Scheepswerven Boot - Alphen a/d Rijn-Gouwsluis / Leiderdorp / Woubrugge

De scheepmakerijen zijn een logisch gevolg van de ligging van Alphen aan den Rijn aan het kruispunt van waterwegen. Via de grote waterwegen was er intensief verkeer met de grote steden en voor het vervoer van mest, hooi, melk en koeien in de polder hadden de boeren behoefte aan platte vaartuigen, schouwen. De bekendste Alphense scheepmakerij was die van Boot, ontstaan in 1851. In de eerste helft van de negentiende eeuw bestond de scheepmakerij van Wouterus van den Berk. In 1870 werd deze scheepswerf overgenomen door A. Pannevis en omstreeks 1930 door de firma De Vries Lentsch. Eén van de werknemers op de werf van Van den Berk, was Philippus Boot. In 1851 begon hij voor zichzelf. Hij kocht de werf voor boerenschouwen van de weduwe Frank van Vliet aan de Steekterweg. Dit bedrijfje bestond al vanaf 1819.

D. Boot "De Vooruitgang", Alphen a/d Rijn - Gouwsluis

In 1887 ging de zoon van Philippus Boot, Dirk, ertoe over om ook in ijzer te gaan bouwen en dat betekende een breuk met zijn vader, die gezworen had bij hout, want: 'hout drijft en ijzer zinkt'. In 1900 werkten er al veertig mensen op de werf van de ijzeren schepen, die met recht de naam "De Vooruitgang" droeg. Vader Philippus heeft de groei van het bedrijf nog meegemaakt, hij overleed in 1902. In 1908 was er zoveel werk dat de werf van P. Mijs aangekocht werd. Vanaf 1914 ging men er zelfs zeeschepen bouwen. De voorheen nauwelijks florerende werf van Mijs was gevestigd in de balkenhaven van de vroegere houtzaagmolen aan de Wilhelminalaan, bij de Van Velzenstraat en bestond sinds 1888. Toen Boot in 1908 de zaak kocht, maakte hij er een reparatiewerf van.

In 1910 werd er ook een scheepsmotorenfabriek, "De Industrie", gevestigd. In 1930 verhuisde deze naar een nieuwe fabriek in de Prins Hendrikstraat tegenover het Rietveldse pad. De Motorenfabriek "De Industrie" van D. en Joh. Boot was in 1930 verrezen op de plaats van de vroegere machinale klompenfabriek. Hier werden de beroemde en onverslijtbare Industriemotoren gebouwd met hun kenmerkende 'tabak, tabak, tabak'-geluid. Aan het begin van de twintigste eeuw nam Dirk Boot ook de werf van Uitenbroek aan de Prins Hendrikstraat bij de Lekstraat over. De werf was gedeeltelijk bestemd voor reparatie en onderhoud aan woonboten en dekschuiten en gedeeltelijk voor de distributie van aardolieproducten. Hierdoor kreeg de werf, ter onderscheiding van de andere werven van Boot, in de volksmond de naam "Olie-Boot".

De bedrijven van Boot hadden vele hoogtepunten en diepe dalen gekend, de kustvaarders en trawlers waren de trots geweest, steeds groter, tot de laatste hangend in de takels van een bok over de drempel van de Julianasluis in Gouda de smalle en ondiepe binnenwateren moest verlaten. Toen in de jaren zeventig van de twintigste eeuw de Nederlandse scheepsbouw onder grote druk kwam te staan, betekende dit het einde van veel oude en gerenommeerde bedrijven. Ook de scheepswerven en de motorenfabriek van Boot ontkwamen niet aan deze recessie. Het betekende het einde van een ruim 120 jaar oud familiebedrijf.
Bron: L.L. Louwerse en P. Leeflang. 'De scheepswerven en motorenfabriek van Boot' in: De Viersprong 58 (1999) 3-13.

Alle resultaten

Schepen in Het Stamboek gebouwd door D. Boot "De Vooruitgang", Alphen a/d Rijn - Gouwsluis

Gebr. Boot, Leiderdorp

Het begin van de werf ligt in Koudekerk waar een meneer Boot in 1852 een scheepswerf oprichtte, genaamd 'De Waard'. Later verhuisde deze werf naar Alphen en nog later naar Woubrugge. In 1877 besloten zijn zoons, Jacobus en Pieter, voor zichzelf te beginnen op een stuk grond in de Waard in Leiden. Het bedrijf heette 'Scheepswerf De Gebroeders Boot' maar ook werd de naam "De Waard" nog gebruikt. Jacobus specialiseerde zich in houten schepen en Pieter in ijzeren. Het bedrijf produceerde in zijn beginjaren vooral schepen van het type 'Westlander', platte schuiten voor het vervoer van groenten, fruit en bloemen. Er was ook een dwarshelling zodat er ook scheepsreparaties uitgevoerd konden worden. Door de aanleg van het Vlietkanaal moest de werf op de Waard verdwijnen. In 1908 werd de werf van jonkheer Van Rappard gekocht. Deze werf lag op de hoek van de Rijn en de Zijl en alle werkzaamheden verplaatsten zich naar de oever van de Zijl. Waarschijnlijk kwam vanaf deze tijd de naam 'De Hoop' in gebruik.

Tijdens de hoogtijdagen van de werf werkten er meer dan 350 arbeiders en er werden in de ruim 100 jaar van haar bestaan bijna 1.500 schepen gebouwd. Er werden motorvrachtschepen gebouwd voor de binnenvaart maar ook schepen voor de visserij, waaronder hektrawlers met een maximale lengte van ruim 60 meter. Maar de werf bouwde verder sleepboten, zeil- en motorjachten en kreeg ook bijzondere opdrachten, veelal voor het buitenland. Zo bestelde “Albert Hein” in 1910 een schip voor de bevoorrading van de winkels in deze regio. Dit schip vaart nog altijd onder de naam “Tjerk Hiddes” . Er varen nog altijd 32 schepen die voor 1942 door de scheepswerf Boot zijn gebouwd. Veelal als historisch erfgoed.

