2022 nummer 9: Friesland

Friesland

Wat er allemaal ooit is vastgelegd ....

Gemakshalve ga ik er maar van uit dat iedereen Friesland kent en dan bedoel ik Friesland vanaf het water. Ergens aan de buitenrand van Friesland ga je een sluis door en dan ben je er. De hele provincie ligt voor je en je kunt overal, bijna overal, varen. Overal heb je aanlegplaatsen, en bij dorpen en steden kun je aan de wal. De bruggen draaien veel en vaak, er komen steeds meer aquaducten en bruggeld hoef je sinds de Corona epidemie bijna nergens meer te betalen. Daar waar een paar jaar geleden nog een bordje stond met het bedrag dat je aan bruggeld moest betalen, soms ergerlijk veel, hangt er nu een bordje “Gratis”. Het klompje waarin je geacht werd jouw Euro’s bruggeld in te stoppen, is verdwenen.

Historisch onderzoek naar tjotters

U weet dat mijn stukjes vaak voort komen uit onderzoek waar ik mee bezig ben, of ze gaan over iets waar ik toevallig tegen aan loop. Al lang geleden ontdekte ik dat er tjotters waren die vrijgesteld waren van belasting en dat er ook tjotters waren waar belasting op geheven werd. Het was me al lang geleden duidelijk geworden dat in 1852 de belastinggrens verruimd was en dat er belasting geld geïnd werd. Het was me niet duidelijk hoe.

Vervolgens kwam er tegen 1920 een nieuwe belasting op pleziervaartuigen. Het zeil oppervlak van jouw boot was bepalend. Boven de 16m2 tuig betekende dat je moest betalen. Dit is mede de reden dat na de oprichting van de NNWB (Noord Nederlandsche Watersportbond) in 1923 de typische NNWB schouwen en tjotters slechts 16m2 tuig voerden. Dat dé 16m2 dank zij deze wetgeving ontstond is in dit licht niet vreemd.

Om nu weer terug te komen bij mijn onderzoek naar tjotters, moest ik constateren dat er in de omgeving van Grouw weinig met tjotters gevaren werd. Wedstrijdlijsten daar geven wel boeiers, Jachten en schouwen, maar weinig tjotters of iets wat daar op lijkt. De ene keer worden ze in de verslaglegging “sprietboot” genoemd, een andere keer “boot vrij van belasting” met dan een lengtemaat erbij (4.40m of 4.80m) of soms nog anders. Bij Grouw kom je ze weinig tegen op wedstrijdlijsten. Pas na de oprichting van de NNWB worden er daar wel wedstrijden voor tjotters uitgeschreven. Deze scheepjes zijn met name bij Sneek en Langweer populair en bij Grouw vindt men het een goede gedachte om er ook daar wedstrijden voor uit te schrijven.

Grouw 1926
Grouw 1926

Er moest worden betaald ....

Toen ik op zoek was hoe er vroeger belasting op schepen geheven werd vond ik al eens in een reisverslag van iemand die met een motorboot via Kuinre Friesland binnen gevaren was dat er een ketting over de Tjonger gespannen was. Passage was niet mogelijk. Pas toen er tol betaald was liet men de ketting zakken en kon er verder gevaren worden. Ik las het, en nam het voor kennisgeving aan……

Maar…., onlangs vond ik correspondentie tussen een paar zeilverenigingen in Friesland. Vanuit uit Sneek, kon men niet op tijd voor de wedstrijd in Grouw zijn. Niet zeilend, niet gesleept. De sluis bij Terhorne draaide niet en de ketting ervoor liet men niet zakken. Dit was 1924. Heel in het kort kwam het er op neer dat de voorzitter van “Sneek” vroeg of men in “Grouw” goede contacten had bij de provincie. Misschien kon er langs die weg een extra opening van de sluis in Terhorne bewerkstelligd worden …….. waarom dit alles: er moest betaald worden.

