2018 nummer 11: Twee ansichten en nog meer foto’s als illustratie …

Wat er allemaal ooit is vastgelegd ....

Zoals u weet verzamel ik ansichten waarop ronde jachten te zien zijn. Ongeveer in 1970 ben ik er mee begonnen. Hoeveel ik er heb weet ik zelf niet. Ik heb ze nooit geteld. Steeds ontdek ik er die ik nog niet ken. Met enige schrik constateer ik nu, op dit moment, dat ik deze ansichten al bijna vijftig jaar verzamel.

Een paar weken geleden kreeg ik er twee toegestuurd. Eén uit Aalsmeer, die mij onbekend was en één uit Sneek, die ik al kende. Meestal stuur ik vervolgens een scan van een ansicht in hoge resolutie naar een aantal vrienden, om zoveel mogelijk details te kunnen tonen. Zo ook nu. De begeleidende tekst uit de email staat hier onder cursief gedrukt, de ansichten in een lage resolutie, vanwege de verzendgrootte.
De reacties en antwoorden die ik er op kreeg wil ik u niet onthouden en staan erna. Wat twee foto’s al niet voor reacties uit kunnen lokken……

Ansicht Aalsmeer boeierhaven

De ansicht uit Aalsmeer lijkt gestempeld te zijn in 1918, maar 100% zeker ben ik niet. Het is aan de adreszijde slecht te lezen. Op de ansichtzijde staat een stempel die uit 1916 zou kunnen stammen. Er is een grote boeier te zien onder een dekkleed. Heeft iemand een idee welk schip dit is? Ik heb snel even door het boek van de heer Vermeer gebladerd en dan komt de 'Mientje' in aanmerking. Zij voer toen met een zware kluiverboom en heeft één wit geschilderde wantputting. De huidige 'Semper Idem' zou het (mogelijk) ook kunnen zijn.

En, wat was de boeierhaven? Was dit de haven van Dragt? Wie weet meer? Wat voor schip is de Graaf Willem?

Ansicht Aalsmeer boeierhaven
Ansicht Aalsmeer boeierhaven

Reacties op de ansicht uit Aalsmeer in volgorde van antwoorden

Jaap Bernhard: Die Graaf Willem was overigens een stoomveerboot van Alkmaar Packet, gebouwd in 1883 (?). De boot voer lange tijd tussen Alkmaar en Amsterdam. Zal mijn broer nog eens vragen. Hij heeft deze foto volgens mij ook. De grote boeier durf ik niet op naam te zetten.

Geerko Postma: Aan onderstaande ansicht te zien moet dat wel Dragt zijn geweest.



Alexander de Vos: De ansicht van Aalsmeer ken ik. Ik ben geen Aalsmeerkenner maar was in de veronderstelling dat de schepen aan de Kolendam liggen nabij het station. Op de kade is een goederenwagon te zien. Tegenwoordig is de Kolendam het parkeerterrein van WV Nieuwe Meer.

Maarten Vermeulen: De boeier 'Mientje' was van 1912-1918 in bezit van P.M.A. Bogaert, wonende te Heemstede niet zo ver van Aalsmeer. De boeier heette toen 'Davine'. De zwaardstootklos, waar ook het puttingijzer aan zit, lijkt overeen te komen met die van 'Mientje'. In mijn ogen heeft 'Mientje' een veel scherpere vorm van zwaardstootklos, dan de andere mij bekende boeiers. Het tentje over de kuip heeft aan de achterzijde thv het potdeksel links en rechts een steun. Deze plaats komt overeen met metalen plaatjes met een gat in dit potdeksel waarvan ik het gebruik wel vermoedde, maar nog nooit gezien heb. De plaats en de vorm van het gaffeltje van de vlaggenstokhouder komen overeen. Een korte botteloef. Voor WO II altijd met kluiverboom gevaren. De blokken boven in de mast komen overeen. Eenzelfde fokkenhuik werd ook gebruikt door J.B.C. Touw, de eigenaar na Bogaert. Te zien aan het boeisel in de kont van de boeier is het geen Van der Zee. Boeisel staat erg rechtop, hetgeen de Mientje ook heeft, maar of dat afdoende bewijs is…

Pieter Hofkamp: (2x uitgeknipte foto Mientje hieronder naast elkaar) Ik heb de foto uitgeknipt, volgens jouw verhaal klopt het dat het boeisel achter hoger is dan dat van de Semper (Semper Idem).