Schepen in Het Stamboek gebouwd door Gebr. Boot, Leiderdorp

Wed. J. Boot "De Dageraad" - Woubrugge

Op 22-02-1849 koopt Wouter Boot ( 1820-1902) van Leendert v Dietje een Scheepstimmerwerf, gelegen aan de Oostzijde van de Heimanswetering ter hoogte van nu Vierambachtsweg nr 43 (vaarweg Woubrugge-Alphen a/d Rijn). Deze werf had twee langshellingen. Er werden in hoofdzaak houten schepen gebouwd. Wouter Boot geeft aan de werf de naam "Dageraad".
Op 01-05-1893 neemt Wouters zoon, Jacobus Boot ( 1855-1897) de werf over, nadat hij al vanaf 1880 directeur was. Hij had de wens schepen te gaan bouwen. Op 07-06-1897 verdrinkt Jacobus Boot bij de Oudshoornse kerk, samen met zijn werfbaas dhr. Leyenaar.
Zoon Wouter Adrianus Boot ( 1878-1957) stopt met zijn opleiding Aan de Polytechnische School te Delft en neemt samen met zijn Moeder Adriana Anna Boot-Kop (1855-1923, oma van Bouw van Wijk) de leiding van de werf op zich. Wouter Adrianus was toen 19 jaar en dus minderjarig. De werf kreeg daarom de naam Wed. J Boot- Scheepbouwwerf "de Dageraad".
Op 13-01-1899 geeft de gemeente Oudshoorn - sinds 1918 opgenomen in de gemeente Alphen aan de Rijn - toestemming de werf zuidelijke richting te verplaatsen van Woubrugge naar Oudshoorn. Net over de gemeentegrens, dit in verband met de geluidshinder, die te verwachten was bij het bouwen van ijzeren schepen. Oudshoorn, Aarlanderveen en Alphen zijn later een gemeente geworden met de naam Alphen aan de Rijn.
In 1916 wordt Wouter Adrianus Boot officieel directeur en wordt de werf een N.V. Het bedrijf krijgt telefoonnummers 1 en 6.
In 1930 komt Hendrik Jacobus Boot - broer van Wouter Adrianus - als procuratiehouder in het bedrijf.
In 1947 treden twee nieuwe directeuren aan: Jacobus hendrik Boot W.A. zn ( 1911-1997) en Theo Jacobus boot H.J. zn ( 1918-1996). In 1969 is J.H. Boot vertrokken bij de Scheepswerf
Van 1849 tot 1895 is geen bouwlijst bijgehouden – 59 lege plaatsen in het bouwboek. Van 1895 tot 1981 zijn er 557 schepen gebouwd
OP 21 aug 1981 vertrekt het laatst gebouwde schip en op 24-08-1981 neemt de Familie Boot afscheid van het personeel.

​Aanvankelijk werden er houten schepen (tjalken) gebouwd, doch rond 1900 werd er overgegaan tot de bouw van ijzeren schepen. Daarmee kwamen voor De Dageraad echter ook de problemen, want de omwonenden kwamen in verzet omdat het bouwen van ijzeren schepen te veel geluidsoverlast zou geven (o.m. door het aan elkaar klinken van platen). Het juist binnen de grenzen van Woubrugge gelegen bedrijf, kreeg van het Woubrugse gemeentebestuur, op grond van de Hinderwet geen vergunning, waarna de firma Boot er toe overging circa 100 meter verder, op Alphens grondgebied, een nieuwe scheepswerf te bouwen, aangezien het Alphense gemeentebestuur wel vergunning verleende.
Deze scheepsbouwwerf is actief gebleven tot 1980. Op 27 augustus 1981 is de scheepswerf failliet verklaard.

Overzicht gebouwde schepen op scheepswerf Weduwe J. Boot, Woubrugge scheepswerf "De Dageraad", periode 1896-1904. De gegevens zijn gebaseerd op de beschikbare exemplaren van "De Rijnbode",  verzameld en opgesteld door K. de Haan uit Hattem.

In 2005 is het "Schepenboek De Dageraad 1847-1981" uitgegeven. Het is een boek van M Lemkes-Van Wijk en uitgegeven bij Post Bert. ISBN 9789070376468 

Terzijde
Gerrit van Wijk, de scheepstekenaar op de scheepswerf trouwde met Jo Boot, de dochter van Wout Boot. In 1930 wilde de vader van Bouw van Wijk, Gerrit van Wijk en zijn moeder Jo Boot, zich toeleggen op de jachtbouw. Gerrit verliet ‘Scheepswerf De Dageraad’ om aan de noordkant van Woubrugge zijn eigen jachtwerf te beginnen, de Woubrugse Jachtwerf G. van Wijk en Zoon. Zo startte van Wijk in samenwerking met de scheepswerf van de familie Boot de bouw van de Wibo’s. Wi van van Wijk en Bo van Boot. In 1958 werd Bouw van Wijk eigenaar van de jachtwerf. Met de Wibo-serie introduceerde Van Wijk het seriematig bouwen van stalen kajuitzeiljachten in verschillende modellen. Deze werf bestaat nog. Bouw van Wijk is o.a. eigenaar geweest van de Lemsteraak 'Nettie'.

Alle resultaten

Schepen in Het Stamboek gebouwd door Wed. J. Boot "De Dageraad" - Woubrugge

Terug naar vorige pagina