal kajuit:
Materiaal zeil:	Katoen
Onderwaterschip:		Kiel:

Afmetingen

Lengte stevens:	4,84 m	Breedte berghout:	1,71 m
Diepgang:	0,20 m	Masthoogte water:	7,70 m
Oppervlakte grootzeil:	11,10 m²	Oppervlakte fok:	6,90 m²
Oppervlakte botterfok:	0,00 m²	Oppervlakte kluiver:	0,00 m²
Oppervlakte totaal:	18,00 m²	Oppervlakte overig:	0,00 m²

Register Varend Erfgoed Nederland

Registratie nummer:	1505	Registratie datum:	17-03-2022
Geregistreerd als:	Varend Monument®

Tot nu toe bekende eigenaren en namen van het schip

1958 – 1989	J.W. Zwartsenberg, Groningen/Schalkhaar ( Grietsje)
1989 – 2003	P.J. Zwartsenberg ( Grietsje)
2003 – 2018	L.A. van Sloten, Heiloo ( Grietsje)
2018 – Nu (laatst bekend)	D. en A.H.J. Wilten-Lucas, Brasschaat (B) ( Grietsje)

1997

1997: De 'Grietsje' in 'Tjotters en Boatsjes' van Dr. Ir. J. Vermeer

Dr. Ir. J. Vermeer schrijft in zijn standaardwerk 'Tjotters en Boatsjes' het volgende:
In 1958 kocht de vader van de huidige eigenaar, de heer J.W. Zwartsenberg, deze kleine tjotter van een makelaar van Paviljoen "De Bloemen" in Zuidlaren. De boot was toen eigendom van een visser, die haar bij de palingvangst op het Zuidlaardermeer en omge¬ving gebruikte. Zij heette toen ook al "Grietsje" en was voorzien van zetboorden, koperbeslag en hout¬snijwerk. Dit laatste doet vermoeden, dat deze tjotter als pleziervaartuig is gebouwd, of althans als zodanig in gebruik geweest is. Het zware katoenen tuig dat in 1958 aanwezig was, is nog in het bezit van de huidige eigenaar.
Aanvankelijk bleef het vaargebied het Zuidlaar¬dermeer. Na 1962 werd dit gedurende 20 jaar eerst het oostelijke Friese merengebied, de omgeving van Oudega (Sm.), later de omgeving van het Sneeker¬meer en werd een enkele keer deelgenomen aan de `houten reunie' in Heeg. Incidenteel is "Grietsje" inge¬zet voor instructie bij de jeugdherberg "It Beaken".

De heer Zwartsenberg heeft de tjotter zeer goed onderhouden; zij is in de loop der jaren verschillende malen bij Van der Meulen in Sneek, bij Van der Werf in Buitenstvallaat en in Workum en bij Piersma in Heeg grondig gerepareerd. In 1966 werden een nieuwe mast en een nieuw katoenen tuig aangeschaft.
In de schepenlijst van het stamboek staat geen bouwer vermeld. Gegevens over vroegere eigenaren zijn onbekend. Pier Piersma schijnt wegens vermeende overeenkomst met de kleine tjotter "Friso" de "Grietsje" toe te schrijven aan De Jong, Heeg en schat het bouwjaar circa 1920. Dit is louter speculatie; wij laten de toeschrijving liever open.