Dirk Slijper: Alexander de Vos heeft het bij het rechte eind. Het is zonder twijfel de Kolendam ( Stommeerweg 2 , Aalsmeer). Inderdaad is nog een platte wagen te zien en een stootblok . Tot 1962 heeft de Kolendam nog als zodanig dienst gedaan. Daar werden kolen overgeslagen in pramen ter bevoorrading van de stookketels van de kassen.
In 1918 werd recht tegenover de Kolendam het nieuwe clubgebouw van de Zeil- en Roeiver. Nieuwe Meer in gebruik genomen. De haven met wel 25 ligplaatsen was in 1917 in gebruik genomen. Enige jaren eerder was de spoorverbinding vanuit Amsterdam naar Aalsmeer gerealiseerd, waardoor de leden met het spoor naar de Westeinder plas konden komen. Vestiging van de haven aldaar maakte een eind aan het regelmatig slepen vanaf de Nieuwe Meer (Amsterdam) naar de Westeinder.
Al in 1914 organiseerde de vereniging “GROOTE ZEIL- en ROEIWEDSTRIJDEN op de Westeinder, waaraan tevens werd verbonden “een wedstrijd voor punters toebehoorende aan inwoners van Aalsmeer en Omstreken en worden allen deze, hierbij vriendelijk uitgenoodigd tot deelname. Het inleggeld bedraagt f. 1,--. Eerste prijs: f. 10,--, benevens Verguld Zilveren Medaille. Tweede prijs f.7,50 en derde prijs f.5,--. In kleine lettertjes was toegevoegd dat “bij deelname van minder dan 20 scheepjes deze prijzen zullen worden verlaagd “. Kortom, er was een verschil tussen de wedstrijden voor de jachten en de wedstrijden voor de lokalen. De lokalen spraken nog jarenlang van het jachtenvolk als het Boeiervolk. De verwijzing naar een boeierhaven zou dan ook heel wel een verwijzing naar de haven van de vereniging kunnen zijn.
Wat Dragt betreft: in 1915 had Roelof Dragt zijn “schuitenverhuurbedrijf” verplaatst van de Nieuwe Meer naar Aalsmeer, iets verder op dan de Z&RV Nieuwe Meer, maar dichtbij het station Aalsmeer. Dragt bezat door de jaren heen voor de verhuur een imposante vloot ronde jachten. De foto die Geerko Postma stuurde moet uit die allereerste periode stammen.

Jaap Bernhard: De foto die ik bij mijn broer voorbij zag flitsen was toch een andere… Hierbij. Ook een veerboot en een (stukje) boeier.

Dirk Slijper: Op Marktplaats wordt de “Boeierhaven” foto aangeboden met een tekst geschreven op de foto-zijde. Die tekst begint met de datum: “1 Juni 1916“ etc. etc. De ansicht is dus tenminste van eerdere datum. Ik moet dan ook mijn vorige veronderstelling aanpassen: de haven van de Z&R Ver. Nieuwe Meer werd immers geopend in 1917. Eerder waren er wel op de Westeinder plas regelmatig activiteiten van deze vereniging en de Kolendam is ook geen onlogische plek om af te meren (’s zomers is er tenslotte weinig behoefte aan kolen voor de kassen), getuige ook de mastjes van jachtjes aan de andere zijde van de dam. Boeiervolk waren die Nieuwe Meerders toen ook al, maar een echte verenigingshaven was er dus nog niet.

