2022-4 De bewogen geschiedenis van een Zandaak

Spiegel der Zeilvaart mei 2022 nummer 4

De nieuwe categorie-indeling binnen het Stamboek die in de vorige Spiegel werd uitgelegd, leidde voor een paar honderd schepen tot een aanpassing van de categorie. Dat werd direct aan de eigenaren gemeld. Sommige reageerden daarop met aanvullende informatie over hun schip, neem bijvoorbeeld de uitgebreide levensbeschrijving van de in 1899 gebouwde Zandaak 'Vrouwe Hermina'.
Ruim tien jaar geleden besloot de SSRP om de geschiedenis van de schepen digitaal in een tijdlijn te presenteren. Vorig jaar hebben we dat veel breder getrokken en nu presenteren we ook de ontwikkeling van de scheepstypes en de scheepvaart in zijn algemeenheid op dezelfde manier, met als kantelpunt 1955, de oprichting van de SSRP. Dat heeft u gelezen in de Spiegelartikelen rond de afgelopen jaarwisseling gepresenteerd in de vorm van een Canon.
De geschiedenis van de 'Vrouwe Hermina' leent zich perfect om ook in een tijdlijn te worden uitgezet, en die heeft raakvlakken met de maatschappelijke ontwikkelingen. De aken voor het vrachtvervoer kennen een hele ontwikkeling, waarbij herkenbare schepen voor een bepaald gebruiksdoel zijn ontstaan. De Zandaakjes werden voornamelijk gebouwd rond Hardinxveld voor het vervoer van grint en rivierzand. De 'Vrouwe Hermina' begint haar leven in 1899 als ze als open aak wordt gebouwd door Fa. A. Baars in Sliedrecht, in de overgangstijd van hout naar ijzerbouw.

Tijdlijn 'Vrouwe Hermina' plaquette 1534

In 1899 wordt de Zandaak (met een lengte van r3,40 m) te water gelaten onder de naam Elisabeth. Opdrachtgever is Cees van Lopik uit Hardinxveld. In het Maritiem Museum in Rotterdam bevindt zich het register van de scheepsmetingen dat begint in 1899 met de Liggers en de Brandmerken. Het is een aantal jaren geleden door veel vrijwilligers gedigitaliseerd en wordt via de website www. s2ho.n1 ontsloten. Een goudmijn aan informatie. In deze database kun je de eerste ligger van de Elisabeth terugvinden met nummer D93N. Daarin word je steeds verder geleid naar andere meetmomenten, met weer aanvullende informatie. Cees van Lopik beugelde (baggerde) met het scheepje zand en grind en voer in de seizoenen met wilgen en teenhout voor mandenmakers, maar ook grovere tenen voor bijvoorbeeld zinkstukken. Dit heeft hij tot zijn dood gedaan. De open aak had houten gangboorden, die met ijzeren "mannetjes" ook verticaal ingestoken konden worden. Onder het voordek was het vooronder afgesloten met een deur. Achter bij het helmhout stond de schipper op een klein achterdekje.

De oorspronkelijk als open Zandaak te Sliedrecht gebouwde 'Vrouwe Hermina' vaart nu als comfortabel zeilschip
De oorspronkelijk als open Zandaak te Sliedrecht gebouwde 'Vrouwe Hermina' vaart nu als comfortabel zeilschip

Schaalvergroting en oorlog

Na het overlijden van Cees van Lopik, wordt het scheepje in 1928 verkocht aan Simon van Horssen, die haar 'Altijd Wat' noemde. Simon laat het schip vier meter verlengen en er een 1-cilinder Kromhout inzetten met een mechaniek om het zand aan boord te krijgen. Hij leent het geld van zijn vaste afnemer, de steenfabriek van de familie van Lookeren Campagne in de Mariënwaard. Het is tot in de oorlog een tijd van hard werken en weinig verdienen. De Duitsers confisqueren de Altijd Wat in de Tweede Wereldoorlog en zij gebruiken het scheepje als onderdeel van een schipbrug over de Waal. De familie van Horssen wordt daardoor geruïneerd. Na de oorlog wordt het schip in desolate staat door een oud-ijzerhandelaar uit de buurt van Gorinchem aan iemand verkocht die er een woonark van maakt. Weer later wordt het een drijvende kantine van een bedrijf in waterwerken.

Een woon/weekend schip

Eén van de medewerkers van het bedrijf kan de aak voor eigen gebruik kopen, timmert een nieuwe opbouw en doopt haar Willy. Midden jaren zeventig wordt de 'Willy' weer verkocht en ingekort naar bijna de oorspronkelijke lengte. Ze wordt dan ook meteen als zeilschip getuigd. In 1979 kopen de huidige eigenaren, de familie Trompert, het schip en ze dopen haar 'Vrouwe Hermina'. Ze wonen er zelf eerst op en gebruiken haar daarna als comfortabel zeilscheepje. Zo wordt ze ook ingeschreven in het Stamboek. Het thuiswa­ter is de Westeinder en de Hollandse plassen. Het is een beknopte geschiedenis, die nog steeds niet ten einde is. Veel historische details van het oorspronkelijke schip zijn bewaard gebleven en zo goed mogelijk beschreven. Een voorbeeld van een waardevolle tijdlijn, die op de website veel uitgebreider is ingevuld!

Jan Eissens, Stamboekbeheerder
stamboek@ssrp.nl

pdf SdZ 2022 nr4 mei - Stamboek De bewogen geschiedenis van een zandaak

Terug naar vorige pagina