Natuurlijk weten we dat er in het Prinses Margrietkanaal nog altijd een sluis bij Terhorne ligt, maar die staat altijd open. Misschien kent u de sluisjes bij de Herenzijl, Goingarijp en Broek ook. Deze staan net als de sluis bij Terhorne altijd open. Bedenk echter dat ze dicht kunnen. Wanneer dat gebeurt dan heeft Friesland weer twee verschillende boezempeilen en moet er weer geschut worden. Dan is Friesland ineens minder bevaarbaar net zoals het vroeger was. Het kan in bijzondere gevallen zo zijn.

Wist u trouwens dat het Prinses Margriet kanaal pas ergens in het midden van de 20e eeuw in gebruik werd genomen? De vaarroute Lemmer-Groningen was toen een heel andere dan nu. Door Friesland varend, kwam je bij voorbeeld langs de kade in Grouw en voer je via de Rechte Grouw naar Irnsum en daar vandaan langs Oude Schouw. Een route door “kleine” watertjes. Eentje die veel langer, langzamer en schilderachtiger was dan de trajecten die we tegenwoordig varen. Wie vaart er tegenwoordig nog over de Rechte Grouw?

Met een lagere gemiddelde snelheid, een grotere te varen afstand, obstakels als sluizen, bruggen en kettingen was het veel moeilijker om in één dag van Grouw naar bijvoorbeeld Heeg of Gaastmeer te varen. Waarschijnlijk kon dit niet eens. In de wedstrijdverslagen zie je dan ook amper deelnemers die vanuit Langweer, of nog extremer Workum, in Grouw zeilen. Sneek lag wat dat aangaat geografisch veel gunstiger. Misschien dat de Hardzeildag op het Sneekermeer daarom ook zo’n begrip geworden is.

Ergens kwam ik een advertentie tegen van een sleepdienst van Stavoren naar het Sneekermeer. Er werd een sleepdienst voor wedstrijdzeilers aangeboden. De route liep via het Var bij Heeg naar IJlst, naar de Waterpoort door Sneek en vervolgens via de Houkesloot naar het Starteiland.

En, wanneer er wedstrijden “op” Sneek wedstrijden gehouden werden, dan werd er bij de wedstrijdton in de Houkesloot een tribune gebouwd voor de toeschouwers. Blijkbaar was dit gebruikelijk, want op banenkaarten voor Grouw en Gaastmeer zie je eveneens tribunes aangegeven. Maar dan zijn we wel aan het einde van de 19e eeuw. Om Sneek zeilend te bereiken had je “veel” tijd nodig. Een sleepdienst bracht uitkomst.

Het clubgebouw van de KWS stond ooit op de Roekepôlle, het startschip van de KWS is hiernaar vernoemd. In de periode 1914-1918 heeft de verhuizing plaats gevonden naar het Kolmeersland. Het eiland Roekepôlle is later weggebaggerd.
Het clubgebouw van de KWS stond ooit op de Roekepôlle, het startschip van de KWS is hiernaar vernoemd. In de periode 1914-1918 heeft de verhuizing plaats gevonden naar het Kolmeersland. Het eiland Roekepôlle is later weggebaggerd.

Inpolderen

Wist u dat er in 1876 drie meren in Friesland ingepolderd zijn? Het Workumermeer, het Parregastermeer en het Makkumermeer? Wist u ook dat er in 1889 vergevorderde plannen waren de Wijde Ee en het Pikmeer in te polderen? Zoals we nu weten is dat laatste niet gebeurd. Van het Workumermeer wordt verteld dat de laatste paling er in 1876 gevangen is. Het eerste kievitsei werd er in 1877 gevonden.

Het Friesland van nu tegenover het Friesland van toen. De waterkaart was anders.


 

Het Vlugschrift "Uit het Stamboek - Behoud(t) het goede" 
wordt samengesteld door Gerard ten Cate.


Terug naar vorige pagina