Waterpoort Sneek met op voorgrond Lemsteraak en links een boeier

Op de ansicht uit Sneek is een Lemsteraak te zien. Er staat een stempel uit 1920 op. Alles lijkt nieuw te zijn aan het schip. Wie weet welk schip dit is? Vraag aan Jaap Bernhard: zou dit de aak van Nicolaas Bernhard geweest kunnen zijn? De fok wordt op een botteloef gevoerd. Iets dat op deze manier gedaan werd door Auke van der Zee. Verder heeft het schip smalle gangen. Voor zover ik naar lemmeraken gekeken heb, staat in mijn geheugen dat de De Boer aken bredere gangen hebben …….
Wie weet hier meer over te vertellen? De foto komt ook langs in de beurs-presentatie van de SSRP. (Foto’s van Lemsteraken vallen eigenlijk buiten mijn verzameling).

Waterpoort Sneek met op voorgrond Lemsteraak en links een boeier
Waterpoort Sneek met op voorgrond Lemsteraak en links een boeier

Reacties op ansicht uit Sneek eveneens in volgorde van antwoorden

Jaap Bernhard: Van aken weet ik niet veel. Op zich zou dit de 'Victorie' van NA Bernhard kunnen zijn, later de 'Maaslust'' genoemd en na de oorlog vergaan voor de Engelse kust. De 'Victorie' was 13.50 m lang en werd in 1920 of 1923 voor Bernhard gebouwd door Van der Zee. In 1925 werd de boot verkocht.
Van de 'Victorie' ken ik alleen veel latere foto’s nadat de boot grondig was verbouwd, met opbouw en kitstuig. Het zou nogal een gok zijn om die naam toe te schrijven. Niettemin: ik kan me voorstellen dat Aukebaas zo’n mooie aak met smalle gangetjes gebouwd heeft.

Dirk Huizinga: Die mooie aak kan ik niet de juiste bouwer of naam geven. Ik weet het niet. Maar de mooie smalle gangen waren niet zo bijzonder. Vijf gangen op een iets bredere zandstrook. Ter illustratie stuur ik een paar akenkoppen: de 'Rommerswael' van Croles uit 1901 (huidige 'Witte Walvis'), De 'Dolfijn' van De Boer uit 1927de 'Nettie' van Auke van der Zee uit 1911 en de 'Oude Neel' van Kersken uit 1910 (huidige 'Aukje Zwaantje'). Allemaal aakjachten van rond de 15 meter en langer. De 'Nettie' is gebouwd voor (officieren van) Defensie. De 'Oude Neel' heeft de meeste gangen: de zandstrook en nog 7 smalle gangen er boven. De andere aken hebben 5 of 6 gangen boven de zandstrook.

          

        boven: 'Rommerwaal' (l), 'Dolfijn (r), onder: 'Nettie (l), 'Oude neel' (r)

Joost Geise: In aansluiting: twee plaatjes van de akenkoppen van de 2 eerst gebouwde jachten van de vier, vrijwel identieke, 15m aakjachten van Gebr. De Boer, gebouwd tussen 1911 en 1915. De boeg van 'De Wulp' (ex-'Georgette') naast de 'Salamander', in juni 1912 resp. juli 1912 in Lemmer te water gelaten. De boeg van 'De Wulp' bij de tewaterlating in 1990 na de omvangrijke restauratie.

          

        Links: 'De Wulp' en 'Salamander' samen. Rechts: 'De Wulp'

Jacob Jan Kooij: Even over het plaatje uit Sneek: Jan Brilleman deelde mij ooit mee (voor wat het waard is) dat dit de 'Rommerswael' van Croles uit IJlst is. Ik zou het zelf niet weten.

Gerard ten Cate: De boeier kan de huidige 'Mientje'(zie boven) zijn, welke Lemsteraak op de foto staat is nog onduidelijk. Er is diepgaander onderzoek nodig.


 

Het Vlugschrift "Uit het Stamboek - Behoud(t) het goede" 
wordt samengesteld door Gerard ten Cate.


Alle vlugschriften "Behoud(t) het Goede" zijn in de SSRP-website verzameld in "Uit het Stamboek - Behoud(t) het goede" in onze verhalenbundel "Goed" Gebundeld.
Hierin bundelen we ons maandelijkse vlugschrift "Uit het Stamboek - Behou(d)t het Goede"; de verhaaltjes over maritieme zaken uit het dagelijks leven van Dirk Huizinga en onze Stamboekbijdrages in de Spiegel der Zeilvaart.

Terug naar overzicht