Zeeuwse schepen

Alle Zeeuwse typen zijn platbodems, inderdaad het meest aangewezen scheepstype voor de Zeeuwse wateren met zijn vele zandbanken en ondiepe kreken. De aard van het bedrijf brengt mede, dat de schepen vaak op het droge liggen, althans aan de grond liggen terwijl anderzijds praktisch alle havens in Zeeland bij laag water droog vallen. Bij deze familie horen de Hoogaarsen, Hengsten, de Zeeuwse schouw, de Boeieraak en de Antwerpse knots.

In het Stamboek hebben we jaren geleden voor elk individueel schip een tijdlijn geïntroduceerd om de diverse fasen van haar bestaan te presenteren, voor zover we die kennen. Een belangrijke doelstelling van de SSRP. Dit trekken we nu door naar de scheepstypes. Het is een interessant proces, dat veel meer inzicht geeft in de ontwikkeling van het type.
Maar om de ontwikkeling van een bepaald type in een tijdlijn te kunnen zetten, moet je eerst een goed beeld hebben van alle maatschappelijke ontwikkelingen in de afgelopen eeuwen en daarbinnen specifiek die binnen de scheepvaart. Dit visualiseren we in een tijdlijn ontwikkeling Ronde en Platbodemjachten.
Aanpassingen aan een bepaald type kwamen in het verleden tot stand dankzij de kennis en kunde van de scheepsbouwer en de wensen van de opdrachtgever. Deze evolutie duurt tot op de dag van vandaag voort, sinds 1955 ook met behulp van moderne technieken die ontwerpers ter beschikking hebben. Zoals gezegd geeft de tijdlijn individuele schepen een plaats in de geschiedenis en bovenal een eigen gezicht.

De scheepstypes binnen de groep Zeeuwse schepen