Zalmvisserij op de Rijn
27 september 2022

Ruim honderd jaar geleden zwommen nog honderdduizenden zalmen van de Noordzee de Rijn op tot ver naar het zuiden. Aan de Mittelrhein bij de Loreley waren veel vissers actief in stadjes als Sankt Goarshausen, Sankt Goar, Oberwesel en Bacherach. De eerste berichten daarover stammen uit 1387. Het laatste hoogtepunt van de zalmvisserij op de Rijn was in 1885, toen deze visserij voor de regio een economische factor van betekenis was. In de loop van de dertiger jaren van de 20e eeuw verdween de zalm uit de Rijn. In 1936 werd de zalmvisserij vanuit deze plaatsen zelfs gestaakt. Spoedig daarna gold deze trekvis op de Rijn als uitgestorven. Als oorzaak geldt niet de overbevissing, maar de industriële vervuiling van het Rijnwater. Dat was niet alleen jammer voor de vissers, maar ook voor de liefhebbers van zalm. De 'Rheinlachse' gold als een delicatesse die alleen de beter gesitueerden zich konden veroorloven. De vissers vonden overigens een nieuwe inkomstenbron. Ze gingen op de Rijn paling vangen. Bijna honderd jaren later wordt het voortbestaan van de aal bedreigd, zoals eerder het geval was met de zalm. Ook de vissers met hun 'Aalschokker' zijn daarom grotendeels gestopt.
Voor ons zijn beelden van die visserij interessant vanwege de gebruikte schepen. Tot zo'n tien jaar geleden lagen er bij Sankt Goar bij de Loreley twee aalschokkers geankerd op stroom met een groot kuilnet dat met een lange boom open werd gehouden. Die schepen kwamen uit ons land. Het waren stalen 'waalschokkers' zoals die in Nederland gebouwd werden voor de riviervisserij. De Duitse vissers gebruikten echter niet alleen deze 'schokkers'. Op de foto is helemaal links nog net de kop van een botter te zien en rechts is een tjalk in gebruik als 'aalschokker', met een Hollandse boot langszij om van het schip op de oever te kunnen komen. Ook bij Bacherach werd een fraaie ijzeren tjalk gebruikt voor deze visserij. Schepen die ooit in Nederland voor de visserij en de vrachtvaart waren gebruikt en die uiteindelijk 400 kilometer tegen de Rijn op zijn gesleept om daar dienst te doen als visschuit. De blauwgeverfde aalschokkers bij de Loreley zijn enige jaren geleden buiten bedrijf gesteld en verkocht voor de recreatie.
De waterkwaliteit op de Rijn is de afgelopen decennia echter sterk verbeterd. Het water is bij de Mittelrhein duidelijk helderder dan het binnenwater in Nederland. De verwachting in Duitsland is dan ook, dat de zalm terugkomt in de Rijn. Het belangrijkste obstakel dat deze vis daarvoor moet overwinnen, is de doorgang vanuit de Noordzee door Nederland. Door de bouw van de Deltawerken is het voor trekvissen heel lastig geworden een vrije stroom te vinden naar Duitsland. Bovendien dreigen de vissen die daar in slagen spoedig te worden gevangen door vissers die dat interessant vinden. Trekvissen als de aal, de zalm en de steur zouden wat dat betreft een beschermde status moeten hebben. Het zijn immigranten die tijdelijk bij ons komen en zichzelf weten te redden. Die kan je gastvrij verwelkomen en het leven bij ons aangenaam maken, in plaats van te bedreigen.
