Anna Maria EH112-ST10-LE107

Anna Maria EH112-ST10-LE107 Niet actief

Ronde en Platbodemjachten, die binnen deze groep (Categorie Z) vallen, zijn ooit met een 9000-registratie-nummer in het Stamboek geregistreerd. Ze hebben nooit een plaquette gehad. Dit schip staat geregistreerd in Categorie Z in het Stamboek en wordt dus gekenmerkt als 'Inactief'. Wij weten op dit moment niet waar het schip zich bevindt of dat het nog bestaat. Bij een 'Actieve' inschrijving krijgt zo'n schip alsnog een plaquettenummer. Wanneer zeker is dat het schip niet meer bestaat, verhuist het naar Categorie V.

Om de door vissers gevangen aal naar Gaastmeer te krijgen waar ze in leggers werd bewaard om ze met de palingaken naar Loden te vervoeren, werkten opkopers voor de handelaren die met scheepjes bij de vissers langs gingen, de aal opkochten en naar Gaastmeer brachten. Die opkopers waren een soort koeriers in dienst van de palinghandelaren in Gaastmeer/Heeg. Ze voeren met ‘ielbûsen’, zeg maar ‘palinghalers’, die ze huurden van de handelaren. Het visaakje LE107 is in 1914 bij Zwolsman in Workum gebouwd in opdracht van Joh. Schenk uit Enkhuizen om als als zgn. Aalboot te worden gebruikt.

De meeste Zuiderzeehavens hadden elk hun eigen type kleine vissersvaartuigen, goedkoper dan hun grote broers en geschikt voor een kleine bemanning. Zo kennen we nog Wieringer, Makkumer, Workumer, Vollenhover en Enkhuizer bollen. Misschien zijn er nog wel meer typen geweest waar we het bestaan niet van weten. Ze leken allemaal op elkaar, maar hadden toch hun onderlinge verschillen, voortkomend uit de plaatselijke omstandigheden, het gebruik en traditie. Van de Workumer bollen lag de lengte over stevens meestal tussen de zeven en acht meter.

Stavoren, vissershaven in de dertiger jaren, met vooraan een Workumer bol (ST10) die gebouwd is als Aalboot voor Joh. Schenk in Enkhuizen en na de Tweede Wereldoorlog bekend werd als houten bol van de Lemster visser Jurjen Bootsma (LE107)
Stavoren, vissershaven in de dertiger jaren, met vooraan een Workumer bol (ST10) die gebouwd is als Aalboot voor Joh. Schenk in Enkhuizen en na de Tweede Wereldoorlog bekend werd als houten bol van de Lemster visser Jurjen Bootsma (LE107)

Eigenschappen

Plaquette nummer:9211 Zeil nummer:
Categorie:Z Tekening nummer:
Type:Workumer bol

Bouw

Bouwjaar:1914 Ontwerper:
Werf:Gebr. Zwolsman Werf plaats:Workum
Motor: Motor type:
Materiaal romp:Eikenhout Materiaal kajuit:
Materiaal zeil:Dacron
Onderwaterschip:Knikspant Kiel:

Afmetingen

Lengte stevens:7,28 m Breedte berghout:2,60 m
Diepgang:0,00 m Masthoogte water:0,00 m
Oppervlakte grootzeil:0,00 m2 Oppervlakte fok:0,00 m2
Oppervlakte botterfok:0,00 m2 Oppervlakte kluiver:0,00 m2
Oppervlakte totaal:0,00 m2 Oppervlakte overig:0,00 m2

Tot nu toe bekende eigenaren en namen van het schip

1914 – 1934 Joh. Schenk, Enkhuizen ( EH112)
1934 – 1948 Hans van Dijk, Stavoren ( ST10 'Onderneeming')
1948 – 1956 Jurjen Bootsma, Stavoren ( LE107)
1956 – 1970 J.G.H. Bolier, Den Helder ( LE107)
1970 – 2022 Wietze H. Welling, Oudega (Sm) ( LE107)
2022 – onbekend S. van der Meulen, Leeuwarden ( LE107)

Geschiedenis

1911

1911

1911: Visserijregister (De EH112 ingeschreven als half gedekte zeilboot)

Het Visserijregister, dat 40.000 kaarten telt, is online te bekijken op zuiderzeecollectie.nl. Deze scans en data zijn in de kaartencollectie op zuiderzeecollectie.nl te bekijken en te doorzoeken.

1948

1948

1948: Oude foto's van de EH112/ST10/LE107

De EH112 op weg naar buiten
De EH112 op weg naar buiten
De LE107 aan de Korte Streek in Lemmer
De LE107 aan de Korte Streek in Lemmer

1956

1956

1956: De vastgelegde informatie in het Stamboekarchief van visserij naar recreatie

In deze opsomming van data staat beschreven dat de bouwwerf van het schip onbekend is en dat ze voor 1914 NIET in het visserijregister was ingeschreven. In 1934 is ze na de afsluiting van de Zuiderzee verkocht omdat ze niet buiten de afsluitdijk viste.

