Turfraces ?

14 december 2023

Oosterwolde, 1941. (foto: De Jong)
Oosterwolde, 1941. (foto: De Jong)

De Friese skûtsjes zijn lange, smalle vrachtscheepjes voor bulkvervoer over ondiep, smal vaarwater. Met deze scheepjes werd terpaarde, mest en turf naar havens aan de Zuiderzee vervoerd, waar de lading werd overgeslagen op tjalken die de vracht over de Zuiderzee naar de steden in Holland brachten. Terpaarde en mest voor de geestgronden achter de duinen, waar de bloembollen geteeld werden. Turf als brandstof voor zowel bedrijven als particulieren in de steden om woningen te verwarmen, bakkersovens te stoken en stoommachines van bedrijven op gang te houden. Skûtsjes werden niet zeewaardig genoeg geacht voor de vaart over de Zuiderzee. Dat is begrijpelijk. Leeg is zo'n schip niet zeewaardig, want het heeft 'niets in het water', en geladen evenmin, want het schip ligt dan weliswaar vast in het water, maar heeft niets er boven, zodat hoge golven er eenvoudig over heen gaan. Turf voor afnemers aan de andere kant van de Zuiderzee werd daarom overgeslagen op grote tjalken en Hoogeveense pramen, die wel zeewaardig genoeg waren voor de vaart over de zee.
Turfvervoer voor afnemers in Fryslân vond plaats op grond van ‘vaste relaties’. De schipper handelde met een vaste veenbaas en leverde de turf af bij vaste klanten. Iedere herfst kwam de turfschipper in ‘zijn’ dorp om de turf voor de winter te leveren. Hij had geen concurrentie en hoefde zich daarom niet te haasten.

Turf is een licht product. Als het schip tot de luiken geladen was, lag het nog steeds hoog op het water. De overige turf werd daarom door de vrouwen steeds hoger gestapeld langs de buitenranden, het potdek, waarna binnen die stevige netjes gestapelde turfwand de turf weer gestort kon worden vanuit de kruiwagen. Het hele schip werd zo volgeladen met turfjes. Tenslotte werden deze afgedekt door de houten luiken waarna de lading werd vastgebonden. De leefbaarheid aan boord was dan wel wat verminderd. De ingang van de roef leek vaak wel een konijnenhol. De roerganger stond op een verhoging en stuurde met een verlenger aan de helmstok. Zeilen met zo’n deklast was natuurlijk bezwaarlijk. De giek werd hogerop bevestigd, maar het zeil paste dan niet goed en de stabiliteit van het schip had er onder te lijden. Er moest daarom veel geboomd en gejaagd worden.

Wartena, 1906. Terwijl de mannen het schip door het dorp bomen, stuurt de schipperse staande op een verhoogde loopplank het schip met een verlenger op het helmhout.
Wartena, 1906. Terwijl de mannen het schip door het dorp bomen, stuurt de schipperse staande op een verhoogde loopplank het schip met een verlenger op het helmhout.

Waarom turfraces?

De turfschippers in Fryslân mogen dan geen haast hebben gehad, dat betekent niet dat een sociaal-cultureel evenement als de Turfrace Smallingerland het ook rustig aan moet doen. Een wedstrijd trekt publiek. Een wedstijd maakt het voor het publiek spannend om te volgen. Het is eigenlijk vanzelfsprekend dat ook de organisatie van de Turfrace Smallingerland gekozen heeft voor de wedstrijdvorm. Zonder dat element zou het naspelen van het vervoer van turf geen lang leven beschoren zijn. De driejaarlijkse Turfrace Smallingerland is een wedstrijd voor skûtsjes en pramen, dus voor schepen die vroeger gebruikt werden om de turf uit het veengebied op te halen en naar de klanten te brengen. En dat in deze tijd van moderne techniek met alleen het gebruik van oude technieken als bomen, jagen en zeilen.

De Veenhoop 2023 voor de aanvang van de turfrace in Smallingerland. (Foto: Skydrone Sloten)
De Veenhoop 2023 voor de aanvang van de turfrace in Smallingerland. (Foto: Skydrone Sloten)

De wedstrijd in de gemeente Smallingerland voert van Drachten langs de dorpen Oudega, Smalle Ee, Opeinde, Rottevalle, het buurtschap Bûtenstfallaat en terug naar het centrum van Dtachten. Tijdens de wedstrijd moet op een aantal plaatsen vracht van of aan boord worden gezet. Het skûtsje mag tijdens de wedstrijd alleen gebruik maken van voortstuwing met de zeilen en door te bomen of te jagen, zoals dat rond 1900 gebruikelijk was. Dit maakt de wedstrijd extra spannend. Het moet voor de toeschouwers een  aantrekkelijk spektakel zijn om naar te kijken. Tegelijkertijd wordt de historie van dit cultureel erfgoed min of meer tot leven gebracht. Tiny Derks, de voorzitter van Smelne’s Erfskip, schreef na afloop: ‘Wat een dag! Zeventien, op één van de oude Drachtster werven gebouwde skûtsjes, herhaalden het oude oorspronkelijke harde handwerk. Laden, lossen, jagen en bomen! Nauwelijks zeilen. Het leverde mooie nostalgische beelden op, maar bij veel bezoekers zal het, net als bij mij, ook het besef hebben doen toenemen hoe zwaar dat leven voor de mannen, vrouwen en kinderen vroeger op de skûtsjes was.’

Natuurlijk had Tiny Derks daarin gelijk, maar het transport van de turf vanuit het veen naar de klanten in de dorpen en steden was zeker niet moeilijker of zwaarder dan het werk dat de vaartgravers, de landarbeiders en turfstekers in het veen moesten verrichten. Het werk en leven in het veen is echter moeilijk met een feestelijke of spannende gebeurtenis te herdenken. Het vervoeren van de turf komt daar veel meer voor in aanmerking. Dat is met een wedstrijd spannend te maken, waarbij het er niet toe doet dat er in het verleden nooit op die wijze gevaren werd door de turfschippers.

Drachten, 2023. Over de Ee naar Drachten. (Foto: Skydrone Sloten)
Drachten, 2023. Over de Ee naar Drachten. (Foto: Skydrone Sloten)

Wat al jaren geldt voor het jaarlijkse skûtsjesilen in Fryslân is daarom nog veel meer van toepassing op de driejaarlijkse turfrace in Smallingerland. Deze evenementen hebben weinig te maken met de geschiedenis van bulktransport met skûtsjes en al helemaal niet met het vervoer van turf over de compagnonsvaarten naar de afnemers in dorpen en steden. Het zijn hedendaagse evenementen die aantrekkelijk worden gemaakt voor moderne mensen. Ze worden alleen georganiseerd als ze publiek trekken. Als bijvangst hopen de organisatoren wellicht, dat het publiek ook even stilstaat bij een historische realiteit in dit deel van Fryslân van ruim honderd jaar geleden.


Terug naar vorige pagina