2022

2022

2022: Boek "Twee eeuwen Friese Palinghandel - Aken en aakjes voor de palinghandel" door Dirk Huizinga

Dirk Huizinga schijft in zijn boek "Twee eeuwen Friese Palinghandel":
Volgens de overlevering wilde opdrachtgever W. Visser uit Heeg een ‘ielbûs’, waarmee de paling voor de vishandel kon worden opgehaald bij de vissers. De scheepsbouwer Ulbe Zwolsman uit Makkum, die in 1892 de werf in Workum overnam, stond bekend om z’n zeewaardige blazers, Wieringeraken en de kleinere Workumer bollen. De visaak ‘Anna Maria’ ziet er uit als een wat grote Workumer bol. Dit aakje zou ook op de Zuiderzee als haler zijn gebruikt en niet alleen op het binnenwater.
De wijze waarop Welling eigenaar werd van het aakje, is het vermelden waard: J. Bolier uit Den Helder (met een familienaam die vooral veel in Zeeland voorkomt) had het scheepje liggen in het jachthaventje van Oudega (Sm.). De aak was lek en moest regelmatig leeggepompt worden. Dat werd volgens afspraak gedaan door Wietze Welling, de eigenaar van het café aan de haven. Welling wilde het aakje wel kopen, maar Bolier wilde niet verkopen. Na jaren van lekwater wegpompen kreeg Welling er echter wat genoeg van om de schijn op te houden dat het aakje niet spontaan naar de bodem van de haven wilde afzakken. Er moest wat gebeuren en hij stelde Bolier voor de keuze. Hij kon in Oudega naar het café komen, daar lag op de bar een envelop met f. 1500.-. Die kon hij meenemen en de aak was van Welling. Of hij liet het geld liggen, maar dan moest dat lekkende schip uit de haven. Het duurde een dagje, maar toen kwam de familie Bolier naar het café om het geld te halen en in goede sfeer wat na te praten over het hebben van een oude visaak.
De jaren daarop kon Wietze Welling werk maken van een opknapbeurt voor de aak. Weliswaar met polyester, glasvezel, Hechthout en staal, maar wel zodanig, dat het scheepje er nu nog is. Alleen in de kont heeft ze nog zichtbaar enig eikenhout, als teken dat ze er van binnen heel anders uitziet dan de buitenkant doet vermoeden.

Na uitgebreid onderzoek door Kees Hos in het Zuiderzee museum werd duidelijk dat de Workumer bol in 1914 is gebouwd voor Joh. Schenk in Enkhuizen. Het staat uitgebreid beschreven in het boekje 'Anna Maria' en haar mannen van Dirk Huizinga.

(foto's coll. Dirk Huizinga)
(foto's coll. Dirk Huizinga)
Alleen in de kont heeft ze nog zichtbaar enig eikenhout, als teken dat ze er van binnen heel anders uitziet dan de buitenkant doet vermoeden
Alleen in de kont heeft ze nog zichtbaar enig eikenhout, als teken dat ze er van binnen heel anders uitziet dan de buitenkant doet vermoeden

2023

20 maart 2023

20 maart 2023: Dirk Huizinga "In Beeld": Transitie

In de vijftiger jaren kregen particulieren met belangstelling voor oude zeilende werkschepen de kans om in voormalige Zuiderzeehaventjes een vissersschip over te nemen tegen een aantrekkelijke prijs. Die vissers waren meestal gestopt met hun bedrijf. Het oude, houten schip lag daar maar. Niemand had zin om zo'n schip voor de visserij over te nemen, dus de toekomst zag er niet goed uit. Het schip zou de eigenaar alleen maar tot last worden. Maar gelukkig kwamen toen de idealisten. Op de foto zien we de Zijlroede van De Lemmer in 1955. Aan de overkant de Langestreek en aan deze kant de Kortestreek. De houten bol van Jurjen Bootsma, de LE107, stond helemaal niet te koop. Er werd nog mee gevist.

Het verhaal van de Lemsteraak LE107 voor zover nu bekend.

april 2023

april 2023: Boek van Dirk Huizinga: Anna Maria, haar geur van teer, taan en touwen en haar mannen

Een deel van de inleiding van het boek

Eerst wilde Simon de geschiedenis van het aakje helder krijgen. Daarmee zou hij immers een verhaal hebben om ook anderen te interesseren in de restauratie van het aakje. En zo kwam Simon bij mij terecht met de vraag het verleden van dat scheepje te helpen verhelderen en daar een boekje over te schrijven. Dat leek mij wel interessant. Ik kende het aakje van Welling al lange tijd, het lag immers in Oudega vlak bij Drachten. De vraag naar de geschiedenis betrof natuurlijk vooral dat duistere verleden. Na enige maanden speuren zijn we wat dat betreft opgeschoten. Het scheepje is, zoals we dat nu beoordelen, helemaal niet in Workum gebouwd, maar in De Lemmer, bij Pier de Boer in het jaar 1897. Simon van der Meulen zoekt van alles bij elkaar en bestookt mij met allerlei voorstellen. Ik ben wat sceptischer en wil vooral bewijzen zien. Ik probeer de hypotheses te toetsen. Durk Hak wees mij op de snijboeken van zeilmaker De Vries uit De Lemmer. Die zouden een belangrijke bron kunnen zijn om te zien welke nieuwe schepen in die periode aan het einde van de 19e eeuw gebouwd zijn. Die snijboeken worden bewaard bij het historisch centrum Tresoar in Leeuwarden. Op grond daarvan zijn alle nieuwe schepen te traceren met hun bouwer en opdrachtgever waar De Vries een tuig voor heeft gemaakt. Een andere belangrijke indicator voor ons was de lengte van 28 voet. Bij Pier de Boer is namelijk slechts één aakje gebouwd met die lengte. En tenslotte keken we naar de constructie van de inhouten, die bij De Boer anders is dan bij Zwolsman, die veel vaker liggers en zitters met schuine lassen aan elkaar verbond.

Na uitgebreid onderzoek door Kees Hos in het Zuiderzee museum werd duidelijk dat de Workumer bol in 1914 is gebouwd voor Joh. Schenk in Enkhuizen. Hoofdstuk 1 van het boekje is daarom volledig herschreven in juni 2023.

Anna Maria, haar geur van teer, taan en touwen en haar mannen

We zijn zeer geïnteresseerd in uw opmerkingen en/of vragen over dit schip. Stuur ze ons!

Terug naar het overzicht